“Een steunpilaar” – Strijd tegen onderdrukking en het revolutionaire proces

“We moeten de strijd van het politiek onderdrukte en onvrije vrouwelijke geslacht in de brede richting van de proletarische bevrijding leiden, net zoals we dat doen met de strijd van onderdrukte volkeren en nationaliteiten. De eis dat vrouwen volledige politieke gelijkheid krijgen voor de wet en in het dagelijks leven, zal een uitgangspunt en een steunpilaar worden voor de proletarische strijd om de politieke macht… Deze eis [voor de gelijkheid van vrouwen] betekent veel meer dan het wegvegen van ontvangen vooroordelen, gewoonten en praktijken; veel meer dan het wegvegen van mannelijke privileges. Het wordt een strijd tegen de heerschappij van de burgerlijke klasse en de burgerlijke klassenstaat, en versmelt met de verdere drang van het proletariaat om de staatsmacht te veroveren.” (1)

Dit is een citaat van de baanbrekende socialistische feministe Clara Zetkin, een kopstuk van de marxistische beweging die aan het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw een belangrijke rol speelde in Duitsland en daarbuiten. De taal uit 1921 is misschien archaïsch, maar de kern van de boodschap is zo actueel en urgent als maar kan. Laten we het eens ontleden in meer hedendaagse termen.

Zetkin pleit ervoor dat socialisten ernaar streven de feministische strijd te leiden die zij van strategisch belang acht. Door de feministische eisen naadloos in de arbeidersbeweging te plaatsen, ziet Zetkin ze uitmonden in “een strijd tegen de burgerlijke klassenheerschappij” – een socialistische strijd tegen de klassenmaatschappij, het kapitalisme en de kapitalistische heersende klasse. Bovendien voegt dit proces waarde en impuls toe aan het revolutionaire proces van de arbeidersklasse zelf. Deze benadering zal een “steunpilaar” blijken te zijn voor de beweging van de arbeidersklasse. Zetkin neemt geen blad voor de mond.

Vaak wordt ten onrechte beweerd dat het marxisme geen rekening houdt met verschillende vormen van onderdrukking; dat het van nature ‘klassenreductionistisch’ is – waarbij klassenuitbuiting de voorkeur krijgt boven andere vormen van onderdrukking zoals racisme, seksisme en LGBTQIA-fobie, waarvan het de verwoestingen minimaliseert of zelfs negeert. Ongeacht de enorme fouten van vele linkse stromingen rond deze kwestie, is dit een misvatting. We schreven zelf een analyse over de tekortkomingen in onze eigen traditie met betrekking tot de strijd tegen genderonderdrukking, een analyse gericht op het rechtzetten van die tekortkomingen.(2) Hoewel de meest flagrante en consistent slechte benaderingen van onderdrukking te vinden zijn in het linkse reformisme, conservatieve vakbondsbureaucratieën en de stalinistische traditie – is het niet alsof er niet nog steeds zelfbenoemde trotskistische groepen zijn die vooral schreeuwen over ‘identiteitspolitiek’ op een manier die klinkt als rechtse propaganda om het marxisme een slechte naam te geven.(3) In deze vulgaire, valse versie van het marxisme is ‘identiteitspolitiek’ het belangrijkste middel tot verdeeldheid dat door de heersende klasse wordt gebruikt, in plaats van seksisme, racisme, transfobie enzovoort.

Marxisme is een filosofie die optimistisch en humanistisch pleit voor een verenigde, wereldwijde strijd van de arbeidersklasse tegen het kapitalisme – een zelf-emancipatoire visie en perspectief voor de uitgebuitenen en onderdrukten zelf om in opstand te komen tegen de kapitalistische klassenheerschappij. Het pleit voor de urgentie en noodzaak om een vastberaden strijd op te bouwen die niet alleen de rijkdom, grondstoffen en industrie van de samenleving uit particuliere handen kan nemen, maar ook in opstand komt tegen de kapitalistische staat die de status quo beschermt. Via deze democratische beweging van de massa’s van onderaf moet actief een alternatief voor de staat worden opgebouwd. Een dergelijk revolutionair perspectief voor een breuk met het kapitalisme – waarin de unieke kracht van een verenigde arbeidersbeweging doordrenkt van socialistische politiek centraal staat – is de kern van het marxisme.

Dit revolutionaire proces en deze verenigde socialistische arbeidersbeweging zijn diepgaand en onlosmakelijk verbonden met de strijd tegen onderdrukking. Het revolutionaire proces dat zich ontvouwt zonder dit laatste is ondenkbaar. De radicalisering, de sociale gisting, het toevoegen van waarde en een impuls aan de beweging van de arbeidersklasse – à la Zetkin hierboven – die voortkomen uit de strijd tegen onderdrukking zijn een essentieel onderdeel van het revolutionaire proces. Onderdrukking is een instrument van de kapitalistische heerschappij. Daarom moet het aangevochten worden als onderdeel van elke beweging die werkelijk tegen het kapitalisme vecht. Bovendien kan de strijd van de arbeidersklasse niet alleen op de werkplek worden uitgevochten als ze de kapitalistische klasse en het kapitalistische systeem met succes wil uitdagen en verslaan – en om de macht als geheel te kunnen uitdagen moet ze alle facetten van het sociale leven in zich opnemen.

Een marxistische benadering van de strijd tegen onderdrukking betekent nooit dat je minder feministisch of minder antiracistisch moet zijn uit respect voor klassenonderdrukking en uitbuiting. Het gaat erom de strijd tegen onderdrukking op alle manieren te versterken en tegelijkertijd te verankeren in een perspectief dat echte, volledige en blijvende vrijheid kan winnen. Dit artikel zal proberen, 1) om enkele kenmerken van een marxistische benadering van de strijd tegen onderdrukking samen te vatten; 2) om in het kort de problemen met een liberale anti-onderdrukkingsstrategie te belichten; en 3) om het idee te weerleggen dat marxisme klassenreductionistisch is, waardoor anti-onderdrukkingseisen en -strijd worden gedegradeerd.

Kenmerken van een marxistische benadering van de strijd tegen onderdrukking

We zullen proberen een marxistische benadering van het bestrijden van onderdrukking terug te brengen tot de volgende kernpunten: a) een analyse van waar onderdrukking vandaan komt; b) erkenning van de onderlinge verbondenheid van onderdrukking en uitbuiting; c) zelfemancipatie; en d) altijd bewust, altijd strijdbaar.

A. Het hebben van een analyse van de wortels van onderdrukking en een gerichte focus op strijd ertegen

Kort gezegd is onderdrukking in al haar vormen geworteld in en gereproduceerd door het kapitalisme: een van nature patriarchaal, genderbinaire bevorderend, racistisch, ecologisch destructief en onderdrukkend systeem. Onderdrukking op basis van gender en seksualiteit vindt zijn oorsprong in het begin van de eerste klassenmaatschappijen. Racisme heeft een veel kortere levensduur in de geschiedenis en is onlosmakelijk verbonden met de ontwikkeling van het kapitalisme en het imperialisme. Terwijl het kapitalisme zich aanvankelijk in Europa ontwikkelde, lag eindeloze expansie op zoek naar nieuwe markten, grondstoffen en arbeidskrachten in de aard van het systeem. Dit betekende de kolonisatie van Afrika en Azië, de etnische zuivering van de inheemse volkeren van Amerika en de gruwelen van de Atlantische slavenhandel. Dergelijke gruwelen werden begaan in het belang van de winst, maar maakten ook een categorisering en stratificatie van mensen noodzakelijk op basis van de nieuwe criteria van ras (een concept dat geen biologische basis heeft).

Racisme is vandaag nog steeds een krachtig ideologisch middel om werkende mensen te verdelen en te overheersen en om de voortdurende uitbuiting van het globale zuiden te rechtvaardigen. Migranten en mensen van kleur in Europa en Noord-Amerika worden onderworpen aan systematische onderdrukking door de staat en zijn geconcentreerd in de meest uitbuitende sectoren van de economie, allemaal in het voordeel van het systeem. Deze en andere vormen van onderdrukking zijn door het kapitalisme op een ingewikkelde manier verdiept en gereproduceerd.

Een marxistische benadering van het bestrijden van onderdrukking moet altijd gericht blijven op de wortels van onderdrukking in het kapitalisme, een systeem dat gebaseerd is op de systematische uitbuiting van arbeiders en armen – de overgrote meerderheid van de samenleving – en het milieu, in het streven naar winst voor een kleine elite. Op deze manier betekent het een kristalheldere kijk hebben op het soort socialistische strijd en verandering dat nodig is om een einde te maken aan onderdrukking; het betekent dit begrip bewust in elke handeling integreren; het betekent begrijpen wie onze vijanden zijn – de kapitalistische klasse en haar systeem, inclusief de staten die haar heerschappij in stand houden, en wie onze potentiële bondgenoten zijn – de uitgebuitenen en onderdrukten van de wereld die een gemeenschappelijk belang hebben in het omverwerpen van het systeem dat onderdrukking voortbrengt. Bij het opbouwen van onze strijd tegen onderdrukking kunnen we ‘apart marcheren, maar samen toeslaan’ – we proberen een zo breed mogelijke beweging op te bouwen tegen alle vormen van onrecht en onderdrukking, maar met een duidelijke opdracht om samen te werken en steun te winnen voor een aanpak en programma die geworteld zijn in antikapitalisme, socialisme en de eenheid van de arbeidersklasse in de strijd om hetzelfde te bereiken.

B. Erkenning van de onderlinge verbondenheid van onderdrukking en uitbuiting

Zoals Marx’ uitgebreide analyse van het kapitalisme blootlegde, is uitbuiting van arbeiders de centrale bouwsteen van het kapitalisme. Winst is de onbetaalde arbeid van de arbeidersklasse. De kapitalist betaalt de arbeider net genoeg om zijn arbeidskracht te reproduceren. De arbeidskracht van de arbeider produceert echter meer waarde dan het ‘kost’ – er is een meerwaarde die de kapitalist opeist. Op deze manier is de bron van kapitalistische winst het vermogen om arbeiders minder dan de volledige waarde van hun arbeid te vergoeden, dat wil zeggen hen uit te buiten. Deze uitbuiting is een aangeboren tegenstrijdigheid van het kapitalisme en ligt ten grondslag aan de onrechtvaardigheid en ongelijkheid die de kern van het systeem vormen. Maar het betekent ook dat arbeiders van nature over een potentieel aan macht beschikken. Een georganiseerde arbeidersbeweging heeft een bijzondere kracht om het hart van het systeem dat de klassenheerschappij in stand houdt, aan te vallen.

Achter en geïntegreerd in deze centrale tegenstrijdigheid van het kapitalisme is de gender- en patriarchale ongelijkheid van het kapitalisme. Het systeem vereist genderbinaire genderrollen, onder andere vanwege de onbetaalde en onderbetaalde reproductieve werk dat de arbeidskrachten voor het kapitalisme voortbrengt, voornamelijk uitgevoerd door vrouwen uit de arbeidersklasse. Dit werk vindt vaak plaats binnen de grenzen van de patriarchale gezinsstructuur van het kapitalisme, en ook binnen de betaalde beroepsbevolking – met name in de gezondheidszorg en het onderwijs, sectoren die gedomineerd worden door vrouwen. Oxfam heeft de waarde van het onbetaalde werk van vrouwen en meisjes wereldwijd geschat op 10,8 biljoen dollar per jaar, meer dan twee keer de omvang van de wereldwijde techindustrie.

Zonder de reproductie van de beroepsbevolking kan er geen winst worden gemaakt. Op deze manier zweeft genderonderdrukking en het opleggen van een genderbinaire norm niet zomaar vaag rond het systeem, het is er onlosmakelijk mee verbonden – in dit geval door de werking van de onderling verbonden sferen van productie en reproductie.

Op dezelfde manier is de onttrekking aan en uitbuiting van de natuur die constant is onder het kapitalisme – met zijn roofzuchtige behoefte aan winsttoename ongeacht de kosten – een actuele en actieve voortbrenger van een soort neokolonialisme op mondiaal niveau. De vluchtelingencrisis als gevolg van de klimaatverandering is een andere actieve aanjager van de racistische ongelijkheden van het kapitalisme. Het aantal klimaatvluchtelingen kan oplopen tot 1,2 miljard in 2050 als de huidige trends aanhouden.

Onderdrukking – een systemische onderwerping – is natuurlijk verbonden met uitbuiting. Verpleegkundigen en verzorgenden worden onderbetaald en ondergewaardeerd op een genderspecifieke manier – in dit geval vanwege de algehele lage waarde die wordt gehecht aan wat wordt gezien als ‘vrouwelijk’ zorgwerk onder het patriarchale kapitalisme. Ze worden ook uitgebuit als arbeiders, dit bleek in het bijzonder tijdens de pandemie. Ook migranten worden regelmatig intensiever uitgebuit.

Deze voorbeelden zijn slechts een glimp van de talloze verstrengelingen van onderdrukking en uitbuiting. Bovendien zorgt het radicaliserende effect van onderdrukking op degenen die ermee te maken hebben, samen met de klassentegenstelling waarmee de meerderheid van de mensen met een onderdrukte identiteit ook te maken heeft, voor een versterkte radicalisering die deze delen van de arbeidersklasse en de armen naar de voorgrond van de strijd en politisering kan stuwen. Zij kunnen tot de eersten behoren die verdergaande, radicale en revolutionaire conclusies trekken.

C. Zelf-emancipatie

“De waarheid, die zelfs door degenen die de vrouw goed willen doen niet volledig wordt erkend, is dat zij zich, net als de arbeidersklasse, in een onderdrukte toestand bevindt; dat haar positie, net als die van hen, er een is van genadeloze degradatie. Vrouwen zijn de schepselen van een georganiseerde tirannie van mannen, zoals de arbeiders de schepselen zijn van een georganiseerde tirannie van nietsnutten. Zelfs als we dit begrijpen, moeten we blijven hameren op het onbegrip dat er voor vrouwen, net als voor de arbeidersklasse, geen enkele oplossing is voor de moeilijkheden en problemen die zich voordoen in de huidige staat van de samenleving. Alles wat gedaan wordt, aangekondigd met welk trompetgeschal dan ook, is lapmiddel, geen remedie. Zowel de onderdrukte klassen, vrouwen als de directe producenten, moeten begrijpen dat hun emancipatie van henzelf zal komen.” (Eleanor Marx en Edward Aveling) (4)

Eleanor Marx was de dochter van Karl en een baanbrekend revolutionair socialiste die met elke vezel van haar wezen vocht voor de politiek van haar vader en probeerde feministische eisen en strijd te verweven in de vroege arbeiders- en socialistische beweging. Eleanor Marx was zelf een geliefde en legendarische leider van de arbeidersklasse – een organisator van havenarbeiders, gaswerkers, ingenieurs en mijnwerkers – die in 1890 de allereerste 1 mei-betoging in Londen toesprak. Eleanor Marx’ radicalisering en politieke denken werden gevormd toen ze als kind en adolescent de koloniale onderdrukking van het Ierse volk door de Britse heersende klasse volgde, erover schreef en campagne voerde. Ze schrijft hierover al in 1886 samen met haar levenspartner Edward Aveling (later meer over hem) en erkent niet alleen de patriarchale aard van de kapitalistische productiewijze, ze pleit ook expliciet voor zelfemancipatie voor vrouwen zelf – en hetzelfde geldt voor elk volk dat te maken heeft met een bepaald soort systemische onderwerping.

Degenen die zelf lijden onder een bepaalde vorm van onderdrukking hebben een centrale rol te spelen in de strijd tegen deze onderdrukking. Ze begrijpen beter dan wie ook wat het betekent om eraan onderworpen te zijn. Bovendien is actief worden in een collectieve strijd een radicaliserende en politiserende ervaring: vaak transformeert het bewustzijn over de systematische aard van onderdrukking; illusies in het systeem worden weggenomen; en de noodzaak van vastberaden strijd en solidariteit om verandering te bewerkstelligen wordt op een levende manier geïllustreerd. Dit kan deze mensen naar een leidende rol in de arbeidersbeweging als geheel stuwen – zoals de vrouwen en queer mensen in de frontlinie tegen de Iraanse dictatuur in de sociale revolte onder de slogan ‘Vrouw, Leven, Vrijheid’ die in september 2022 uitbrak.

Onderdrukte mensen die actief worden om hun eigen onderdrukking in de strijd te werpen, is van nature positief voor de hele arbeidersklasse, ook voor degenen die deze vorm van onderdrukking niet rechtstreeks ervaren. Misogynie, racisme, LGBTQ-fobie enz. zijn op zichzelf weerzinwekkend en hebben schadelijke, soms dodelijke gevolgen voor degenen die erdoor worden getroffen. Ze zijn niet alleen ingebed in en worden op talloze manieren gereproduceerd door het kapitalistisch systeem, maar ze zijn ook essentiële instrumenten van de kapitalistische heersende klasse die verdeeldheid onder de uitgebuitenen en onderdrukten nodig heeft om haar heerschappij te handhaven.

Collectieve bewegingen tegen onderdrukking winnen niet alleen meer rechten, maar bestrijden ook verdeeldheid, vooroordelen en achtergebleven ideeën onder de arbeidersklasse die de solidariteit schaden. De Black Lives Matter-explosie van multiraciale massaprotesten in de hele wereld na de moord op George Floyd in de VS op 25 mei 2020 geeft daar een voorbeeld van. Het was de eerste keer dat wijdverspreide antiracistische protesten in Ierland werden geleid door zwarte mensen, vooral zwarte jongeren. De diepte van het racisme en de wrede tol die het eist, werd benadrukt door degenen die hun stem lieten horen. De realiteit van ‘zwart en Iers’ zijn en de illustratie van de diepe pijn en vervreemding die gevoeld worden door degenen die elke dag de vraag krijgen: ‘Waar kom je vandaan? Nee, waar kom je echt vandaan?’, als gevolg van wijdverspreide racistische vooroordelen, werd in de publieke discussie gebracht op een manier die nooit had kunnen plaatsvinden als het niet geleid werd door diegenen die deze onderdrukking ervaren. Het had een diepgaande impact en heeft absoluut het bewustzijn van veel mensen uit de arbeidersklasse en jongeren met een witte achtergrond verhoogd. In de VS zorgde de BLM-revolte van juni 2020 aantoonbaar voor een sprong voorwaarts in de houding van het publiek – in de twee weken van protesten sinds de bekendmaking van de moord op George Floyd steeg de steun voor de beweging met 17% in het hele land. (5)

Tijdens de feministische pro-choice protesten van 2016 in Polen, toonden opiniepeilingen een toegenomen steun voor abortus. Ondanks nieuwe verwoestende aanvallen door rechts in de daaropvolgende jaren, bleef de steun voor het recht op abortus toenemen. (6) Een onderdrukte groep die opstaat als actoren in de strijd, die hun rechten opeisen en vaak met hand en tand vechten tegen dezelfde kapitalistische regeringen die de levensstandaard en rechten van de arbeidersklasse in het algemeen aanvallen, heeft natuurlijk een diepgaand effect op alle uitgebuitenen en onderdrukten, ook op degenen die die onderdrukking niet rechtstreeks ervaren.

Een onderdrukte groep die actief deelneemt aan de strijd kan soms meer rechten krijgen, zelfs als dit niet veel bredere solidariteit oproept. Meestal zal het actief naar voren treden in de strijd van één onderdrukte groep solidariteit oproepen uit andere lagen – dit is op heel veel manieren gebleken in de feministische en LGBTQ-golven van de jaren 2010, van de bewegingen in Ierland die via referenda huwelijksgelijkheid en abortus wonnen, tot de groene golf voor het recht op abortus in Argentinië die actieve steun opriep van de arbeidersklasse van alle geslachten, tot de beweging tegen vrouwenmoorden waarbij arbeiders in een overwegend mannelijke autofabriek in 2021 naar buiten traden tegen vrouwenmoorden in de Spaanse staat.(7) Zulke solidariteit verdiept en versterkt de strijd.

Om onderdrukking bij de wortels aan te pakken is deze solidariteit niet alleen nuttig, maar ook essentieel. “Zowel … vrouwen als de directe producenten, moeten begrijpen dat hun emancipatie van henzelf zal komen,” zei Eleanor Marx. De arbeidersklasse, verenigd, politiek bewust en georganiseerd op socialistische basis, heeft een bijzondere kracht om het privébezit van rijkdom in het hart van het kapitalisme aan te pakken – het kanaliseren van deze kracht en het verweven ervan met elke afzonderlijke opstand op de vele breuklijnen van het systeem is de enige manier waarop een serieuze, laat staan succesvolle, uitdaging aan het systeem dat onderdrukking in stand houdt, kan worden opgezet.

D. Altijd bewust, altijd strijdbaar

Binnen een serieuze strijdbare marxistische benadering is geen plaats voor determinisme of fatalisme. De hele essentie ervan draait erom dat de uitgebuitenen en onderdrukten hun lot in eigen handen nemen in een bewuste strijd. Deze bewuste strijd houdt in dat degenen die als marxisten georganiseerd zijn, altijd op zoek zijn naar manieren voor elke onderdrukte of uitgebuite laag om de strijd voort te zetten; om deze strijd waar mogelijk te helpen om overwinningen te behalen; om de actieve solidariteit van andere uitgebuite en onderdrukte lagen met deze strijd te verdiepen, om het bereik ervan te vergroten en tegelijkertijd het klassenbewustzijn te verhogen; en om altijd te proberen de uitbarsting van een frisse dynamiek die elke collectieve strijd creëert voor degenen die er actief in zijn, te laten samengaan met een toename van degenen die bewust zijn en georganiseerd zijn als onderdeel van de revolutionaire socialistische beweging.

De bandering van “altijd bewust, altijd strijdvaardig” heeft niet alleen betrekking op de kwestie van het naar voren treden in de strijd waar mogelijk; het heeft ook betrekking op een bewuste strijd binnen de brede arbeidersbeweging, en zelfs binnen onze eigen linkse organisaties, om het bewustzijn te verhogen en elk restje vooroordeel aan te vechten, dat giftig is voor solidariteit. In feite is dit iets waar we extra aandacht aan moeten besteden op dit historische moment – nu de feministische en LGBTQIA-golf die vanaf de jaren 2010 tot in de jaren 2020 een hoge vlucht heeft genomen, wordt geconfronteerd met zo’n rechts verzet. De aanvallen op MeToo; het venijnige anti-trans offensief – ze moeten allemaal krachtig worden beantwoord, ook binnen de vakbeweging en alle linkse bewegingen.

Deze strijd binnen de arbeidersbeweging was iets waarover Lenin sprak in gesprek met Clara Zetkin in 1920: ““Krab een communist af en je vindt een filister.” En er moet natuurlijk worden afgekrabd op de gevoelige plek — in zijn psyche ten opzichte van de vrouw. (…) Wij moeten de oude slavenhoudersopstelling tot aan de kleinste wortels uitrukken. Zowel in de partij als onder de massa’s. En dat slaat evenzeer op onze politieke taken als op de dringend noodzakelijke vorming van een staf uit kameraden — mannen en vrouwen — die een fundamentele theoretische en praktische scholing hebben gehad om het partijwerk onder de werkende vrouwen te verrichten en vooruit te brengen.” (8)

Al in 1902 maakte Lenin in ‘Wat te doen?’ duidelijk wat klassenbewustzijn, te onderscheiden van ‘vakbondsbewustzijn’, werkelijk betekent. Bij het verhogen van het klassenbewustzijn pleit Lenin ervoor dat socialistische arbeidersactivisten ’tribunen van het volk’ zijn die zich uitspreken tegen al het onrecht dat het systeem hun aandoet – ongeacht welke klasse wordt getroffen – in een poging om werkelijk tegen het systeem te ageren en klassenbewustzijn en -macht op te bouwen. (9)

Het socialistische project is niet beperkt. Hieruit volgt dat een enge opvatting van wat bewustzijn en strijd van de arbeidersklasse inhoudt – bijvoorbeeld een opvatting die dit beperkt tot uitsluitend of hoofdzakelijk kwesties van lonen en omstandigheden op het niveau van de werkplek, of een versie van een economistische benadering – nooit toereikend zal zijn. Een sociale revolutie is de ultieme daad van menselijke creativiteit, gesmeed in strijd op een intens moment in de tijd, vol belofte, potentieel en hoop. Hoe kan een marxistische organisatie die haar waarde bewijst zich dan onttrekken aan kwesties van onderdrukking, onder andere door niet te proberen delen van de arbeidersklasse te ontdoen van de vooroordelen en onderdrukkende praktijken die ze hebben opgenomen via de heersende kapitalistische cultuur waardoor ze geconditioneerd zijn, als die organisatie zich werkelijk baseert op het soort revolutionaire breuk met het systeem dat objectief gezien nodig is vanuit het oogpunt van de mensheid en de planeet?

Elke slappe aanpak van onderdrukking zou flagrant onverenigbaar zijn met het soort verandering dat nodig is, met het soort verandering dat de kern vormt van het marxisme, en zou in feite een gebrek aan perspectief voor hetzelfde verraden. Op dezelfde manier zal een versnipperd aanbod of zigzaggen in iemands toewijding aan de strijd tegen onderdrukking niet volstaan. Dit is geen abstracte kwestie. Kijk naar de ‘Vrouw, Leven, Vrijheid’-revolte in Iran: een revolutionaire beweging die op gang kwam na een daad van patriarchaal staatsgeweld in september 2022, die in alle opzichten doordrongen is van de vraag naar de vrijheid van vrouwen en LGBTQIA+ personen, en die de hele arbeidersklasse en het politieke en sociale leven in haar greep had. Het is een levend en actueel voorbeeld van het belang van kwesties van onderdrukking bij het winnen van steun voor een programma voor socialistische verandering.

De benadering van “altijd bewust, altijd strijdbaar” was duidelijk in de praktijk van vrouwelijke marxisten in de beweging in het verleden, die deze strijd op alle mogelijke manieren belichaamden, inclusief het opzetten van internationale structuren en conferenties om een feminisme van de arbeidersklasse te organiseren en door te drukken als een vitaal onderdeel van de arbeidersbeweging in bredere zin. De Eerste Internationale Conferentie van Socialistische Vrouwen vond al plaats in 1907, samen met een conferentie van de Socialistische Internationale, waarbij een internationale beweging van socialistische vrouwen werd opgericht. De conferentie van 1910 resulteerde in het voorstel om de Internationale Vrouwendag, nu 8 maart, in te stellen. Deze activiteiten voor marxistische vrouwen werden door veel van hun conservatieve mannelijke kameraden vaak met passiviteit, onverschilligheid en soms vijandigheid begroet. In een resolutie die op de Vrouwenconferentie van 1907 werd aangenomen, werd dit expliciet aan de orde gesteld: “Wat de belangen en rechten van vrouwen betreft, werden de besluiten van de Internationale over het algemeen alleen uitgevoerd in de mate dat georganiseerde socialistische vrouwen in staat waren om de arbeidersorganisaties in elk land daartoe te dwingen.” (10)

Hier zien we hoe het zelfbevrijdende element van een marxistische benadering van de strijd tegen onderdrukking verweven is met het aspect “altijd bewust, altijd strijdbaar”. Het is vermeldenswaard dat veel van de marxistische vrouwen die deze strijd aangingen ook belangrijke pleitbezorgers waren voor het handhaven van een revolutionair, anti-imperialistisch standpunt, omdat het steeds meer reformistisch wordende traject van veel van de leidende figuren van de Tweede Internationale hen deed afglijden naar meedogenloos verraad, inclusief het verzuim om zich te verzetten tegen het imperialisme van de Eerste Wereldoorlog.

Problemen met een liberale benadering van de strijd tegen onderdrukking

Een liberaal feminisme of antiracisme wordt gedefinieerd door een benadering die werkt binnen de parameters van het kapitalistisch systeem. Elke benadering van de strijd tegen onderdrukking die uiteindelijk liberaal is, is niet in staat die onderdrukking te beëindigen en neigt er vaak toe zich aan te passen en compromissen te sluiten met de onderdrukkende status quo op een manier die de eisen en behoeften van onderdrukte groepen in de strijd ondermijnt. Het ziet het belang van de klassenscheiding van het kapitalisme niet in – noch vanuit het oogpunt van de veelzijdige belemmeringen voor mensen uit onderdrukte identiteiten die tot de arbeidersklasse behoren, noch vanuit het oogpunt van het erkennen van de kracht van een verenigde strijd van de arbeidersklasse om terug te slaan tegen de kapitalistische klasse en het kapitalistisch systeem. Een liberale toewijding aan persoonlijke vrijheid wordt vaak gedefinieerd door een individualistische kijk, zonder of tegen een visie op de wortels van onderdrukking in het kapitalisme en de klassenmaatschappij. Een liberale benadering heeft ook de neiging om collectieve ‘strijd van onderop’, de manier waarop onderdrukking het meest effectief wordt bestreden, uit de weg te gaan.

Clara Zetkin, wier woorden ons openingssalvo vormden, hekelde de feministen van de ‘burgerlijke vrouwenrechten’ – de vrouwen van de eliteklasse die op geen enkele manier braken met de mannen van hun klasse en het systeem van klassenheerschappij. Ze was vooral scherp wanneer hun eisen of aanpak botsten met de belangen van de arbeidersklasse en arme vrouwen, en de arbeidersklasse en armen van alle genders. In een voorbeeld van waar ze botste met de burgerlijke feministen, en overigens ook met de steeds conservatievere en reformistische SPD-leiding, weigerde Zetkin een petitie mede te ondertekenen die lankmoedig streefde naar meer democratische rechten voor vrouwen om zich te verenigen, op een manier die de eisen van de hele arbeiders- en socialistische beweging voor bredere verandering in dit opzicht negeerde. Ze vergeleek deze oproep met de denkwijze van burgerlijke feministen die eveneens geconditioneerd waren door hun elitaire bubbel en die een jaar eerder een petitie hadden opgemaakt waarin werd gepleit voor de criminalisering van sekswerkers. (11)

Het is overduidelijk dat er een klassenkloof bestaat binnen feministische, antiracistische en andere bewegingen tegen onderdrukking. De meest openlijk klassenvijandige benaderingen omvatten een openlijk kapitalistisch feminisme, of kapitalistisch antiracisme, anti-LGBTQ-fobie, enz. dat zich beperkt tot een (meestal erg beperkte) toegenomen diversiteit in de directiekamer van grote bedrijven die onderdrukking, uitbuiting en ecologische catastrofe in hun activiteiten in stand houden, of tot vertegenwoordiging in kapitalistische regeringen die de bestaansmiddelen van de arbeidersklasse aanvallen, of ‘feministische’ argumenten gebruiken om imperialisme te rechtvaardigen.

We kunnen in toenemende mate een burgerlijk transfoob ‘feminisme’ aan deze lijst toevoegen. Het ‘Terf-isme’ van JK Rowling e.a. – zelf een superrijke, waarschijnlijk miljardair – gaat steeds meer over het versterken van de achterhaalde gender-binaire norm, iets wat hard nodig is voor het kapitalistisch systeem. Transfobie is steeds meer aanwezig bij extreemrechtse krachten die de feministische en LGBTQ golf willen verpletteren, en migranten en mensen van kleur in hun vizier hebben. Al deze benaderingen lijken op pogingen om de taal of aspecten van kwesties die door bewegingen tegen onderdrukking aan de orde gesteld worden te coöpteren. Het gaat om een klassenbewuste poging van de belangen van de heersende klasse om bewegingen tegen onderdrukking te verzwakken.

Binnen de bewegingen tegen onderdrukking zelf zijn er echter, zij het met veel tegenstrijdigheden, onvermijdelijk veel liberale benaderingen van de strijd tegen onderdrukking, ook onder veel activisten en organisaties die ook positieve eigenschappen kunnen hebben, die zelfs van tijd tot tijd antikapitalistische uitspraken kunnen doen. Hieronder enkele voorbeelden.

Zo is er de opvatting dat degenen die de onderdrukking niet zelf ervaren, niet alleen profiteren van de onderdrukking, maar er ook belang bij hebben om deze in stand te houden. Hoewel het duidelijk waar is dat alleen degenen die een bepaalde vorm van onderdrukking ervaren, kunnen begrijpen hoe het voelt, is elke impliciete of expliciete opvatting die uitgaat van de relatieve voordelen die een deel van de arbeidersklasse zou kunnen hebben ten opzichte van een ander deel, en theoretiseert dat er een gevestigd belang is om die onderdrukking in stand te houden, verraderlijk. Natuurlijk zijn er voordelen, sommige materieel, andere met betrekking tot sociale status, zelfbeeld, die mannen, witte mensen, cis-mensen uit onderdrukking halen. Ze veranderen echter niets aan het overkoepelende belang voor mensen uit de arbeidersklasse van deze groepen om onderdrukking aan te vechten, omdat het hen bindt aan een systeem dat hen ook uitbuit. Bovendien is elke notie dat er binnen delen van de arbeidersklasse een gevestigd belang is bij het handhaven van de status-quo doorspekt met illusies over het kapitalisme – een systeem in verval dat steeds verder afglijdt naar een ecologische catastrofe, een systeem dat niet in staat om in de behoeften van de overgrote meerderheid van de mensheid te voorzien. De waarheid is dat het dringend in het belang is van de arbeidersklasse in de breedst mogelijke zin om zich te verenigen om dit systeem omver te werpen.

Bovendien is elk spoor van deze liberale benadering van identiteitspolitiek schadelijk voor de objectieve behoeften van elke toekomstige beweging tegen onderdrukking die de opbouw van een zo breed mogelijke solidariteit nodig heeft om haar te ondersteunen en te versterken. Soms kan een weerspiegeling van deze benadering het idee zijn dat alleen diegenen die direct getroffen worden door een bepaalde onderdrukking erover mogen praten. Natuurlijk moeten degenen die de verwoestingen van onderdrukking ervaren de centrale stemmen zijn in elke beweging voor hun problemen, maar in feite moeten we dringend de solidariteit verdiepen. Dat kan door aan degenen binnen de arbeidersbeweging die cis zijn te vragen om luidkeels hun steun te betuigen aan hun trans broers en zussen, of aan cis-mannen om zich uit te spreken tegen giftige mannelijkheid. Ja, we hebben dit absoluut nodig en het zou aangemoedigd moeten worden in onze strijd. Een van de gevolgen van de liberale benadering van identiteitspolitiek kan zijn dat mannen uit de arbeidersklasse zich eigenlijk niet bezig hoeven te houden met de onderdrukking van vrouwen enzovoort.

Verbonden met het bovenstaande is er soms een pessimisme over het potentieel voor klassensolidariteit dat zich uit in een beperkte reikwijdte van de nagestreefde verandering. Soms zal die beperkte verandering zich richten op een prijzenswaardig streven om achtergebleven en onderdrukkende houdingen te veranderen, maar dit streven is gedoemd te mislukken als het niet doordrenkt is met een dynamische poging om actieve strijd en bewegingen op te bouwen die bewust en primair gericht zijn op het systeem, en als het niet samengaat met een breder programma en perspectief om het privébezit van de rijkdom te betwisten – de structurele wortels van onderdrukking en uitbuiting. Op andere momenten kan deze benadering verschillende strijden van onderdrukte identiteiten van elkaar afschermen, om vervolgens vaak terug te plooien in een zeer liberale en op vertegenwoordiging gebaseerde politiek.

Sommigen zien de arbeidersklasse als een identiteit, één van de vele andere onder het kapitalisme. Zelfs degenen die zich identificeren als arbeidersklasse kunnen dat met trots doen en een bepaalde cultuur en traditie omarmen, maar zien de arbeidersklasse niet zoals marxisten dat doen – de scheppers van de rijkdom die in handen is van de kapitalistische klasse. Bijgevolg wordt de potentiële bevrijdende kracht van een verenigde arbeidersklasse in strijd in al haar diversiteit, samen met alle armen en onderdrukten van de wereld, gemeden.

Soms draaien groepen en activisten binnen de bewegingen om een ultralinkse/liberale as, waarbij ze elementen van een liberale benadering van identiteitspolitiek behouden, maar op een tegenstrijdige manier naast meer radicale ideeën zetten. Hiermee bedoelen we verklaringen dat het kapitalisme en onderdrukkende staatsinstellingen zoals gevangenissen afgeschaft moeten worden – welkome ideeën! – maar zonder deze te koppelen aan een duidelijke strategie, programma en perspectief geworteld in klassenpolitiek. Hierdoor vervallen ze vaker wel dan niet in een liberale benadering. Veel van degenen die zich identificeren als abolitionisten van het gevangeniswezen kunnen deze aanpak typeren: aan de ene kant wordt de eis tot afschaffing op een botte manier gepresenteerd die lijkt te impliceren dat deze instellingen van de ene dag op de andere worden afgeschaft, waardoor veel gewone mensen die zich zorgen maken over wat dat zou betekenen, onnodig van zich vervreemd raken. Echter, wanneer de details worden besproken, is wat eigenlijk wordt voorgesteld reformistisch en liberaal – namelijk het geleidelijk overdragen van sommige politietaken aan maatschappelijk werkers bijvoorbeeld, een aanpak die is doordrenkt van illusies dat het kapitalistisch systeem en zijn staat vrijwillig afstand zouden doen van de eigen repressieve apparaten.

Een van de kenmerken van de aanhoudende feministische golf die in de jaren 2010 begon, is dat er vanuit de meest strijdbare, jeugdige en arbeidersklasse elementen van de beweging impulsen zijn gekomen om tegen de benadering van identiteitspolitiek in te gaan. Hieronder valt ook de erkenning dat het hele systeem gendergeweld in stand houdt, zoals de “de verkrachter ben jij”-hymne die in Chili begon en gericht was tegen de staatsinstellingen (12), en een poging om beperkende, contraproductieve benaderingen aan te vallen, zoals stakingen of betogingen waarbij alleen vrouwen betrokken zijn.

Soms is dat verwoord als de eis dat de beweging ‘intersectioneel’ moet zijn. In Mexico doen de jongeren in de Ni Una Menos-beweging die hun intersectionaliteit benadrukken dit om in te gaan tegen de anti-transfeministen die er nog steeds een sterke rol spelen. De vraag naar intersectionaliteit vanuit de basis van bewegingen tegen onderdrukking is ook vaak een indicatie van de afwijzing van een benadering van identiteitspolitiek die verschillende onderdrukte en uitgebuite volkeren botweg van elkaar scheidt en in het beste geval geen rekening houdt met klassentegenstellingen.

Van Sojourner Truth die in 1851 uitriep: “Ain’t I A Woman?” tot Claudia Jones die in 1949 schreef over de “superuitbuiting” van zwarte, arme vrouwen uit de arbeidersklasse en het Combahee River Collective dat in 1977 schreef over de noodzaak van een benadering die rekening hield met klasse, gender, seksualiteit en ras; hebben radicale en feministische zwarte vrouwen, voordat de term ‘intersectionaliteit’ werd bedacht, een belangrijke bijdrage geleverd aan de poging om ervoor te zorgen dat er binnen de feministische, antiracistische en arbeidersbewegingen rekening wordt gehouden met de raakvlakken tussen ras en gender.

Het unieke concept van intersectionaliteit, namelijk dat verschillende onderdrukkingen elkaar kruisen en de aard van de onderdrukking veranderen, valt niet te ontkennen. De intensievere en veelzijdige onderdrukking waar zwarte vrouwen mee te maken hebben, vooral arme vrouwen en vrouwen uit de arbeidersklasse, is hier een duidelijk voorbeeld van. Er zijn talloze hartverscheurende voorbeelden, maar we kunnen er één als voorbeeld nemen: de ongelijke sterftecijfers bij moeders waar gekleurde vrouwen en hun baby’s mee te maken hebben. In de VS, waar de slechtere resultaten voor zwarte vrouwen / zwangere mensen en hun baby’s al jaren goed gedocumenteerd zijn, heeft een nieuwe studie de kloof verder geïllustreerd. In een grootschalig onderzoek naar geboorten in Californië werden enorme verschillen aangetoond in de resultaten tussen rijke en arme patiënten. De moeder- en kindersterftecijfers waren echter even hoog onder zwarte vrouwen met de hoogste inkomens als onder witte vrouwen met een laag inkomen – wat inzicht geeft in de diepgang van anti-zwart racisme. (13)

Meer nog dan dubbele of driedubbele onderdrukking die cumulatief of additief is, resoneert het concept dat verschillende onderdrukkingen botsen en daarbij iets kwalitatief anders creëren, met degenen die deze harde realiteit ervaren omdat het absoluut waar is.

Dit gezegd hebbende, is intersectionaliteit zelf beperkt. Het concept, dat niet noodzakelijkerwijs geworteld is in een bepaald breder analytisch kader of filosofie, is zeer kneedbaar – op een problematische manier zelfs. In werkelijkheid kan het worden onderschreven en vervolgens versmolten met allerlei liberale benaderingen van identiteitspolitiek. Het kan geplaatst worden in een postmodern filosofisch kader en academische theorievorming die fundamenteel botst met een klassenstandpunt. Het feit dat het zo kneedbaar is, maakt het in feite open voor coöptatie door de meest burgerlijke krachten. Kamala Harris, beroemd om haar ‘law and order’-politiek toen ze officier van justitie was in San Francisco – verantwoordelijk voor de onderdrukking van gekleurde arbeidersgemeenschappen – werd door The New York Times geprezen als een aangeboren intersectionele figuur alleen al vanwege haar identiteit, wat een glimp geeft van de verraderlijke dieptepunten waartoe dit kan leiden. (14)

Marta E. Gimènez schreef dat “intersectionaliteit, niet gebonden aan een specifieke theoretische basis, open staat voor coöptatie, transformatie en meervoudige interpretaties, waardoor het een ‘gemeenschappelijke basis voor alle feminismen’ wordt, ondanks belangrijke verschillen tussen feministen.” Bij het poneren van een marxistische feministische kritiek op intersectionaliteit merkt ze scherp op: “Hoewel intersectionaliteit misschien het fundamentele belang van klasse ontkent, hebben de fenomenen die daarmee te maken hebben, gender, raciale, etnische en andere vormen van onderdrukking en ongelijkheid, kapitalistische oorzaken en vragen ze om een marxistische theoretische analyse. Het uitsluiten van de relatie tussen klasse, sociaaleconomische ongelijkheid en gender, ras en andere bronnen van discriminatie en onderdrukking ontslaat het kapitalisme van verantwoordelijkheid…” (15)

Kortom, intersectionaliteit heeft niets te zeggen over de wortels van onderdrukking zelf, noch over hoe er een einde aan te maken. Het enkelvoudige concept van elkaar kruisende onderdrukkingen moet geworteld worden in een bredere marxistische analyse en perspectief en programma, om de radicale, solidaire en bevrijdende impulsen te realiseren van die elementen die hun intersectionaliteit verklaren als een middel om hun verlangen uit te drukken om werkelijk een einde te maken aan alle vormen van onderdrukking.

Van Marx en Engels tot vandaag – degradeert het marxisme van nature onderdrukking?

““Daar, waar de arbeid in een zwarte huid wordt gekluisterd, kan de arbeid in een witte huid zich niet vrijmaken.” (16) Zo schreef Marx naar aanleiding van de Amerikaanse Burgeroorlog.

Marx’ sympathieke beschrijving van een sekswerker in een populaire hedendaagse roman, Les Mystères de Paris, is veelzeggend: “[Fleur de Marie heeft] vitaliteit, energie, vrolijkheid, elasticiteit van karakter – kwaliteiten die alleen haar menselijke ontwikkeling verklaren in haar onmenselijke situatie… Ze komt niet over als een weerloos lammetje dat zich zonder enige weerstand overgeeft aan overweldigende brutaliteit; ze is een meisje dat haar rechten kan verdedigen en kan vechten.” Zijn bewondering voor Fleur de Marie – haar morele karakter en haar vechtlust – gaat gepaard met zijn afkeuring van de armoede, het seksisme en het misogyne religieuze moralisme waaronder ze gebukt gaat. (17)

We weten dat Engels een baanbrekende tekst heeft geschreven over de oorsprong van genderonderdrukking. Zijn nalatenschap is zodanig dat zelfs nieuwe boeken die in 2023 worden geproduceerd (18) over het onderwerp van de wortels van het patriarchaat, nog steeds zijn werk als belangrijk referentiepunt hebben. Engels plaatste de oorsprong van vrouwenonderdrukking naast het begin van de klassenmaatschappij met de ontwikkeling van de landbouw rond 10.000 voor Christus. Engels beweerde dat het ‘primitieve communisme’ van vroege jager-verzamelaarsamenlevingen laat zien dat het model van het patriarchale gezin, inclusief het monogame huwelijk (met de nadruk op monogamie van de vrouw en controle over haar lichaam en seksualiteit), niet de natuurlijke gang van zaken was, maar een sociaal opgelegd middel om privébezit door te geven via een mannelijke lijn.

Gedurende 99% van de geschiedenis leefde de mensheid in een enorme verscheidenheid aan verwantschappen, in samenlevingen met weinig of geen onderscheid tussen privé en publieke sferen. Deze vroegere samenlevingsvormen waren geen utopie en vaak moesten mensen dagelijks vechten om te overleven. Wat de meeste van deze samenlevingen echter gemeen hadden, was dat ze egalitair waren en gebaseerd op de herverdeling van goederen – van ieder naar vermogen, naar ieder naar behoefte. Systematische uitbuiting van medemensen of van het milieu was ongehoord. 

Archeologisch, historisch en antropologisch onderzoek heeft sinds Engels goed gedocumenteerd dat pas met de ontwikkeling van nederzettingen, vooral in de vroege agrarische samenlevingen, instellingen zoals de staat en het heteroseksuele kerngezin ontstonden. Dit bevestigt de revolutionaire stelling van Engels, namelijk dat vrouwenonderdrukking niet altijd heeft bestaan. In feite was 99% van de menselijke geschiedenis niet patriarchaal. Daarom is onderdrukking op basis van geslacht niet onveranderlijk en kan er absoluut een einde aan worden gemaakt. De “historische nederlaag van het vrouwelijk geslacht” waar Engels over schreef kan betwist worden in de zin dat het een complexer en langdradiger proces was dan die zin en sommige argumenten van Engels aangeven, maar de centrale stelling blijft solide en vitaal. (19)

Hoewel er natuurlijk hiaten en problemen zijn, kan elk idee dat Marx en Engels zelf onderdrukking niet serieus namen definitief worden weerlegd via hun eigen geschriften. Het belangrijkste is bovendien dat een historisch materialistische analyse en benadering natuurlijk een analyse moet bevatten die onderdrukking op alle mogelijke manieren volledig en dynamisch integreert. In feite is dat een zekere test voor revolutionairen. De waarheid is dat reformistisch links en diegenen uit een stalinistische linkse traditie de meeste kans hebben om niet voor deze test te slagen. Een ruw economisme is vaak een kenmerk van deze tendensen.

De Russische Oktoberrevolutie van 1917, geleid door de Bolsjewieken – een revolutionair proces dat op gang werd gebracht door vrouwen uit de arbeidersklasse en arme vrouwen die in februari van dat jaar de straat op gingen – had de bevrijding van vrouwen en homo’s als actief onderdeel: depenalisering van homoseksualiteit, abortus en sekswerk; algemeen kiesrecht; eenvoudige echtscheiding; een project om universele openbare kinderopvang, collectieve wasserijen en keukens in te voeren; feministische arbeidswetten; en het baanbrekende werk van de Zhenotdel – het initiatief dat werd geleid door vrouwelijke bolsjewistische revolutionairen om de omstandigheden en het activisme van arbeidsters en arme vrouwen binnen de revolutie te blijven politiseren, versterken en bevorderen.

Het is geen toeval dat Stalin homoseksualiteit en abortus opnieuw strafbaar stelde en de Zhenotdel afschafte. Net zoals de bevrijding van onderdrukking op basis van gender en seksualiteit een essentieel onderdeel was van de revolutie van de arbeidersklasse, zo was het verpletteren van diezelfde onderdrukking van vitaal belang voor de stalinistische contrarevolutie.

Conclusie: niets menselijks is vreemd aan de zaak van de arbeidersklasse

De jaren 2010 zagen wereldwijd een nieuwe feministische en LGBTQ golf opkomen, die miljoenen mobiliseerde in de strijd en belangrijke overwinningen behaalde, waaronder toegang tot abortus in Ierland, Argentinië, Zuid-Korea … en die eisen stelde voor trans-rechten, een einde aan gendergerelateerd geweld en vrouwenmoord. Deze ontwikkeling ging hand in hand met andere vitale gevechten tegen onderdrukking en aantasting van het milieu – die van de #BlackLivesMatter-beweging, waaronder de George Floyd-opstand die leidde tot enkele van de grootste mobilisaties in de geschiedenis in de hele VS,(20) en de internationale beweging Fridays for Future waarbij miljoenen scholieren in september 2019 staakten voor klimaatactie. (21)

Van politieke ontwikkelingen in Zuid-Korea waar jonge mannen protesteerden tegen ‘omgekeerde discriminatie’ toen een nieuw staatshoofd aantrad met een antifeministisch profiel (22), tot de virale vrouwenhaat van Andrew Tate, tot inhakken op #MeToo zoals het Depp-vonnis, en het dieptepunt van de uitspraak van het Amerikaanse Hooggerechtshof die een halve eeuw van legale abortus ongedaan maakte … Het begin van de jaren 2020 werd ontsierd door een venijnige antifeministische, anti-trans reactie die erop uit was om de strijd tegen onderdrukking en de hoop die deze met zich meebracht de kop in te drukken. Dit alles is verweven met een toename van transfobie, xenofobie en racisme, waarbij gevestigde politici steeds meer de kleren van extreemrechts stelen in hun belachelijke, reactionaire en steeds repressievere ‘oorlog tegen woke’.

Het kapitalistisch systeem bevindt zich midden in een crisis met vele facetten, waarvan de diepte en complexiteit nog nooit eerder is vertoond. En de antifeministische, antitrans terugslag komt rechtstreeks uit dit systeem in verval, met een heersende klasse die meer dan ooit behoefte heeft aan verdeeldheid onder de uitgebuitenen en onderdrukten.

Karl Marx’ favoriete lijfspreuk was “Nihil humani a me alienum puto” – “Niets menselijks is mij vreemd.” (23) Elk onrecht en elke wreedheid van het kapitalistische systeem is een zorg van de arbeidersbeweging die doordrongen is van de objectieve potentiële macht om de wortels ervan weg te nemen. Het kapitalisme als systeem bevat een veelheid aan tegenstrijdigheden, waaronder een veelheid aan varianten van van onderdrukking en ecologische vernietiging die verweven zijn in en door de klassenbasis van het systeem. We noemden eerder al de grote Eleanor Marx en haar bijdrage aan het marxisme en socialistisch feminisme. Haar partner, Edward Aveling, met wie ze samen de tekst schreef die we citeerden, behandelde haar met een patriarchale minachting die de kenmerken droeg van misbruik van intieme partners en een factor was in haar vroegtijdige dood op amper 42-jarige leeftijd. Het is een tragisch voorbeeld van waarom de strijd van de arbeidersklasse het zich niet kan veroorloven om de verwoestingen van onderdrukking te negeren.

Net toen de anti-feministische tegenreactie zo somber werd, ontploften er in Iran gebeurtenissen die symboliseerden dat er een nieuw en hoger niveau was bereikt in de feministische golf die in de jaren 2010 begon. De ‘Vrouw, Leven, Vrijheid’-beweging zag een revolutionair feminisme opkomen in Iran. Door dit revolutionaire feminisme te doordringen van een antikapitalistisch en socialistisch programma, moet de terugslag worden bestreden. De jeugdige, hoopgevende, levensbevestigende, creatieve massabewegingen en explosies van strijd tegen de verwoestingen van onderdrukking, die in de jaren 2010 en 2020 miljoenen uitgebuitenen en onderdrukten over de continenten de straat op brachten, zijn inspirerend geweest.

De beste tradities van het marxisme geven aan dat de enige manier waarop een revolutionaire uitdaging van het systeem kan worden aangegaan, en kan slagen, een revolutionaire beweging van de arbeidersklasse is; en verder dat dit laatste onmogelijk is zonder de eisen en strijd van de onderdrukten die onlosmakelijk met en door die beweging verbonden zijn. Ze geven er een bijzondere impuls, urgentie en kracht aan.

Voetnoten

1. Zetkin, Clara, “The tasks of the Second International Communist Women’s Conference”, from The Communist Women’s Movement, 1920-1922, Proceedings, Resolutions and Reports (Ed. Taber, Mike, Dyakonova, Daria), 2023, p. XXII

2. www.socialistparty.ie/2022/08/the-cwi-socialist-feminism-redressing-a-checkered-history/

3. www.marxist.com/podcast-identity-politics-capitalism-s-weapon-of-division.htm

4. “The Woman Question”, Marx, Eleanor & Aveling, Edward, 1886, www.marxists.org/archive/eleanor-marx/works/womanq.htm

5. www.nytimes.com/interactive/2020/06/10/upshot/black-lives-matter-attitudes.html

6. https://notesfrompoland.com/2022/11/16/record-support-for-abortion-up-to-12-weeks-in-poland-finds-poll/#:~:text=Support%20among%20the%20Polish%20public,ever%20recorded%20by%20pollster%20Ipsos.

7. https://alternativasocialista.net/what-happened-in-spain-on-march-8th/

8. www.marxists.org/archive/zetkin/1925/lenin/zetkin2.htm#f1

9. www.marxists.org/archive/lenin/works/1901/witbd/

10. Quoted in The Communist Women’s Movement, 1920-1922, Proceedings, Resolutions and Reports (Ed. Taber, Mike, Dyakonova, Daria), 2023

11. https://www.marxists.org/archive/draper/1976/women/3-zetkin.html

12. https://www.theguardian.com/world/video/2019/dec/06/a-rapist-in-your-path-chilean-protest-song-becomes-feminist-anthem-video

13. www.nytimes.com/interactive/2023/02/12/upshot/child-maternal-mortality-rich-poor.html

14. www.nytimes.com/2020/10/09/us/politics/kamala-harris-racism-sexism.html

15. Gimenez, Martha E., Marx, Women and Capitalist Social Reproduction (2018)

16. Marx quoted in Marx at the Margins, Anderson, Kevin B. (2016) p.114

17. Marx quoted in Marx on Gender and the Family, Brown, Heather A. (2012), p.36

18. See The Patriarchs: How Men Came to Rule, Saini, Angela (2023)

19. www.marxists.org/archive/marx/works/1884/origin-family/index.htm

20. https://www.nytimes.com/interactive/2020/07/03/us/george-floyd-protests-crowd-size.html

21. https://amp.theguardian.com/environment/2019/sep/27/climate-crisis-6-million-people-join-latest-wave-of-worldwide-protests

22. https://www.bbc.com/news/world-asia-63905490

23. https://www.marxists.org/archive/marx/works/1865/04/01.htm

0
    0
    Je winkelwagen
    Er zit niets in je winkelwagenKeer terug naar de winkel