De bevolking schrik aanjagen over de betaalbaarheid van de pensioenen maakt daar deel van uit. Het moet helpen om ons langer aan het werk te houden, het aanbod aan werkkrachten op de arbeidsmarkt op te drijven en dat te gebruiken om de lonen te drukken. Een andere beproefde techniek is het zaaien van verdeeldheid, onder meer door ambtenaren voor te stellen als een bende luiaards die te hoge pensioenen trekken en daardoor de pensioenen van de werknemers in de private sector in gevaar brengen. Bruggepensioneerden worden voorgesteld als profiteurs, werklozen als werkschuwen die onder dwang verplicht moeten worden om het even welke baan aan om het even welk loon te aanvaarden. In Wallonië zou men beter eens een voorbeeld nemen aan de vlijt van de Vlaamse arbeider. En Brussel is een geldverslindend monster dat wil leven op de kap van een ander. Alles samen zou men de indruk krijgen dat België, waar de arbeiders tot de productiefste ter wereld behoren, en land is vol profiteurs die niets liever doen dan een ander voor hen te laten werken. Kenmerkend voor al die categorieën is dat ze niet alleen het armste deel van de bevolking zijn, maar ook de overgrote meerderheid.

In woorden is de burgerij voor gelijke rechten, tegen homofobie, seksisme en racisme. Carrièrevrouwen, migrante en homoseksuele politici en patroons moeten dat in de verf zetten. De spreekwoordelijke uitzondering bevestigt hier echter de regel. Het is geen probleem om tot een minderheidsgroep te behoren als je materiële positie in de maatschappij gebeiteld zit. Dat wordt het pas als je tot de brede laag behoort, die verplicht is haar arbeidskracht te verkopen om in haar levensonderhoud te voorzien. In een maatschappij waarin degelijke banen steeds zeldzamer zijn en een loon niet langer volstaat om een gezin te onderhouden, kan het bijna iedereen gebeuren in de armoede terecht te komen. Dat is altijd erg, ook voor een katholieke heteroseksuele blanke man in blakende gezondheid. Doorgaans worden diegenen die zich in de zwakste positie bevinden het eerst en het meest getroffen. Niet toevallig zijn vrouwen oververtegenwoordigd in de groep die een armoederisico loopt en migranten oververtegenwoordigd in de werkloosheid. Een studie aan de KUL toonde aan dat holebi’s het hard te verduren krijgen op de werkplaats. Patroons en politici houden moraliserende preken over racisme, seksisme en homofobie bij arbeiders, maar het is hun beleid dat de voedingsbodem ervoor creëert. Denken we maar aan de schaamteloze campagnes tegen de hoofddoeken van moslimmeisjes.

Men benadrukt de verschillen tussen Wallonië, Brussel en Vlaanderen. Men slaagt er zelfs in twee verschillende publieke opinies te creëren. Uiteraard verschilt het economisch weefsel van regio tot regio. In Brussel vertegenwoordigen de secundaire bedrijfstakken 11,5% van de economie, terwijl dat in Vlaanderen 29% is en in Wallonië 25,5%. Op een verschillende economische ontwikkeling werd zoals dat steeds het geval is geweest, verschillend gereageerd. Dat is zo tussen de gewesten, maar ook tussen pakweg Antwerpen en  Zuid Oost Vlaanderen of Luik en Luxemburg. Op die verschillen in economisch beleid heeft de arbeidersklasse trouwens ook verschillend gereageerd, en ook die verschillen bestaan niet alleen tussen Vlaanderen, Wallonië en Brussel, maar ook tussen Antwerpen en pakweg Zuid Oost Vlaanderen. Openbare diensten en onderwijs vertegenwoordigen 25,8% van de tewerkstelling in Brussel, terwijl dat in Vlaanderen maar 15,4% is en in Wallonië 21,6%. (138)

De werkloosheidsgraad bedroeg in 2008 in Vlaanderen 7,4%, tegen 17,1% in Wallonië en in Brussel 20,1%. In 2009 steeg de werkloosheid in Vlaanderen met +14%, in 2010 zal dat +9,7% zijn en in 2011 +6,2%. In Wallonië steeg de werkloosheid in 2009 minder snel, +2,7%, in 2010 zou daar +0,6% bij komen en in 2011 +5,5%. In Brussel nam de werkloosheid in 2009 toe met 6,5% en zou ze in ook 2010 toenemen met 8,8%. In 2011 zou de werkloosheidsgraad daardoor in Vlaanderen 9,6% bedragen, 25% van de jongeren zou niet in staat zijn een job te vinden. In Wallonië zal de werkloosheidsgraad in 2011 18,9% bedragen en in Brussel 22,5%. De totale werkgelegenheid in Brussel bedroeg in 2009 672.400, waarvan 234.000 pendelaars uit Vlaanderen en 125.900 pendelaars uit Wallonië, maar er zijn ook 61.000 inwoners van Brussel die in één van de andere gewesten werken.(139)  Als vooral de PS in de communautaire onderhandelingen aandringt op een herziening van de taalvereisten voor werknemers van de openbare diensten in Brussel en die wil vervangen door de tweetaligheid van de diensten, heeft dat hiermee te maken.

Terwijl het gemiddelde jaarinkomen in België in 2004 13.222 € bedroeg, was dat in Vlaanderen 14.026 €, in Wallonië 12.357 € en in Brussel 11.309 €. Hogere inkomens en een lagere werkloosheidsgraad leiden onvermijdelijk tot een transfer van middelen uit de sociale zekerheid naar de armere regio’s. Een studie over de geografie van de sociale zekerheid in België door het Centrum voor Sociaal Beleid van de universiteit Antwerpen van juli 2010, nuanceert die transfers. Deze cijfers verbergen immers grote verschillen binnen de gewesten. In de zogenaamde Vlaamse ruit in de randgemeenten tussen Antwerpen, Gent, Brussel en Leuven, met inbegrip van een groot deel van Waals Brabant, ligt het gemiddeld inkomen hoger. Datzelfde fenomeen doet zich trouwens ook voor in de randgemeenten van de centrale steden in Wallonië. De studie besluit dat de draagkracht voor de sociale zekerheid in het centrum van het land ligt. In 2008 bedroeg het maandelijkse gemiddelde inkomen uit de sociale zekerheid per inwoner 345 € in Brussel, 374 € in Vlaanderen en 406 € in Wallonië. Door de sterkere veroudering van de bevolking in Vlaanderen zouden de meeruitgaven per inwoner in Wallonië ten opzichte van Vlaanderen echter dalen van 8% naar 5%.

Als deze objectieve verschillen in de discussie over de staatshervorming echter worden aangehaald, dan is het niet om de uitkeringen van de Vlaamse werklozen op te trekken of om ouderen vroeger te laten uitstappen en een beter sociaal beleid te kunnen voeren. Integendeel, ook in Vlaanderen zal de tering naar de nering gezet worden. Men wil vooral de arbeiders verzwakken door ze te verdelen, om overal een politiek van sociale afbraak te kunnen voeren. Bovendien wil men de regio’s op die manier verplichten, responsabiliseren heet dat dan, om zelf hun bevolking het mes op de keel te zetten. Goede leerlingen zullen immers beloond worden en slechte bestraft. De goede leerlingen zullen die beloning echter niet uitdelen aan de arbeiders en hun gezinnen, maar integendeel gebruiken om de concurrentiepositie van de regio nog te versterken, waardoor de slechte leerlingen niet anders kunnen dan volgen. Over de leerstof hoeft men dan niet meer te discussiëren, die schrijft besparen, besparen en nog eens besparen voor. Daarmee wordt meteen de basis gelegd voor de volgende communautaire ronde, want elk compromis dat vandaag bereikt wordt, zal ten koste gaan van nieuwe discriminaties en een verdere verarming van de overgrote meerderheid van de bevolking aan weerszijden van de taalgrens.


NOTEN

(138) Federaal Planbureau – Regionale economische vooruitzichten 2009 – 2015, cijfers voor 2008
(139) Federaal Planbureau – Regionale economische vooruitzichten 2009 – 2015, werkloosheidscijfers volgens de definitie van het planbureau

> Inhoudstafel

Geef een reactie

0
    0
    Je winkelwagen
    Er zit niets in je winkelwagenKeer terug naar de winkel