Economie. Donkere tijden voor het kapitalisme. De storm gaat nog niet liggen
Een tweede golf van herkapitalisaties van de banken was reeds noodzakelijk. Dat maakt op zich reeds duidelijk dat de vorige massale overheidstussenkomsten onvoldoende waren. Ook bij de bekendmaking van de definitieve economische resultaten voor 2008 heerste een sombere stemming. Het vierde kwartaal van 2008 wordt omschreven als “rampzalig”: de industriële productie van de belangrijkste wereldmachten is in elkaar gestort, wat ook leidt tot een enorm sociaal bloedbad.
Alle gelederen van de economie worden getroffen
In de Verenigde Staten nam het Bruto Binnenlands Product (bbp) in het laatste kwartaal met 3% af. Niet minder dan 2,6 miljoen mensen verloren het afgelopen jaar hun job. Dat aantal wordt verder de hoogte ingedreven: in januari gingen 600.000 jobs verloren en in februari werd dat aantal zelfs op één week tijd gehaald (de week van 7 februari)! In de Eurozone gaat het er al niet veel beter aan toe: de Europese Commissie moest haar groeiverwachting voor 2009 naar beneden herzien tot -1,9%. Voor België wordt een zelfde inkrimping verwacht.
Het is opvallend om te zien hoe alle vorige vooruitzichten van de regeringen en internationale instellingen veel te optimistisch waren. De Nationale Bank had het in december nog over een negatieve groei van -0,2% in 2009. Zou het cijfer van -1,9%, dat slechts enkele weken later volgde, dan mogelijk ook nog te optimistisch zijn? Een inkrimping van 1,9% houdt rekening met een slecht jaar, maar tegelijk wordt gehoopt dat de herstelplannen tegen het einde van het jaar voor een heropleving van de economie zullen zorgen. Wij hebben daar bedenkingen bij.
Sinds de ineenstorting van de zeepbel op de Amerikaanse huisvestingsmarkt in de zomer van 2007 hebben de kapitalistische regeringen steeds de omvang van de crisis genegeerd. Aanvankelijk werd alle hoop gevestigd op een “ontkoppeling”, waarbij enkel de Amerikaanse economie zou worden geraakt. Dat scenario behoort intussen tot het verleden: in Europa slaat de crisis toe en ook China wordt steeds meer geraakt (de Chinese export daalde reeds met 17% op jaarbasis). Duizenden Chinese fabrieken sluiten de deuren, waardoor miljoenen Chinezen werkloos worden. Eenzelfde ontwikkeling vindt ook plaats in andere “opkomende” landen.
Herstelplannen bieden geen uitweg
Vandaag wordt gehoopt dat de herstelplannen voor een opleving zullen zorgen. Deze zouden er voor moeten zorgen dat de economie terug aantrekt vanaf eind 2009. De herstelplannen bestaan grotendeels uit reeds geplande investeringen en financiële instrumenten die de banken en financiële instellingen moeten zuiveren.
Kijk maar naar het Amerikaanse herstelplan van Obama en Geithner. Dat plan kreeg de moedige naam “Financial Stability Plan” en omvat 2.000 miljard dollar aan maatregelen om de financiële sector te herstellen. Een publiek-privaat fonds zou voor 500 miljard dollar aan rommelkredieten en activa opkopen. De gemeenschap mag opdraaien voor de rottigheid, de private partner zal de winsten wel voor zijn rekening nemen.
Ook het idee van een “bad bank” gaat in deze richting. De Federal Reserve (nationale bank van de VS) zou voor 1.000 miljard dollar bankwaarden opkopen, waarden die verbonden waren aan consumptiekredieten. Anders gezegd: de Fed hevelt 1.000 miljard dollar bankschulden over naar de gemeenschap.
De rest van het plan gaat vooral over tussenkomsten in het kapitaal van de banken. Er worden slechts enkele kruimels vrijgemaakt voor gezinnen die te diep in de schulden zitten door hun hypothecaire leningen. Het herstelplan wil die schulden lichter maken door ze over een langere periode te spreiden. Het kwijtschelden van die schulden zou een te groot verlies voor de banken betekenen. En daar worden volgens de regering al voldoende inspanningen geleverd: de topmanagers moeten hun lonen beperken tot 500.000 dollar (!) per jaar en een “gezonde financiële structuur” voor hun bank aantonen. De besparingen om de “financiële gezondheid” te versterken, vormen de cynische basis voor de vernietiging van productie en massale afdankingen.
De herstelplannen bieden geen oplossing voor de arbeiders. Er wordt enkel aan het patronaat verzekerd dat het de arbeiders zullen zijn die moeten opdraaien voor de crisis. Het plan-Obama zal daar niets aan veranderen: belastingsverlagingen voor de middenklasse, subsidies voor de consumptie van Amerikaanse producten en een ambitieus plan om een embryo van sociale zekerheid “zoals in Europa” op te zetten. Het gaat daarbij wel om sociale zekerheid met twee versnellingen: een deel in vijfde versnelling, maar ook een deel in eerste waarbij er amper vooruitgang is. De maatregelen die er wel komen, dreigen bovendien de publieke schuld sterk en snel op te drijven. En laat die schuldenberg nu net een belangrijke oorzaak zijn van wat economen “de moeder van alle recessies” noemen. Het zijn de publieke schulden die de afgelopen jaren werden ingeroepen om een besparingsbeleid te voeren en de sociale verworvenheden te ondermijnen. Indien de publieke schulden de komende periode sterk zouden toenemen, kan dit in sommige gevallen leiden tot het bankroet van landen. IJsland bevindt zich reeds in die situatie.
De herstelplannen veranderen dus niets aan de fundamentele tegenstellingen waarop het neoliberalisme de afgelopen periode haar groei had gerealiseerd en die de basis vormden voor de huidige crisis: enorme schulden bovenop een grote sociale kloof. Een vlucht vooruit zal geen oplossing bieden voor de crisis van het kapitalisme. Misschien kan het een pleister op het houten been van het systeem vormen, maar dat maakt weinig verschil als het hout verrot is.
China wordt overigens niet de nieuwe motor van de wereldeconomie, het land wordt zelf geraakt door de crisis. Ook daar kwam er een herstelplan dat vooral gericht was op het ontwikkelen van een interne markt. De afgelopen jaren kende China een sterke groei op basis van een enorme uitbuiting van haar arbeiders. De productie diende grotendeels voor de export, wat nu in elkaar stort.
Geen vertrouwen
De regeringen slagen er niet in om het vertrouwen in de eigen kapitalisten en hun systeem te herstellen. Onmiddellijk na de aankondiging van het plan van Geithner verloor de beurs van New York 5%. De speculanten menen dat de regering, zelfs met de bedragen die nu worden uitgetrokken, de ernst van de situatie onvoldoende inschat.
De automobielsector vormt een barometer voor de consumptie. Daar zien we de gevolgen van de kapitalistische overproductiecrisis met verkoopcijfers die achteruit gaan met 30% tot 50% op jaarbasis. De basis voor de overproductie wordt gevormd door de kapitalistische productiewijze, waarbij het loon van de arbeiders slechts overeenstemt met een gedeelte van de geproduceerde waarde. Het andere deel dient voor de winsten van de kapitalisten. De arbeiders kunnen niet alles wat ze geproduceerd hebben terugkopen. De afgelopen jaren werden de enorme winsten steeds meer geïnvesteerd in goedkope kredieten, ook voor wie die niet kon terugbetalen.
Dat vormde de basis voor de toename van de speculatie die onder meer op de beurzen tot uiting kwam. De opgang van het belang van de beurs was een uitdrukking van de opeenstapeling van schulden en overproductie. De daling van de huizenprijzen zorgde ervoor dat de volledige economische zeepbel uiteenspatte. Het feest was voorbij en het kapitalisme viel terug op haar fundamentele tegenstellingen, die reeds jarenlang aanwezig waren, maar nu op pijnlijke wijze terug de bovenhand haalden.
Toxische banken
Hetzelfde geldt voor de banken. De eigen waarde van de banken vormt slechts een beperkt onderdeel van de totale waarde van de engagementen die door de banken worden aangegaan, slechts 5%. De eigen fondsen werden bovendien aangetast door risicovolle investeringen zoals subprimes (rommelhypotheken). De waardevermindering van dergelijke investeringen hebben de eigen waarde van de banken snel doen afnemen tot nog zowat 2% van de totale verplichtingen. Op die manier kan een bank vrij snel failliet gaan. Bovendien wordt duidelijk dat de subprimes niet alleen waren, nog grotere bedragen bleken deel uit te maken van investeringen die net iets minder riskant waren (Alt-A). De ineenstorting van de beurzen kan deze hypotheken omvormen tot tijdbommen die de economie verder zullen ondermijnen.
Verschillende regeringen willen nu de banken zuiveren van toxische beleggingen. Dat gebeurt door de schulden te nationaliseren en de winsten aan de privé over te laten. In 2008 kregen de verantwoordelijken van de financiële instellingen zowat 10 miljard dollar aan bonussen nadat ze gered werden door het plan-Paulson (dat uiteraard werd betaald door de gemeenschap). De rotzooi van de kapitalisten wordt aan de arbeiders doorgegeven, zodat het patronaat verder kan profiteren van winsten.
Het kapitalisme werkt niet
De herstelplannen zullen ook met de nodige keynesiaanse kruimels niet volstaan om de consumptie terug op gang te trekken. Steeds meer economen trekken de efficiëntie van die plannen in twijfel. De komende weken zal steeds meer blijken hoe diepgaand de crisis zal zijn en of deze zal leiden tot een depressie die jarenlang kan duren. Economen als Stephen Roach, die de ineenstorting van de huizenmarkt en de economie correct hadden voorspeld, spreken reeds over een recessie die drie jaar kan duren.
Voor herstel kunnen we niet vertrouwen in de herstelplannen van de regeringen, zowel in België als elders in Europa of de VS. De kapitalisten zoeken enkel naar methoden om de arbeiders de crisis te laten betalen door het opdrijven van de werkloosheid en door verschrikkelijke sociale condities. In de VS en in een aantal Europese landen (Spanje, Groot-Brittannië) zijn er reeds spookwijken, die verlaten zijn nadat een groot aantal bewoners uit hun huizen werd gezet omdat ze hun lening niet konden afbetalen. In de plaats van deze wijken komen er tentenkampen die de condities van de neokoloniale wereld zichtbaar naar ons toe brengen.
Het kapitalisme wordt gekenmerkt door diepgaande tegenstellingen die het gevolg zijn van de uitbuiting van de arbeiders. De burgerij kan deze crisis niet oplossen door die uitbuiting nog verder op te drijven. Wij pleiten integendeel voor een socialistisch anti-crisisprogramma dat komaf maakt met het kapitalisme en haar crisis.
LSP eist:
- Meer koopkracht door meer loon, herstel van de volledige index, afschaffing van BTW op basisnoodzakelijke goederen
- Voor het herinvesteren van de recordwinsten van de afgelopen jaren in sociaal nuttige infrastructuur in de plaats van speculatie: voor de massale bouw van degelijke sociale woningen, publieke herfinanciering van het onderwijs, versterking van de sociale zekerheid,…
- Open de boeken van bedrijven die afdanken
- Nationalisatie onder arbeiderscontrole van de financiële sector en sleutelsectoren van de economie
- Verdeel het werk, niet de werkloosheid: vermindering van de arbeidsduur tot 32 uur per week, zonder loonsverlies en met bijkomende aanwervingen