De Russische Revolutie (deel 2)
Kan Oktober gerechtvaardigd worden?
Ja, zal een of andere tegenstander zeggen: Het avontuur van Oktober heeft zich veel solider getoond dan velen onder ons dachten.
Misschien was dit helemaal niet een avontuur. Niettemin bewaart de vraag heel haar kracht. Wat heeft men bereikt voor zo een hoge prijs? Heeft men misschien de zo briljante taken gerealiseerd die aangekondigd werden door de bolsjewieken aan de vooravond van de opstand?
Alvorens op de hypothetische tegenstander te antwoorden, laat ons opmerken dat de vraag op zich niet nieuw is. Integendeel, ze komt recht uit de Oktoberrevolutie zelf, vanaf de dag van haar geboorte.
De Franse journalist Claude Anet, die in Petrograd verbleef tijdens de revolutie, schreef al op 27 oktober 1917:
“De maximalisten [zo noemden de Fransen toen de bolsjewieken] hebben de macht genomen en de grote dag is aangebroken. Enfin, zeg ik mezelf, ik ga het socialistische Eden verwezenlijkt zien worden dat men ons zoveel jaren beloofd heeft. Wonderbaarlijk avontuur! Bevoorrechtte positie!”
Enzovoort, enzovoort. Wat een oprechte haat achter deze ironische groeten. Vanaf de dag volgend op de inname van het Winterpaleis haastte de reactionaire journalist zich het aards paradijs aan te kondigen en een toegangskaart op te eisen. Vijftien jaar zijn verlopen sinds de opstand. Met een des te groter gebrek aan ceremonie manifesteren de tegenstanders hun arglistige vreugde dat het land van de sovjets vandaag nog zeer weinig lijkt op het koninkrijk van het algemeen welzijn. Waarom dan de revolutie, en waarom haar slachtoffers?
Beste luisteraars, ik meen te kunnen stellen dat de tegenstellingen, de moeilijkheden, de fouten en onvolkomenheden van het Sovjetregime mij even goed bekend zijn als om het even wie van u. Persoonlijk heb ik ze nooit verborgen, noch in woorden, noch in geschriften. Ik was — en ben nog steeds de mening toegedaan — dat de revolutionaire politiek, in tegenstelling tot de conservatieve politiek, niet gevestigd kan worden op camouflage. “De dingen zeggen zoals ze zijn” moet het hoogste principe van de arbeidersstaat zijn.
Maar zowel in de kritiek als in de creatieve activiteit moet men een perspectief hebben. Subjectivisme is een slechte leidsman, vooral in belangrijke vraagstukken. De termijnen moeten aangepast zijn aan de taken en niet aan de individuele grillen. Vijftien jaar! Wat maakt dat uit voor één mensenleven? Gedurende deze tijd werden velen van onze generatie begraven, terwijl de overlevenden grijs zijn geworden. Maar deze zelfde vijftien jaar, welk minieme tijdsperiode betekent dit in het leven van een volk? Niet meer dan een minuut op de klok van de geschiedenis.
Het kapitalisme had eeuwen nodig om zich te vestigen in de strijd tegen de Middeleeuwen, om techniek en wetenschap te verheffen, om spoorwegen te bouwen, om elektriciteit te verschaffen. En dan? Dan is de mensheid door het kapitalisme in de hel van oorlogen en crisissen geworpen! Maar aan het socialisme kennen de tegenstanders, de aanhangers van het kapitalisme, slechts een vijftiental jaren toe, om het paradijs op aarde, met alle comfort te vestigen. Neen, zulke verplichtingen hebben wij niet op ons genomen. Wij hebben zulke termijnen niet gesteld. Men moet de vooruitgang van grote veranderingen meten met een aangepaste schaal. Ik weet niet of de socialistische maatschappij zal lijken op een bijbels paradijs. Ik twijfel er sterk aan. Maar in de Sovjet-Unie is er nog geen socialisme. Er heerst een overgangsmaatschappij, vol tegenstellingen, belast met de zware erfenis van het verleden, en daarenboven nog onder de vijandelijke druk van de kapitalistische staten. De Oktoberrevolutie heeft het principe van de nieuwe maatschappij afgekondigd. De Sovjetrepubliek heeft enkel het eerste stadium van haar realisatie verwezenlijkt. De eerste lamp van Edison was zeer slecht. Onder de fouten en vergissingen van de eerste socialistische opbouw, moet men de toekomst weten te onderscheiden.
En de rampen die zich uitstorten over de levenden? Dit is een zinloze en door en door retorische vraag. Alsof de historische processen te onthullen zijn als het plan van de boekhouder. Met evenveel reden kan men zich tegenover de moeilijkheden en smarten van het menselijke bestaan afvragen: loont het echt nog de moeite op aarde te zijn? Hierover schreef Lenin: “En de gek, die wacht op een antwoord.” Melancholische meditaties hebben de mens niet belet te baren en geboren te worden. Zelfs in deze dagen van een wereldcrisis zonder voorgaande, maken de zelfmoorden slechts een procentuele verwaarloosbare groei uit. Maar de volkeren hebben niet de gewoonte hun vlucht te zoeken in zelfmoord. Zij zoeken voor de ondraaglijke lasten een uitweg in de revolutie.
Bovendien, wie is er verontwaardigd over de slachtoffers van de socialistische revolutie? Meestal zijn het degenen die de imperialistische oorlog hebben voorbereid en de slachtoffers ervan hebben verheerlijkt, of minstens een zeer gemakkelijk vergelijk troffen. Nu is het onze beurt om te vragen: was de oorlog gerechtvaardigd? Wat heeft de oorlog ons gegeven? Wat heeft de oorlog ons geleerd?
In de elf lasterlijke delen tegen de grote Franse Revolutie beschrijft de reactionaire historicus Hippolyte Taine niet zonder leedvermaak het lijden van het Franse volk onder de jaren van de jacobijnse dictatuur en de daaropvolgende. Zij waren vooral pijnlijk voor de lagere klassen in de steden, de plebejers, die, zoals de sansculotten, met de groottste toewijding voor de revolutie gestreden hadden. Zij, of hun vrouwen, stonden koude nachten in de rij, om de volgende dag met lege handen terug te keren naar de bevroren gezinshaard. In het tiende jaar van de revolutie was Parijs armer dan voor het begin ervan. Zorgvuldig uitgekozen feiten, op kunstmatige wijze samengebracht, heeft Taine gebruikt om zijn vernietigend verdict tegen de revolutie te funderen. Ziet u, de plebejers wilden dictators worden, en hebben zich in de ellende gestort.
Het is moeilijk zich een plattere moralist in te beelden. Eerst en vooral, indien de revolutie het land de ellende in wierp, kan de fout eerst en vooral worden teruggespeeld aan de heersende klassen die het volk tot de revolutie hebben gedreven. Ten tweede, de grote Franse Revolutie putte zich niet uit in de hongerige rijen voor de bakkerswinkels. Het hele moderne Frankrijk, in zeker opzicht de hele moderne beschaving, is ontstaan uit het bad van de Franse Revolutie.
Gedurende de burgeroorlog in de Verenigde Staten in de loop van 1860 zijn 50.000 mensen gesneuveld. Zijn deze slachtoffers gerechtvaardigd? Vanuit het oogpunt van de Amerikaanse slavenhouders en de heersende Britse klassen, die zij aan zij vochten — neen! Vanuit het oogpunt van de neger of de Britse arbeider — volledig! En vanuit het standpunt van de ontwikkeling van de mensheid in haar geheel kan er ook over dit onderwerp geen twijfel bestaan. Uit de burgeroorlog van 1860 zijn de huidige Verenigde Staten ontstaan, met een ongebreideld praktisch initiatief, de rationalistische techniek, het economische elan. Op deze veroveringen van het amerikanisme heeft de mensheid een nieuwe maatschappij opgebouwd.
De Oktoberrevolutie is nog dieper in het heilige der heilige van de maatschappij doorgedrongen dan alle voorafgaande revoluties: in de eigendomsverhoudingen. Er zijn veel langere termijnen nodig om de creatieve gevolgen van de revolutie te laten zien in alle domeinen van het leven. Maar de algemene oriëntatie van de omwenteling is nu al duidelijk: voor zijn kapitalistische aanklager heeft de Sovjet-Unie geen enkele reden het hoofd te buigen, en de taal van excuses te gebruiken.
Om het nieuwe regime vanuit het gezichtspunt van de menselijke ontwikkeling te bekijken, moet eerst de vraag worden beantwoord: waarin drukt de sociale vooruitgang zich uit, en hoe kan dat gemeten worden?
De balans van Oktober
Het meest objectieve, best gefundeerde en minst betwistbare criterium is de vooruitgang die gemeten kan worden aan de productiviteitsgroei van de sociale arbeid. Vanuit deze invalshoek is de waardering van de Oktoberrevolutie al gegeven door de ervaring. Voor de eerste maal in de geschiedenis heeft het socialistische organisatieprincipe zijn bekwaamheid getoond door productieresultaten voor te leggen die nog nooit in een dusdanig korte periode werden behaald.
In globale indexcijfers drukt de industriële ontwikkelingscurve van Rusland zich als volgt uit. Laat ons voor het jaar 1913, het laatste jaar voor de oorlog, het getal 100 nemen. Het jaar 1920, toppunt van de burgeroorlog en ook dieptepunt van de industrie: 25, dat wil zeggen slechts één vierde van de vooroorlogse productie; 1925, een groei tot 75, dat wil zeggen ongeveer drie vierde van de vooroorlogse productie; 1929, ongeveer 200; 1932, 300, dat wil zeggen drie keer meer dan de vooroorlogse productie.
Deze tabel wordt nog duidelijker in het licht van de internationale index. Van 1925 tot 1932 is de industriële productie van Duitsland ongeveer 1,5 maal verminderd, in Amerika ongeveer het dubbele. In de Sovjet-Unie is ze gestegen tot ongeveer het viervoudige. Deze cijfers spreken voor zichzelf.
Het is niet mijn bedoeling de sombere kanten van de Sovjeteconomie te ontkennen of te verbergen. De resultaten van de industriële indexen zijn buitengewoon beïnvloed door de ongunstige landbouweconomie, dat wil zeggen van het gebied dat de socialistische methodes nog niet heeft bereikt, maar dat tegelijkertijd, zonder voldoende voorbereiding, veeleer bureaucratisch dan technisch en economisch, op collectivistische weg werd geleid. Het is een groot vraagstuk dat echter de grenzen van mijn lezing te buiten gaat.
De hier voorgestelde indexcijfers houden nog een essentieel voorbehoud in. De onbetwistbare successen van de Sovjeteconomie, briljant op hun manier, vergen nog een laatste economisch onderzoek vanuit het gezichtspunt van de onderlinge harmonie van de verschillende economische elementen, van hun dynamisch evenwicht en, bijgevolg, van hun productieve capaciteit. Grote moeilijkheden en zelfs teruggang zijn onvermijdelijk. Het socialisme vertrekt niet in zijn afgewerkte vorm van het vijfjarenplan zoals Minerva uit het hoofd van Jupiter, of Venus uit het schuim van de zee. Men staat nog voor decennia van hardnekkig werk, van fouten, van verbetering en wederopbouw. Vergeten we daarenboven niet dat de socialistische opbouw, naar zijn inhoud, de voltooiing enkel in de internationale arena kan bereiken. Maar zelfs de meest ongunstige economische balans van de tot nu toe behaalde resultaten kan niet anders onthullen dan de onnauwkeurigheid van de gegevens, de fouten van het plan en de mislukkingen van de leiding. Het volgende empirisch vast te stellen feit kan daarentegen niet worden tegengesproken: de mogelijkheid om de productiviteit van collectieve arbeid op te heffen tot een nog nooit bereikte hoogte, met behulp van de socialistische methodes. Van deze verovering met een historisch wereldbelang kan niets of niemand ons nog beroven.
Na wat hiervoor gezegd is, moeten we ook nog even stilstaan bij de klachten volgens welke de Oktoberrevolutie in Rusland geleid heeft tot een achteruitgang van de cultuur. Dit is de stem van de regerende klassen en de bezorgde salons. De aristocratisch-burgerlijke ‘cultuur’ die door de proletarische revolutie werd omvergeworpen, was niet meer dan een namaakversiersel van de barbarij. Zolang zij ontoegankelijk bleef voor het Russische volk droeg ze weinig nieuws bij aan de schatten van de mensheid.
Maar ook hier, met betrekking tot deze cultuur, zo beweend door de blanke emigranten, moet de vraag nauwkeurig gesteld worden: in welke zin is de cultuur vernietigd? In één enkele zin: het monopolie van een kleine minderheid over de cultuurgoederen is vernietigd. Maar al wat werkelijk cultureel was in het oude Russisch cultuurpatrimonium, is intact gebleven. De Hunnen van het bolsjewisme hebben noch de verovering van het denken, noch de kunstwerken vertrappeld. Daarentegen hebben ze zeer zorgvuldig de monumenten van menselijke schepping verzameld en hebben ze voorbeeldig gerangschikt. De cultuur van de monarchie, van de adel en van de bourgeoisie is nu de cultuur van historische musea geworden. Het volk bezoekt ijverig deze musea. Maar het volk leeft niet in deze musea. Het volk leert. Het volk bouwt. Het feit alleen dat de Oktoberrevolutie het Russische volk, tientallen volkeren van het tsaristische Rusland, heeft leren lezen en schrijven, plaatst zich onvergelijkbaar hoger dan de vroegere Russische cultuur achter glas.
De Oktoberrevolutie heeft de basis gelegd voor een nieuwe cultuur, niet enkel bestemd voor uitverkorenen, maar voor iedereen. De massa’s van de gehele wereld voelen dit. Vandaar hun sympathie voor de Sovjet-Unie, die even fel is als vroeger hun haat tegen het Russische tsarisme.
Beste luisteraars, jullie weten dat de menselijke taal een onvervangbaar instrument is, niet alleen voor de beschrijving van de feiten, maar ook voor hun waardering. Wanneer de taal zich uitspreidt over het toevallige, het episodische, het artificiële, dan slorpt ze in zich de werkelijkheid op, dat ze kenmerkt en verzamelt. Bemerk met welke gevoeligheid de ontwikkelde naties een onderscheid gemaakt hebben tussen de twee tijdvakken in de ontwikkeling van Rusland. De aristocratische cultuur voegde aan de wereld van de barbarismen termen toe als tsaar, kozak, pogrom, nagaika. Jullie kennen deze woorden en weten wat ze betekenen. Oktober voegde aan de wereldtalen woorden toe als bolsjewiek, sovjet, kolchozen, gosplan, piatilekta. Hier geeft de praktische taalkunde haar hoogste historisch oordeel!
De diepste betekenis, echter moeilijker te gebruiken als directe maatstaf, van elke revolutie bestaat erin dat zij het volkskarakter vormt en hardt. De voorstelling van het Russische volk als een traag, passief, melancholisch, mystiek volk, is wijdverspreid en niet toevallig. Deze voorstelling heeft haar wortels in het verleden. Maar tot op heden zijn de diepe veranderingen die de Russische revolutie veroorzaakt heeft op het karakter van het volk, nog niet voldoende doorgedrongen in het Westen. Kon het ook anders zijn?
Ieder mens met levenservaring kan in zijn geheugen het beeld oproepen van een adolescent die hij kende als onbelangrijk, lyrisch, in één woord sentimenteel, die later, van het ene moment op het andere, onder impuls van een sterke morele schok, sterker, harder werd, en niet meer te herkennen is. In de ontwikkeling van een gehele natie, heeft de revolutie morele veranderingen van dezelfde soort volbracht.
De Februariopstand tegen de autocratie, de strijd tegen de adel, tegen de imperialistische oorlog, voor de vrede, voor het land, voor de gelijkheid van nationaliteiten, de Oktoberopstand, de omverwerping van de burgerij en de partijen die akkoorden hadden aangegaan met de burgerij, drie jaar burgeroorlog op een frontgordel van 8.000 km, de jaren van blokkade, de ellende de honger en de epidemieën, de jaren van een gespannen economische opbouw, de nieuwe moeilijkheden en berovingen; het is een harde maar goede leerschool. Een zware hamer vernietigt het glas, maar smeedt het staal. De hamer van de revolutie smeedt het staal van het karakter van het volk.
Wie zal dat geloven? Nu reeds moet men het geloven. Korte tijd na de opstand verwonderde een van de tsaristische generaals, Zaleski, zich erover “dat een portier of een bewaker plots voorzitter van een rechtbank wordt, een verpleger directeur van het hospitaal, een kapper een hoogwaardigheidsbekleder, een vaandrig opperofficier, een journalist burgemeester, een slotenmaker ondernemingsleider”
Wie zal dat geloven? Men moest het wel geloven. Men kon trouwens niet doen alsof men het niet geloofde, wanneer de vaandrigs de generaals versloegen, wanneer de burgemeester, die vroeger journalist was, de weerstand van de oude bureaucratie versloeg, de seingever de transporten in orde bracht, de slotenmaker, als directeur, de industrie weer herstelde. Wie zal dat geloven? Probeer maar eens het niet te geloven.
Om het ongewone geduld te verklaren dat de volksmassa’s van de Sovjet-Unie ten toon spreidden in de jaren van de revolutie, doen vele vreemde waarnemers een beroep op de oude gewoonte tot passiviteit, eigen aan het Russische karakter. Zwaar anachronisme! De revolutionaire massa’s verdroegen de diefstallen geduldig, maar niet gelaten. Zij bouwden eigenhandig aan een betere toekomst die zij te allen prijze wilden creëren. Dat de klassenvijand maar eens zou proberen deze geduldige massa’s iets buiten hun wil op te leggen. Neen, het ware beter voor hem dit niet te proberen!
De revolutie en zijn plaats in de geschiedenis
Om te besluiten zullen we trachten de Oktoberrevolutie niet enkel te plaatsen in de geschiedenis van Rusland, maar eveneens in de wereldgeschiedenis. Gedurende het jaar 1917, in een tijdsperiode van acht maanden, ontmoetten twee historische curven elkaar. De revolutie van februari — deze vertraagde echo van grote strijd die zich in de voorbije eeuwen afspeelde op het grondgebied van Nederland, Engeland, Frankrijk, bijna in geheel continentaal Europa — hecht zich aan het snoer van de burgerlijke revoluties. De Oktoberrevolutie proclameert en opent de heerschappij van het proletariaat. Het was het wereldkapitalisme dat op Russisch grondgebied zijn eerste grote nederlaag leed. De keten brak bij de zwakste schakel. Maar het is de keten en niet alleen de schakel die breekt.
Het kapitalisme heeft zich als wereldsysteem overleefd. Het kapitalisme heeft opgehouden zijn belangrijkste taak te vervullen, als hefboom van het niveau van menselijke kracht en van wenselijke rijkdom. De mensheid kan niet blijven stilstaan op het bereikte trapportaal. Enkel een stevige stijging van de productiekrachten en een juiste, geplande organisatie, dat wil zeggen socialistische organisatie, van de productie en van de verdeling, kan aan de mensen — aan alle mensen — een waardig levenspeil verzekeren en tezelfdertijd het waardevolle gevoel van vrijheid toekennen tegenover hun eigen economie.
Deze vrijheid zal tweeërlei zijn: eerst en vooral zal de mens niet meer verplicht zijn het grootste deel van zijn leven aan lichamelijke arbeid te wijden. Ten tweede zal hij niet meer afhankelijk zijn van de wetten van de markt, dat wil zeggen van de blinde en duistere krachten die achter zijn rug spelen. Hij zal vrij zijn economie opbouwen, dat wil zeggen volgens een plan, het kompas in de hand. Deze keer gaat het erom de anatomie van de maatschappij door te lichten, alle geheimen ervan te ontdekken, en alle functies ervan te onderwerpen aan de rede en aan de wil van de collectieve wens. In deze zin moet het socialisme een nieuwe fase worden in de historische groei van de mensheid. Aan onze voorvader die zich voor de eerste keer wapende met een stenen bijl, verscheen de gehele natuur als een samenzwering van geheimzinnige en vijandige krachten. Sindsdien hebben de natuurwetenschappen, in nauwe samenwerking met de praktische technologie, de natuur geopenbaard tot in naar meest obscure dieptes. Door middel van elektrische energie geeft de fysicus nu zijn oordeel over de atoomkern. Het uur is niet ver meer waarop de wetenschap spelenderwijze de taak van de alchemie, mest in goud en goud in mest te veranderen, zal oplossen. Daar waar de demonen en furies van de natuur zich ontketenden, heerst nu met steeds meer moed de nijvere wil van de mens.
Maar terwijl hij steeds meer overwinningen boekt op de natuur, bouwt de mens blindelings zijn betrekkingen op met andere mensen, bijna zoals de bijen met de mieren. Met achterstand en veel besluiteloosheid snijdt hij de problemen van de menselijke samenleving aan. Hij begint met de godsdienst, om daarna over te stappen op de politiek. De reformatie vertegenwoordigt het eerste succes van het individualisme en van het burgerlijk rationalisme, op een domein waar een dode traditie heerste. Het kritische denken gaat over van de kerk naar de staat. Geboren in de strijd tegen het absolutisme en de middeleeuwse toestanden, broeit de leerstelling van de volkssoevereiniteit en de rechten van de mens en van de burger. Zo vormt zich het systeem van het parlementarisme. Het kritische denken baant zich een weg in de staatsadministratie. Het politieke rationalisme van de democratie betekende de hoogste verovering van de revolutionaire burgerij.
Maar tussen de staat en de natuur bevindt zich de economie. De techniek heeft de mens bevrijd van de dictatuur van de oude elementen: de aarde, het water, het vuur en de lucht, om op haar beurt de mens aan haar eigen tirannie te onderwerpen. De mens houdt op slaaf te zijn van de natuur, om slaaf van de machine te worden, erger nog, slaaf van vraag en aanbod.
De huidige wereldcrisis getuigt op haar eigen tragische wijze hoe de fiere en durvende heerser van de natuur, slaaf blijft van de blinde krachten van zijn eigen economie. De historische taak van onze eeuw bestaat erin het ontketende spel van de markt te vervangen door een redelijk plan, de productieve krachten te disciplineren, om ze te dwingen harmonieus te handelen, met het doel de noden van de mens volgzaam te dienen. Het is enkel op deze nieuwe sociale basis dat de mens zijn vermoeide rug zal herstellen en — niet enkel de verkozenen — maar elke man en elke vrouw, een burger zal worden, met volle macht op het gebied van zijn denken.
De toekomst van de mens
Maar dit is niet het eindpunt van de weg. Neen, het is maar het begin. De mens beschouwt zichzelf als de kroon op de schepping. Er zijn zekere rechten voor deze uitspraak. Maar wie bevestigt dat de huidige mens de laatste hoogst ontwikkelde vertegenwoordiger van het specimen homo sapiens is? Neen, zowel lichamelijk als geestelijk is hij ver verwijderd van de perfectie, deze biologische misgeboorte waarvan het denken verziekt is en die er nog niet in is geslaagd enig nieuw organisch evenwicht te scheppen.
Het is waar dat de mensheid meer dan eens giganten in het denken en in de actie hebben voortgebracht, die hun tijdgenoten overstijgen als de toppen op de bergketens. Het menselijke ras heeft het recht fier te zijn op haar Aristoteles, Shakespeare, Darwin, Beethoven, Goethe, Marx, Edison, Lenin. Maar waarom zijn dit uitzonderingen? Eerst en vooral omdat zij bijna zonder uitzondering voortkwamen uit de hoogste en middenklassen. Behalve schaarse uitzonderingen, zijn de vonken van het genie onderdrukt in de verdrukte diepten van het volk, alvorens zij zich zelfs kunnen laten uitbarsten. Maar eveneens omdat de vooruitgang van een generatie, de ontwikkeling en de opvoeding van de mens in zijn essentie afhankelijk van het toeval blijft en bleef, niet verlicht door de theorie en de praktijk, niet onderworpen aan het bewustzijn en aan de wil.
De antropologie, de biologie, de fysiologie, de psychologie hebben bergen materiaal verzameld om voor de mens de volle draagwijdte van zijn taken op te richten voor zijn eigen lichamelijke en geestelijke perfectie en zijn uiteindelijke ontwikkeling. Door de geniale hand van Sigmund Freud, hief de psychoanalyse het deksel op van de diepte, poëtisch ‘ziel’ genoemd, van de mens. En wat is gebleken? Ons bewust denken maakt slechts een klein deeltje uit van het werk van de obscure psychische krachten. Wetenschappers dalen af tot de bodem van de oceaan en fotograferen er mysterieuze vissen. Opdat de menselijke wil afdaalt tot de bodem van zijn eigen psychische diepte, moet ze de motorische geheimzinnige krachten van de ziel ophelderen en ze onderwerpen aan de rede en aan zijn wil.
Wanneer hij zal afgerekend hebben met de anarchistische krachten van zijn eigen maatschappij, zal de mens zich integreren in de stamper, in de distilleerkolven van de chemicus. Voor de eerste keer zal de mensheid zichzelf beschouwen als primaire materie en, in het beste geval, als een halve psychische en fysische fabricatie. Het socialisme zal een sprong betekenen van de heerschappij van de noodzakelijkheid naar de heerschappij van de vrijheid, ook in de zin dat de mens van vandaag, vol tegenstellingen en zonder harmonie, de weg zal banen naar een nieuw, gelukkiger ras.