Personeel in de solden, stakingsrecht in de uitverkoop. Gezamenlijk verzet nodig voor het stakingsrecht
Terwijl de Aalsterse arbeidersstrijd eind 19e eeuw vandaag dient als achtergrondverhaal voor de musical Daens, is ook de patronale agressie van toen opnieuw actueel. Jammer genoeg niet in de vorm van een musical, maar wel in de reële wereld van de deurwaarders, stakersposten en directies die besparen op hun personeel.
In het verhaal van Daens wordt verteld hoe de fabrieksdirecteurs onderling afspraken maakten om de lonen gezamenlijk te drukken en de flexibiliteit op te drijven (onder meer door met minder arbeiders hetzelfde aantal machines te laten draaien). Hoe actueel zal dit niet klinken voor de werknemers van Carrefour waar de directie via het Brugse precedent de lonen met 30% wil drukken en de flexibiliteit wil opdrijven. Ten tijde van Daens werd gevraagd om voor minder loon meer te werken en wie daartegen protesteerde kreeg slaag. Het verschil met vandaag? De toenmalige rijkswacht bestaat niet meer en nu wordt teruggegrepen naar de traditie van de Sherrifs (zoals deze van Nottingham die Robin Hood bestreed) in de vorm van de deurwaarders.
De arrestatie van 30 syndicale militanten bij een stakingspost in Ninove ging gepaard met een verbod om actie te vormen. Een hele serie “deskundigen” – waaronder vertegenwoordigers van patroonsorganisaties en andere liberalen, maar ook professor Blanpain – verkondigde dat stakersposten waarbij de toegang tot een onderneming wordt bemoeilijkt “onwettig” zouden zijn omdat het “de vrijheid van arbeid en ondernemen” in het gedrang zou brengen.
Daarmee wordt quasi woordelijk de argumentatie van de anti-vakbondswet Le Chapelier en het decreet D’allarde (beiden uit 1791 en bij ons ingevoerd in het Napoleontische tijdperk) herhaald: “Alle samenscholingen van ambachtslui, arbeiders, gezellen, dagloners of die op hun aansporing zijn tot stand gekomen tegen de vrije uitoefening van de nijverheid en de arbeid door om het even welke persoon,… zullen beschouwd worden als oproerige samenscholingen en als dusdanig uiteengedreven worden door de openbare macht…” Het sturen van deurwaarders op basis van eenzijdige verzoekschriften en met dwangsommen is hier een hedendaagse toepassing van. De patronale Napoleons betreuren nog steeds de afschaffing van bovengenoemde wetgeving in 1919.
Er zijn heel wat wettelijke gronden voor het recht op collectieve actie met inbegrip van stakersposten. Dit wordt gewaarborgd door het Europees Sociaal Handvest en de regels van de Internationale Arbeidsorganisatie. Verschillende rechtbanken, waaronder het Hof van Cassatie, bevestigden dat stakersposten en/of wegblokkades onderdeel vormen van het stakingsrecht. Het Europees Comité van Sociale Rechten oordeelde enkele jaren geleden nog dat dwangsommen tegen een stakerspost onaanvaardbaar zijn. Een wetsvoorstel om dat te bevestigen, werd nooit besproken. Voor de parlementsleden was het geen prioriteit.
Ook rechters hebben hun prioriteiten. Het gerechtelijk onderzoek naar de megafraude van textielgigant Roger ‘boer’ De Clerck (Beaulieu) sleept al meer dan 18 jaar aan en het ziet er niet naar uit dat het ooit tot een veroordeling zal komen omdat de “redelijke termijn” werd overschreden. Toen bij een Beaulieu-vestiging in Wielsbeke werd gestaakt, kon het echter niet snel genoeg gaan. In geen tijd werden deurwaarders ingeschakeld om de staking te breken. Opvallend toch hoe snel en efficiënt de Belgische justitie kan werken als er stakingen moeten gebroken worden.
Vroeger werden de piketten nog uiteengeklopt door de rijkswacht. Blijkbaar doet dat niet genoeg pijn en daarom worden nu astronomische dwangsommen opgelegd aan stakende arbeiders. Dat de patroons hiermee flagrant eerdere afspraken met de voeten treden zal hen een zorg wezen. In 2002 werd het zogenaamde ‘herenakkoord’ afgesloten waarin de werkgevers beloofden geen eenzijdige verzoekschriften meer te gebruiken tegen stakers. Dat de patroons alles behalve ‘heren’ zijn is de voorbije weken jammer genoeg talloze keren gebleken.
Om het recht op collectieve actie te verdedigen en weerwerk te bieden tegen de ondermijning van de arbeids- en loonsvoorwaarden, kunnen we uiteraard niet rekenen op het patronaat, maar ook niet op de traditionele politici of het gerecht. Op een ogenblik dat Marx terug wordt bovengehaald om de crisis van de kapitalisten te analyseren en Daens om – gesponsord door Fortis – de patronale agressie te bezingen, moeten we ook de les trekken dat een verenigd verzet van rode en groene syndicalisten een tegengewicht kan bieden.
We kunnen enkel op onze eigen krachten rekenen. Op syndicaal vlak in vorm van massale protestacties, 30 man kan je oppakken, maar wat met 300 of 3.000? In de plaats van bedrijf per bedrijf het gevecht aan te gaan, is er nood aan solidariteit. Om een krachtsverhouding uit te bouwen, moeten we de strijd ook op het politieke terrein voeren. De ervaring van zowel de regeringspolitiek als het gebrek aan oppositie leert dat we daarvoor niet kunnen rekenen op SP.a en Groen. Vandaag vind je de “socialisten” niet aan de stakersposten, maar in de raden van bestuur van Carrefour (Willy Claes), Ethias (Steve Stevaert), Dexia (Patrick Janssens en Frank Beke), BIAC (Luc Van Den Bossche),… Er is nood aan een nieuwe politieke partij die de syndicale eisen opneemt, verdedigt en ondersteunt om samen met de arbeiders de strijd aan te gaan.