Het overgangsprogramma in de fascistische landen

Uittreksel uit ‘Het overgangsprogramma’ (1938). Online gepubliceerd door marxisme.be

 

De dagen dat de Comintern-strategen verkondigden dat Hitlers overwinning slechts een voorspel was van de overwinning van Thälmann, liggen ver achter ons. Thälmann is na meer dan vijf jaar nog niet uit de gevangenis van Hitler gekomen. Mussolini houdt Italië sinds meer dan zestien jaar in de boeien van het fascisme geslagen. In al deze jaren bleken de partijen van de Tweede en Derde Internationale onmachtig, niet slechts om een massabeweging in het leven te roepen, maar ook om een ernstige illegale organisatie te scheppen, die ook maar enigszins de vergelijking met de Russische revolutionaire partijen van de tsaristische periode zouden kunnen doorstaan.

Er bestaat niet de minste reden voor de sterkte van de fascistische ideologie als de oorzaak van dit falen te zien. Mussolini heeft in de grond van de zaak nooit enige ideologie gehad. Hitlers “ideologie” heeft de arbeiders nooit serieus aangesproken. De bevolkingslagen die destijds door de roes van het fascisme bedwelmd waren, d.w.z. voornamelijk de middenklasse, hebben tijd genoeg gehad om te ontnuchteren.

Als desondanks de enige merkbare oppositie zich tot de protestantse en katholieke kringen beperkt, dan moet de oorzaak niet in de half-fascistische, en half-poppenkastachtige “rassen”- en “bloed”-theorie gezocht worden, maar in het verschrikkelijke failliet van de ideologieën van de democratie, van de sociaaldemocratie en de Comintern.

Na de verplettering van de Parijse Commune duurde de verstikkende reactie ongeveer acht jaar. Na de nederlaag van de Russische revolutie van 1905 bleven de arbeidersmassa’s bijna even lang in verstarring.

Intussen ging het in deze beide gevallen slechts om fysieke nederlagen, bepaald door de krachtsverhoudingen. In Rusland ging het bovendien om een nog bijna maagdelijke arbeidersklasse. De fractie van de bolsjewieken was toen nog geen drie jaar oud. Geheel anders stonden de zaken in Duitsland, waar de leiding bij machtige partijen lag, waarvan de ene op een 70-jarig, de andere op een 15-jarig bestaan terugzag. Deze beide partijen, die miljoenen kiezers hadden, bewezen reeds voor de slag hun morele verlamming en hebben zich zonder strijd overgegeven. Zo’n catastrofe was in de geschiedenis nog niet voorgekomen. De Duitse arbeidersklasse werd niet in de slag door de vijand verslagen. Het werd vernietigd door de lafheid, de laagheid en het verraad van zijn eigen partijen. Geen wonder dat het geloof in alles waarin het gedurende bijna drie generaties gewend was te geloven, verdween. Hitlers overwinning heeft van zijn kant Mussolini versterkt.

Het daadwerkelijke gebrek aan succes van het revolutionaire werk in Italië en Duitsland is niets meer dan de prijs voor de misdadige politiek van de sociaaldemocratie en de Comintern. Voor illegaal werk heeft men niet alleen de sympathie van de massa’s nodig, maar daarenboven de geestdrift van haar meer vooruitstrevende lagen. Kan men echter geestdrift verwachten voor organisaties die historisch gezien bankroet zijn? Als geëmigreerde leiders treden in hoofdzaak tot in het merg gedemoraliseerde agenten van het Kremlin en de GPOe op, evenals voormalige sociaaldemocratische ministers van de burgerij, die ervan dromen dat de arbeiders hen door één of ander wonder weer op hun verloren plaats zullen helpen. Kan men zich deze lieden ook maar één minuut lang als de leiders van de toekomstige anti-fascistische revolutie voorstellen?

De gebeurtenissen in de wereld-arena: het neerslaan van de Oostenrijkse arbeiders, de nederlaag van de Spaanse revolutie, de ontaarding van de Sovjetstaat, konden tot dusver geen revolutionaire opbloei in Italië of Duitsland bevorderen. Voor zover de Italiaanse en Duitse arbeiders voor politieke inlichtingen, in hoofdzaak, van de radio afhankelijk zijn, kan men met zekerheid zeggen, dat de Moskouse zender, die thermidoriaanse leugenachtigheid aan domheid en brutaliteit paart, tot een belangrijke factor van de demoralisatie van de arbeiders in totalitaire staten geworden is. Zowel in dit als in ander verband is Stalin Goebbels’ handlanger.

Intussen zetten de klassentegenstellingen die de overwinning van het fascisme brachten, hun werk ook onder de heerschappij van het fascisme voort, en ondergraaft het langzaam. De massa’s worden steeds meer ontevreden. Honderden en duizenden toegewijde arbeiders verrichten ondanks alles verder het voorzichtige werk van revolutionaire mollen. Nieuwe generaties, die de ineenstorting van de grote tradities en hoop niet direct meegemaakt hebben, groeien op. De moleculaire voorbereiding van de arbeidersrevolutie voltrekt zich onder een loodzwaar, totalitair deksel. Maar om de verborgen energie in openlijke bewegingen om te zetten, moet de voorhoede van de arbeidersklasse eerst een nieuw perspectief, een nieuw programma, een nieuwe onbevlekte banier vinden.

Hier ligt de voornaamste moeilijkheid. Voor de arbeiders van de fascistische landen is het moeilijkst, zich omtrent de nieuwe programma’s te oriënteren. De verificatie van een programma geschiedt door middel van ervaring. Evenwel, juist de ervaring ontbreekt in de landen van het totalitaire despotisme. Het is echter wel mogelijk dat er eerst een groot succes van de arbeidersklasse in één van de “democratische” landen nodig is om de revolutionaire beweging op het terrein van het fascisme een impuls te geven. Een soortgelijke werking kan een financiële of oorlogscatastrofe teweegbrengen. Nu moet men voornamelijk voorbereidend propagandistisch werk verrichten, dat eerst in de toekomst goede vrucht zal dragen. Eén ding kan men nu reeds met grote zekerheid zeggen: eenmaal aan de oppervlakte gekomen zal de revolutionaire beweging in de fascistische landen met één slag een grandioze omvang aannemen en in geen geval blijven staan bij pogingen om de levensgeesten van één of ander Weimar-lijk weer op te wekken.

Op dit punt begint de onverzoenlijke scheiding tussen de Vierde Internationale en de oude partijen die hun bankroet fysiek overleefd hebben. Het “Volksfront” in de emigratie is het rampzaligste en verraderlijkste van alle mogelijke volksfronten. Het betekent in de grond het onmachtig weemoedig smachten naar de coalitie met een niet aanwezige liberale burgerij. Zou het enig succes hebben, dan zou het slechts een reeks van nieuwe schipbreuken van de arbeidersklasse volgens het Spaans model voorbereiden. Onbarmhartig de theorie en de praktijk van het Volksfront ontmaskeren, is daarom een eerste voorwaarde voor de revolutionaire strijd tegen het fascisme.

Dit betekent natuurlijk niet dat de Vierde Internationale de democratische ordewoorden afwijst. Integendeel, deze kunnen een geweldige rol spelen. Maar de formules van de democratie (vrijheid van vereniging, persvrijheid, enz.) betekenen voor haar slechts voorbijgaande en episodische ordewoorden in de zelfstandige beweging van de arbeidersklasse, en niet een democratische strop, die door de agenten van de burgerij om de hals gelegd werd (Spanje!). Zodra de beweging ergens een massakarakter krijgt, vlechten de democratische ordewoorden zich met de overgangs-ordewoorden samen; er zullen vermoedelijk fabriekscomités ontstaan, nog voor de oude bonzen, vanuit hun kantoren aan de opbouw van vakbonden beginnen: Duitsland zal met sovjets bezaaid zijn, nog voor er in Weimar een nieuwe wetgevende vergadering bijeen zal komen. Hetzelfde geldt voor Italië en de overige totalitaire en landen.

Het fascisme heeft deze landen in de politieke barbarij teruggeworpen. Maar hun sociale structuur heeft hen niet veranderd. Het fascisme is een werktuig van het financiekapitaal en niet van het feodale grootgrondbezit. Het revolutionaire programma moet gebaseerd zijn op de dialectiek van de klassenstrijd, welke ook voor de landen van het fascisme geldt, en niet op de psychologie van geschrokken bankroetiers.

De Vierde Internationale verwerpt met afschuw de methoden van een politieke maskerade die de stalinisten, de voormalige helden van de “derde periode”, aanleiding geven, om beurtelings het masker van katholieken, protestanten, joden, Duitse nationalisten en liberalen op te zetten, alleen maar om hun eigen weinig aantrekkelijk gezicht te verbergen. De Vierde Internationale treedt altijd en overal onder haar eigen vaandel op. Zij biedt haar programma openlijk aan de arbeidersklasse van de fascistische landen aan. Nu al zijn de vooruitstrevende arbeiders van de hele wereld er onwrikbaar van overtuigd dat de val van Mussolini, Hitler, hun agenten en nabootsers ten uitvoer gebracht zal worden onder de leiding van de Vierde Internationale.

Dit vind je misschien ook leuk...