Eén jaar na het begin van de invasie van Oekraïne
Zes bemerkingen over de uitzichtloze oorlog en de nood aan een sterke beweging ertegen
De oorlog in de Donbas-regio naderde zijn achtste verjaardag toen Poetin op 24 februari 2022 de invasie van Russische troepen in Oekraïne lanceerde. Gevechten, drone- en raketaanvallen kostten tienduizenden levens. Zoals steeds werd verkrachting opnieuw als oorlogswapen ingezet. Een jaar na het begin van de invasie is de uitkomst van de oorlog nog steeds onzeker en zijn er geen aanwijzingen dat er snel een einde komt. De oorlog heeft de internationale voedsel-, economische en andere crises dramatisch versneld en verdiept. Hoewel er momenteel geen sprake is van een wereldwijde escalatie, zijn we er sinds 1945 wellicht nooit zo dicht bij. Europa bevindt zich in een grijs gebied dat nog geen oorlog is, maar ook geen vrede meer.
1/ Poetin, een reus op lemen voeten
Het jaar 2007 betekende een keerpunt. Toen werden Oekraïne en Georgië voorgesteld als kandidaat-leden van de NAVO. De relatieve achteruitgang van de Amerikaanse macht tegenover Rusland, maar vooral China, gaf Moskou een gelegenheid om zijn belangen in Eurazië, het noordelijke Midden-Oosten, het Arctische gebied en Midden- en Zuid-Europa opnieuw te bevestigen. Rusland kwam in 2008 militair tussen in Georgië om te voorkomen dat het in het westerse kamp zou terechtkomen. De steun voor de separatisten in de Donbas-regio en de annexatie van de Krim in 2014 waren onderdeel van dezelfde logica.
In 2015 zette het Russische imperialisme de Euraziatische Economische Unie op, aanvankelijk met Kazachstan en Wit-Rusland. Daarmee werden de eerste stappen gezet naar regionale integratie onder Russische leiding. In datzelfde jaar was er de eerste Russische militaire interventie buiten de grenzen van de voormalige Sovjet-Unie sinds de Afghaanse oorlog. Rusland kwam tussen in Syrië om Bashar al-Assad te steunen.
In de context van het groeiende conflict tussen de twee dominante imperialistische machten, de VS en China, zag het Russische regime de verzwakking van de Europese Unie (Brexit, gebrek aan eenheid inzake buitenlands beleid, geen uitbreiding meer sinds 2013 …). Er was de vernederende terugtrekking van het Amerikaanse imperialisme uit Afghanistan in de zomer van 2021. Het Russische regime boekte ondertussen succes met interventies in Wit-Rusland (2020-21) en Kazachstan (begin 2022), waar het de regimes ondersteunde om volksopstanden de kop in te drukken.
Met de invasie van Oekraïne wilde Poetin tegelijk de Russische imperialistische positie versterken en een halt toeroepen aan de opmars van het westen in de regio. Dit botste op meer weerstand van het Oekraïense leger en de bevolking dan aanvankelijk werd verwacht. Bovendien was er grote ontevredenheid in Rusland. De eerste anti-oorlogsmobilisaties werden repressief onderdrukt. De in september aangekondigde ‘gedeeltelijke mobilisatie’ toonde het gebrek aan steun voor de oorlog. Naast verschillende moedige protestacties sloegen honderdduizenden mannen op de vlucht.
Vandaag staat Poetin onder druk van haviken die het gebruik van tactische kernwapens niet uitsluiten, terwijl de ontevredenheid onder de bevolking (mede gevoed door de verslechterende economische situatie) kan uitmonden in massaal protest. Het regime is een gewond en bijzonder gevaarlijk dier.
2/ Militarisering op steroïden
Deze oorlog markeert een nieuw tijdperk, waarin de snelle globalisering van het kapitalisme wordt vervangen door een toename van nationalisme en de-globalisering. Van economische bondgenoten van het Westen zijn Rusland en vooral China de belangrijkste vijanden van het Amerikaanse imperialisme geworden. Het conflict tussen de grote imperialistische mogendheden gaat over economie, technologie, grondstoffen en macht, en krijgt steeds meer een militair karakter. Er is een militaire wapenwedloop gaande tussen de Amerikaanse militaire allianties, waaronder de NAVO, en de Chinese nationalistische kapitalistische dictatuur.
Op verschillende plaatsen worden de Russische invasie en de angsten van de bevolking aangegrepen om eerder ondenkbare maatregelen te nemen. Finland en Zweden, bijvoorbeeld, hebben zich bereid verklaard toe te treden tot de NAVO zonder, anders dan in het verleden, op groot verzet van de bevolking te stuiten. In Duitsland kondigde kanselier Scholz een programma van 100 miljard euro aan om het Duitse leger te herbewapenen.
Anderzijds openden de moeilijkheden van de Russische invasie ruimte voor nieuwe regionale conflicten. In september braken er bijvoorbeeld opnieuw gevechten uit tussen Azerbeidzjan en Armenië en tussen Kirgizië en Tadzjikistan.
Velen hopen dat de uitzichtloze oorlog in Oekraïne de toenemende spanningen tussen China en de VS in de Stille Oceaan en de Chinese Zee, in het bijzonder omtrent Taiwan, kan verminderen. Een conflict daar lijkt nog zinlozer dan in Oekraïne. Toch escaleert de situatie en is de mogelijkheid van een gewapend conflict niet uitgesloten.
3/ Vrouwen, de eerste slachtoffers van de oorlog
Eén van de hardste beelden van deze oorlog is een foto van halfverbrande naakte vrouwen op een weg 20 kilometer van Kiev. Verkrachting als oorlogswapen bestaat in alle conflicten, van Bosnië tot Guinee of de Democratische Republiek Congo, en het is hier niet anders. Er is onvoldoende hulp voor de slachtoffers. In Polen, Hongarije en Slowakije, waar veel door Russische soldaten verkrachte Oekraïense vluchtelingen terechtkomen, is abortus verboden. Al voor de oorlog was Oekraïne een van de vijf belangrijkste Europese landen van waaruit vrouwen in seksuele slavernij werden gesmokkeld. De georganiseerde misdaad heeft van de chaos geprofiteerd om deze mensenhandel uit te breiden.
4/ Zelenski, een vriend die het goed voor heeft met ons?
In wezen is Zelenski een autoritaire neoliberaal die de Oekraïense oligarchen verdedigt, in de overtuiging dat een pro-westerse aanpak hun belangen beter dient in een land waar corruptie hoogtij viert. Gekozen met 73% van de stemmen in het voorjaar van 2019, had hij in januari 2022 nog 23% steun over vanwege zijn asociale beleid. Het kostte hem nog geen maand na het begin van het conflict om de wet “betreffende de organisatie van de arbeidsverhoudingen in oorlogstijd” in het parlement goedgekeurd te krijgen. Daarmee werden de bevoegdheden van de werkgevers uitgebreid ten koste van de rechten van de werknemers, bijvoorbeeld door de maximale werkweek te verhogen tot 60 uur en het gemakkelijker te maken vakbondsvertegenwoordigers te ontslaan. Achter zijn imago van oorlogsheld gaan repressie, censuur en neoliberalisme schuil.
5/ De heldhaftigheid van de Oekraïense bevolking
Aan het begin van de oorlog werd het Russische offensief verrast door het Oekraïense verzet. Het moreel van de Oekraïense troepen was hoog, in tegenstelling tot dat van de Russen. Oekraïne had de op één na grootste artillerie van Europa – na Rusland – en soldaten die sinds 2014 intensief waren getraind, vaak onder leiding van officieren uit het Westen. Maar er is meer.
Vanaf het begin van de oorlog ontstonden lokale verdedigingscomités, uitgerust met geïmproviseerde wapens. Een artikel in de Britse krant The Guardian van 2 januari berichtte over het verzet in de stad Soemy, waar de inwoners, gedesoriënteerd en geschokt, de stad bijna zes weken lang op eigen kracht moesten verdedigen, ondanks het feit dat zij omsingeld waren. “Officieel heette het de territoriale verdedigingstroepen, maar in werkelijkheid waren het gewoon mensen die wapens hadden gekregen uit een legermagazijn en zelf eenheden vormden,” verklaarde één van de overlevenden. “Er waren geen coördinatie of instructies van Kiev of iets dergelijks. We hebben het zelf gedaan.”
6/ Onafhankelijke klassenbenadering is nodig
Het is in deze elementen van volksverzet en in de woede die in Rusland aanwezig is dat een echte oplossing van het conflict ligt, niet ten gunste van deze of gene imperialist, maar ten gunste van de massa’s. De oorlog wordt soms voorgesteld als een strijd tussen ‘democratie en dictatuur’, terwijl het in de eerste plaats het resultaat is van een mondiale machtsstrijd die voortkomt uit de groeiende tegenstellingen en crisis van het kapitalistisch systeem. Er zullen nog vreselijke oorlogen volgen als we het probleem niet bij de wortel aanpakken.
Bij gebrek aan een onafhankelijke arbeidersbeweging in Oekraïne heeft de wil om de invasie te bestrijden tot nu toe geleid tot sterke steun voor de rechtse regering van Zelenski. Deze steun zal afbrokkelen naarmate de oorlogsprofiteurs van de Oekraïense heersende klasse de schok van de oorlog blijven gebruiken om sociale rechten aan te tasten en om te profiteren van de wederopbouw en de zwarte markt.
De eerste stappen voor de wederopbouw van de arbeidersbeweging in Oekraïne kunnen bestaan uit de verspreiding van een arbeiders-soldatenkrant, de vrije verkiezing van soldatenvertegenwoordigers om toezicht te houden op de levensomstandigheden in de loopgraven, de democratische verkiezing van officieren, de vorming van lokale comités van soldaten en plaatselijke bewoners om toezicht te houden op militaire operaties en de distributie van hulp. Bijeenkomsten, stakingen en burgerlijke ongehoorzaamheidsacties kunnen ook worden aangegrepen om een oproep te doen naar de gewone Russische soldaten, waarvan velen beseffen dat dit niet hun oorlog is.
Inflatie, speculatie en corruptie kunnen worden aangepakt door arbeiders- en buurtcomités die de prijzen reguleren, speculanten verdrijven en toezicht houden op alle overheidscontracten om omkoping te voorkomen. Alle productiecapaciteit en financiële middelen moeten worden ingezet om gemeenschappen, huizen en werkplekken zo doeltreffend mogelijk te verdedigen en zo snel mogelijk te beginnen met de wederopbouw volgens dezelfde principes. De bazen die dit weigeren, moeten onteigend worden. Dergelijke programmapunten vertrekken van wat nodig is voor de Oekraïense bevolking en wijzen in de richting van een arbeidersregering. Zo’n programma zou een enorm effect hebben, niet alleen op de Russische soldaten en bevolking, maar in de hele wereld. Het is in deze richting dat de inspanningen van de anti-oorlogsbeweging moeten worden geconcentreerd.