Potentieel van strijd op sociaal en politiek vlak

Het Interprofessioneel Akkoord

Maar eerst zal de regering nog een aantal hordes moeten nemen. De gemeenteraadsverkiezingen waarbij alle ogen gericht zijn op de NVA, het opstellen van een besparingsbegroting, en dan het Interprofessioneel akkoord. Het patronaat wil daarin opnieuw de welvaartsvastheid van de uitkeringen opnemen om het voor de zoveelste keer te ruilen voor toegevingen in het IPA. De vakbonden zien daar terecht geen reden toe. De patroons willen uiteraard opnieuw de loonkosten drukken. In ons land steeg de uurloonkost, sinds de invoering van de loonnorm in 1996, 4,6% sneller dan het gewogen gemiddelde van Duitsland, Frankrijk en Nederland. Dat is uitsluitend toe te schrijven aan de lagere loonkosten in Duitsland. De uurlonen zijn er 13% minder snel toegenomen dan hier. In Frankrijk zijn de uurlonen echter 3% en in Nederland zelfs 14% sneller toegenomen.(1) Als ook de vermindering van sociale bijdragen en ander fiscale voordelen worden meegerekend zijn de lonen hier op die 15 jaar tijd, slechts 1% sneller gestegen dan het gewogen gemiddelde van de buurlanden.(2) Toch zullen de patroons ook nu weer aandringen op loonmatiging. Pieter Timmermans, CEO van het VBO, want zo noemt dat nu, is rechtuit: ‘Het relanceplan van de regering heeft weinig zin als we de lonen laten ontsporen.”(3)

Loonakkoorden hebben nochtans steeds minder om het lijf. Het laatste IPA was niet meer dan de index met 0,3% erbovenop. Normaal is de loonnorm richtinggevend, maar aangezien geen akkoord werd bereikt, heeft de regering hem per KB opgelegd. Daardoor is die bindend. In minstens 25 sectoren blokkeerde het ministerie van arbeid de afgesloten CAO’s omdat ze de loonnorm overschrijden. Volgens de studiedienst PvdA zouden dat er intussen 47 zijn.(4) Je zou verwachten dat de vakbonden daar fors tegen in gaan. Aan de basis leest men ook kranten, en daarin beweren steeds meer economen dat de besparingen contraproductief zijn, de economie wurgen en leiden tot recessie en bijgevolg nog meer besparingen. De economische vooruitzichten bevestigen dat. Toch zijn we steeds verder verwijderd van de eis voor een verhoging van de brutolonen die in aanloop naar het vorige IPA door het ABVV nog van de daken werd geschreeuwd.

In een artikel waarin het er nochtans op wijst dat volgens de OESO ons land in de industrie een concurrentievoordeel heeft van 6,8% op de buurlanden, zet het ACV de deur op een kier voor nog meer lastenverlagingen als er “alternatieve financiering van de sociale zekerheid wordt voorzien.”(5) Volgens Le Soir (6) zouden de vakbonden zelf voorstellen om de sociale bijdragen te verlagen, in ruil voor een evaluatie van de impact op de tewerkstelling en de compensatie ervan door lasten op meerwaarden, dividenden en grote vermogens. Als dat zo doorgaat eindigen we nog met een negatieve loonnorm. We hebben dergelijke voorstellen vanwege het ABVV nog niet gehoord, maar het feit dat het niet onmiddellijk ontkend wordt, is onrustwekkend. Niet dat wij er op tegen zijn de grote vermogens te belasten, maar we weten uit ervaring hoe die achterpoortjes vinden ongeacht het aantal keren dat we onze verontwaardiging daarover in de straten van Brussel gaan uiten. Uiteindelijk zullen we dan belanden bij de beruchte algemene sociale bijdrage, waardoor loontrekkende het verlies van hun brutoloon zelf zullen compenseren door het leeuwendeel aan die algemene bijdrage op te hoesten.

Het patronaat eist meer flexibiliteit, maar de regering was haar voor “om de modernisering van het recht op werk” op tafel te gooien. De vakbonden wijzen erop dat de arbeidsmarkt al zeer flexibel is. In de bedrijven kunnen we het arbeidsritme en de diversiteit aan contracten nauwelijks nog bij houden. Toch zullen opnieuw de overuren, de annualisering van de arbeidsduur, deeltijdse arbeid etc. op het menu staan. De vakbonden willen ook een verhoging van het interprofessioneel minimumloon, maar de patroons klagen dat het nu al tot de hoogste van Europa behoort, over hun eigen loon praten ze niet met de vakbonden.

En dan is er nog de index. De regering heeft beslist dat die geen deel uitmaakt van de discussie, maar het patronaat drijft de druk op, wellicht hoopt het dat we voor de zoveelste keer toegevingen zullen doen in ruil voor het behoud ervan. Geert Janssens, hoofdeconoom bij de christelijke werkgeversorganisatie VKW Metena, zegt onomwonden “de loonhandicap afbouwen zonder te raken aan de index? Dat is iets als de Tourmalet beklimmen met platte banden.”(7) Uit de 7 voorstellen die de Nationale Bank oplijstte om de index uit te hollen, geniet er één de voorkeur van Timmermans, de spreekbuis van het patronaat. Hij wil de index voortaan voor twee jaar vastleggen. Gesuggereerd wordt op basis van de definitie van prijsstabiliteit van de ECB (een inflatie van maximaal 2%) of op basis van de verwachte inflatie in de buurlanden. In zijn woorden: “indexeren rekening houdend met de inflatie, maar losgekoppeld van de inflatie as such.”(8) Hij wil dus zekerheid. Als de inflatie dan toch hoger uitvalt, grijpen wij naast onze indexaanpassing. Twee jaar later “hou je rekening met de nieuwe situatie die intussen is ontstaan”, kortom: zand over het verleden, tenzij het in de patroons hun nadeel is.

Volgens Timmermans doen ook de Duitsers het zo. Ze doen daar wel meer: zo bestaat er de mogelijkheid om in geval van ‘sterke internationale concurrentie’ af te wijken van de CAO, ‘opt out’ noemen ze dat. De Europese Commissie beveelt het aan, ook voor België waar het systeem van loonvorming te rigide wordt geacht. Voorlopig ziet het er nog niet naar uit dat dit erdoor komt, maar met de dreiging van bedrijfssluitingen en herstructureringen zal de druk toenemen. Het zou betekenen dat we ons aan een vloedgolf van aanvragen mogen verwachten en dat heel het principe van interprofessionele akkoorden uitgehold wordt. De regering vraagt ook aan om een veralgemening van de tweede pensioenpijler op te nemen in het IPA.(9) Dat zal als pasmunt worden gebruikt voor toegevingen op de lonen. Stilaan evolueren we zo weg van het repartitiestelsel waarop onze wettelijke pensioenen gebaseerd zijn, naar een kapitalisatiestelsel.(10) Het is ook een middel om de druk om langer te blijven werken verder op te drijven en het wettelijk pensioen te laten wegglijden naar een minimaal sociaal vangnet. Dat strookt met de liberale visie op sociale zekerheid die het solidariteitsstelsel wil omvormen naar een activeringsinstrument. Dat was al duidelijk voor de werkloosheidsuitkeringen, maar sluipt zo ook binnen in de pensioenuitkeringen.

Het blokkeren van CAO’s die de loonnorm overschrijden was niet echt nodig, de betrokken patroons hadden die immers mee onderhandeld. Het was de regering om wat anders te doen, namelijk een waarschuwing aan de vakbonden. Vrij vertaald: “als je geen akkoord tekent, leggen wij het op via een KB en kunnen de sterkere sectoren het vergeten om extra’s af te dwingen.” Gedaan dus met te zeggen “liever geen CAO dan een slechte.” Op die manier wil men de druk op de vakbonden maximaal opdrijven. Als ze dat wil, beschikt de vakbondstop echter eveneens over een sterk wapen. Op 7 juli 2011 heeft het Grondwettelijk Hof immers een maximumduur van 2 jaar opgelegd om tot een akkoord te komen over de harmonisering van het statuut van arbeider en bediende. Dat loopt af op 8 juli 2013. Als er dan geen akkoord is, zal de rechtbank niet anders kunnen dan de opzegtermijnen van arbeiders op te trekken tot die van de bedienden en de carensdag af te schaffen. Pieter Timmermans van het VBO heeft zijn voorstel al klaar, volgens hem is het onmogelijk de standpunten van de vakbonden en de patroons te verzoenen. Hij stelt voor “een Europese benchmark te maken en die te calqueren. We mogen ons immers Europees niet uit de markt prijzen.” Het zou schandalig zijn indien de vakbonden daar op toegeven.

Crisis legt naakte klassentegenstellingen bloot

 

Aan de basis is men de inschikkelijkheid van de top al lang moe. Men is zich bewust van de enorme potentiële kracht. Dat heeft men ondervonden tijdens de stakingen van 22 december 2011 bij de openbare diensten en op de piketten tijdens de algemene staking van 30 januari 2012. De beelden van de brandweer die de politie in de Wetstraat onder spuit, staan op het netvlies van velen gebrand. Men is evenmin vergeten hoe 350 loodsen dagenlang de havens blokkeerden. Maar als de vakbonden beroep doen op die kracht, moeten we al inhouden nog voor we goed en wel opgewarmd zijn. In heel wat sectoren, aan beide kanten van de taalgrens, is men die knipperlichtacties meer dan beu. De Waalse metallos zijn diegenen die dat het hardst laten horen, vooral die van de MWB. In maart 2011, naar aanleiding van de Europese top, hadden ze al aangekondigd geen traditionele wandeling te willen, maar en heuse blokkade. In december vorig jaar had Nico Cué, algemeen secretaris van de MWB ervoor gepleit het besparingsplan van de regering te stoppen door eerst 24u, later 48u en als het moest 72u het land plat te leggen. In september 2012 schreef Francis Gomez, de voorzitter van MWB Luik-Luxemburg een open brief om de demobilisatiestrategie van het ABVV openlijk aan te klagen. Dat komt er niet zomaar. De metaal wordt hard getroffen door de crisis, maar de arbeiders hebben het gevoel dat ze aan de leiband gehouden worden.

We weten wel dat we dat moeten relativeren. Van het actieplan van Cué is niets in huis gekomen en de laatste staking tegen de sluiting van de warme fase bij Arcelor-Mittal in Luik, dateert intussen ook al van 7 december, nochtans de regio waar Francis Gomez voorzitter is van de MWB. Benieuwd of er nu wel acties komen, nu Mittal een akkoord voor de warme fase wil forceren door te dreigen met de toekomst van de koude fase, waardoor nog eens 2.000 banen extra op de helling gezet worden. Hun uitspraken drukken anderzijds wel een groeiend ongenoegen aan de basis uit en uit haar aanwezigheid op acties, kunnen we afleiden dat die al langer op scherp staat. In andere sectoren is dat misschien minder opvallend, maar ook daar rommelt het al enige tijd. Het zal wel onbewust zijn, maar Pieter Timmermans beaamt dat, wanneer hij klaagt dat de vakbonden steeds meer staken vooraleer te praten.(11) Ook aan patroonszijde neemt de radicalisering trouwens toe, met als uitschuiver het inzetten van een knokploeg tegen de stakerspost bij auto-onderdelenfabrikant Meister in Sprimont.(12) Maar ook door werknemers te betalen om stakingen te breken zoals bij Lidl op 30 januari.(13) Op een bijeenkomst van de Vlaamse Federatie van Beleggers pleitte Luc Bertrand, CEO bij Ackermans & van Haaren ervoor ons twee uur langer te laten werken voor ons loon en ook Unizo blijft daarop hameren onder het motto ‘als we aan de index en de brutolonen niet mogen zitten, dan stellen een andere mijlpaal van de arbeidersbeweging in vraag: de 38-urenweek.’ Voka, Unizo, de Boerenbond en Verso willen het sociaal overleg communautair openbreken door de SERV om te vormen tot een Vlaams sociaal overleg.(14)

Naar aanleiding van de zaak Meister richtten de Waalse patroons een gezamenlijke aanklacht aan de partijvoorzitters. Ze vroegen zich daarin af waarom die niet “met evenveel ijver de 4 “gijzelingen” van patroons door arbeiders die plaats vonden in Wallonië in 2011 hadden veroordeeld, net zomin als die tijdens de voorgaande jaren of de gewelddadige en soms echt terroristische acties tijdens sociale conflicten die dikwijls plaats grijpen zonder respect voor procedures en voor futiele aanleidingen”. “We zijn nog niet in een regime van collectief bezit van de productiemiddelen”, voegden ze eraan toe.(15) Kortom, het patronaat weet heel goed wat de werkelijke inzet is. Het radicaliseert omdat het weet dat de crisis weinig ruimte laat voor camouflage, voor overleg, en dat integendeel de naakte klassentegenstellingen bloot komen te liggen. De vakbondsleiding bevindt zich steeds meer tussen hamer en aambeeld, want ook de arbeiders, de vakbondsbasis in het bijzonder, beseft dat overleg bitter weinig oplevert. Zij staan niet alleen. Een peiling van Ipsos toonde dat maar liefst 71% van de bevolking ervoor gevonden is om de fiscale voordelen van de grote bedrijven te kortwieken. De staatshervorming vond slechts 17% een goede zaak, 25% een slechte zaak, 17% had geen oordeel en liefst 41% vond het noch goed noch slecht.(16) Op politiek vlak drukt dat zich helaas niet uit omdat er voorlopig geen voldoende draagkrachtig alternatief is dat dit kan vertalen.

Druk voor politiek initiatief links van de sociaal democratie en groen

Het ontbreken daarvan leidt tot allerlei mogelijke aberraties. In Vlaanderen zijn de traditionele partijen alle autoriteit verloren. Open VLD is in vrije val en het zal niet lang duren vooraleer de sluimerende conflicten publiek worden uitgevochten. Bij CD&V voert de Vlaamse minister-president een schaduwgevecht met de federale minister van Financiën. SPa mag dan wel hopen op een Samson-effect naar Nederlands model, maar zelfs de sluwste spindoctor kan dat onmogelijk verkocht krijgen met parvenus als De Coninck, Lieten en Smet in de Federale en Vlaamse regering, Wie dacht dat erger dan Freya VDB, Johan VdL en John Crombez niet kon, hangt eraan voor de moeite. Groen mist elke geloofwaardigheid. De geradicaliseerde laag patroons heeft centen en toegang tot de media genoeg om met telkens nieuwe avonturen uit te pakken. Na het Vlaams Blok en de brutaal gebekte De Winter, kwam J-M Dedecker, die vooral vervangende schaamte opwekt, en nu dus NVA en De Wever wiens schijnbare overdosis aan zelfrelativering intussen plaats heeft gemaakt voor de authentieke arrogantie van de Vlaamse Calimero of kleinburger. De geradicaliseerde laag arbeiders daarentegen heeft geen rode, noch groene duit en al helemaal geen toegang tot de media. De enige kracht die daar zou kunnen voor zorgen zijn de vakbonden, maar die zijn aan de top vastgelijmd aan de sociaaldemocratie en de christendemocratie.

De enige reden waarom het met de traditionele partijen in Wallonië nog iets beter gesteld is, is de dreiging vanuit Vlaanderen, waardoor velen toch maar weer bescherming zoeken onder de vleugels van vooral de PS. Die is er voorlopig in geslaagd de lokale baronnen en de regionalisten in de pas te krijgen, het was ooit anders, maar vooral, het zou wel eens zeer snel opnieuw kunnen keren, afhankelijk van het verzet tegen de besparingen en de resultaten van de NVA in Vlaanderen. CdH en Ecolo zijn als twee concurrerende minnaars die elkaar de liefde van de PS betwisten en bij MR lijkt de pacificatie ingezet nu de breuk met het FDF stilaan verteert geraakt. Toch zouden volgens een peiling van Ipsos ook in Wallonië de kleine formaties, buiten de traditionele vier dus, intussen samen 22,6% halen. In Brussel is die trend wat minder uitgesproken doordat het FDF er een deel van het terrein bezet. Zowel in Vlaanderen, als in Wallonië en Brussel is er ruimte voor een echt linkse partij die uitdrukking geeft aan wat leeft bij de achterban van de vakbonden. Dat begint stilaan door te sijpelen naar het middenkader van de vakbonden. Het is op die manier dat we de open brief van strijdbare syndicale delegaties uit de Antwerpse petrochemie aan ABVV voorzitter De Leeuw moeten begrijpen (17) , of de acties van de CGSP in Mons aan de deur van Di Rupo of van de Franstalige vleugel van het ACV aan de lokalen van de PS in Brussel of ook nog de oproep van Daniël Piron, algemeen secretaris van het ABVV van Charleroi, om alles wat links staat van de PS en Ecolo samen te brengen.

De tijd daarvoor dringt. Het ontbreken ervan zorgt immers dat de arbeidersbeweging afwezig is in het politieke debat. De afkeer voor begeleide afbraak zit intussen zo diep, dat als de arbeidersbeweging geen antwoordt biedt, rechtse populisten steeds harder inbeuken op onze moeizaam bevochten verworvenheden. We kunnen die aanvallen niet blijven weerstaan met een hand op de rug gebonden. Het wordt tijd dat de woorden van die syndicale verantwoordelijken, ook omgezet worden in daden. Tot dan lijkt de PvdA het best geplaatst om de leegte te helpen opvullen. Door het proces van vernieuwing dat ze ingezet heeft, in essentie een afgezwakt programma en lagere voorwaarden voor lidmaatschap, is ze aanvaardbaarder geworden voor een laag van links georiënteerde intellectuelen en artiesten. Dat heeft ertoe bijgedragen dat ze vlottere toegang krijgt tot de media en zelfs met een afgezwakt programma toch overkomt als de andere stem. Samen met de professionele publiciteitscampagne rond het jongste boek van Peter Mertens, zet dat de PvdA in pole position. De PvdA blijft echter worstelen met haar verleden. Velen zijn nog niet vergeten welke monsterlijke regimes die partij ooit ophemelde. De oorverdovende stilte over het Chinese regime, dat van Noord-Korea of figuren als Assad en Khadafi, boezemt samen met de kritiekloze steun aan diezelfde regimes en figuren door talloze onofficiële PvdA satellieten, geen vertrouwen in.

Een bredere samenwerking met andere linkse formaties die daarover in het verleden met de PvdA in de clinch lagen, zou dat wantrouwen grotendeels wegnemen. De PvdA is zich bewust van het streven naar eenheid en probeert daaraan tegemoet te komen door de + aan haar naam toe te voegen. Ze heeft geen probleem met onschadelijke onafhankelijke kandidaten. Leden van de Vlaamse KP of van de SAP zijn welkom als ze dat wensen, de eerste iets meer dan de volgende, maar van hen hoeft de PvdA niets te vrezen, zij zullen opgeslokt worden en zo nodig vertrappeld. Rood is wat problematischer, want dat kan misschien ontwikkelen tot een concurrent en dan weet je maar nooit. De PvdA was wel verplicht om in te gaan op de voorstellen voor een kartel, maar legde de lat zodanig dat ze wist dat Rood het nooit zou kunnen aanvaarden. Bovendien maakte ze meteen duidelijk dat zo een kartel buiten Antwerpen uitgesloten was, ook al omdat de invloed van LSP op Rood in Gent duidelijk was. Het is immers vooral LSP waarmee de PvdA elke samenwerking uitsluit. Het is de enige radicaal linkse formatie die zowel in het jongerenwerk als in de vakbondswerking stand kan houden naast de PvdA en bovendien zowel in Gent als in Luik al aangetoond heeft dat ze ook weet hoe wijkwerking aan te pakken. Numeriek kan de PvdA dat probleemloos aan, maar als de klassenstrijd heviger wordt en de kloof tussen top en basis duidelijker stellingen vereist die de band met het vakbondsapparaat onder druk kunnen zetten, kan LSP nog een lastige klant worden die je beter buiten huis houdt en als het kan isoleert.

Te lang toonde LSP weinig tot geen electorale belangstelling, dat was een vergissing, want het heeft de PvdA toegestaan om LSP op electoraal vlak te isoleren. In Wallonië en Brussel doen dezelfde trends zich voor, maar de dominantie van de PTB is er wat minder unilateraal. Even hadden de PC van Brussel en LCR de illusie dat de PTB in Brussel, Elsene en St.-Gillis voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 zou instemmen met een kartel PTB-Front des Gauches, gebaseerd op aan elkaar gewaagde uitslagen bij de parlementsverkiezingen van 2010. In de gemeente St.-Gillis zou zo een kartel met bijna zekerheid een zetel hebben opgeleverd, mogelijk twee. De PTB wist echter dat PSL er minstens de tweede plaats, in dit geval een strijdplaats opeiste. Uit het verzet van de LCR daartegen, kunnen we slechts afleiden dat ze vooraf met de PTB overlegd hadden hoe ze de PSL van die plaats zouden wippen, maar het pakte niet. Op de eerste officiële ontmoeting deelde de PTB onomwonden mee dat ze niet wou samen werken met de PSL en er dus geen sprake kon zijn van kartels. PC en LCR grepen dat aan om de deelname aan de gemeenteraadsverkiezingen door Front des Gauches te kelderen en eigen kandidaten op de PTB+ lijsten te plaatsen. Maar bij de PC weigerde een meerderheid van de afdeling om daarin mee te gaan. Met een smoes, het feit dat de SAP in Antwerpen een kandidaat heeft op de Rood lijst, weigerde de PTB ook kandidaten van de LCR. Het doel was immers bereikt: het Front des Gauches was uitgeschakeld. Samen met de PH en CAP dient PSL lijsten in onder de naam Gauches Communes in St.-Gillis, Elsene, Anderlecht en Jette.

Ook elders tracht de PTB de tactiek van de verschroeide aarde toe te passen en het terrein voor zich alleen op te eisen. Ze kan dan wel beweren dat zij de Belgische “Front de Gauche” of “Syriza” is, in werkelijkheid is haar model dat van de Nederlandse SP, namelijk een zodanige dominantie ter linkerzijde opbouwen dat anderen het niet meer aandurven een lijst in te dienen naast die van de PvdA/PTB. Dat laat zich ook herkennen in haar optredens in de media. Terwijl vooral een Joe Higgins, maar ook een Jean-Luc Mélenchon en een Tsipras zich differentiëren van burgerlijke politici, trachten de woordvoeders van de PvdA zich voor te doen als leden van de club, net zoals die van de SP in Nederland. Het klopt dat de Belgische PvdA de Nederlandse SP bekritiseerde omdat die zich akkoord verklaarde met het optrekken van de pensioenleeftijd naar 67 en met het naleven van de Europese begrotingsregels. Het dringt echter niet door dat dit is waartoe “tot de club behoren” kan leiden. De PvdA mag dan wel in pole position zitten, de dominantie die ze hoopt te bereiken heeft ze nog lang niet. Voor heel het land dient ze bij de gemeenteraadsverkiezingen 42 lijsten in. Dat is meer dan wie ook van de radicale linkerzijde, maar er zijn wel 589 gemeenten. Dat is nog een lange weg te gaan. Uiteraard heeft niet iedere gemeente eenzelfde politiek, sociaal en economisch gewicht en is de PvdA/PTB vooral in de grootste aanwezig, maar er blijft voldoende onontgonnen terrein over voor eender wie hard wil werken.

In Luik werd door de voormalige woordvoerder van de PC en anderen voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2012 Verts et à Gauche opgericht, VEGA. PSL neemt daaraan deel met 3 kandidaten. Een poging op initiatief van de PC, die opkomt met de PTB, om gesprekken tot stand te brengen tussen PTB en PSL heeft immers tot niets geleid omdat de PTB er nooit op in ging. We vermoeden dat als in de toekomst initiatieven worden genomen in de richting van een brede linkse formatie, VEGA of toch minstens een aantal deelnemers aan die lijst daarbij betrokken zullen zijn. De huidige samenwerking moet de contacten dan vergemakkelijken. In La Louvière en Charleroi worden Front de Gauche lijsten ingediend door militanten van PC en de PSL. Vooral de lijst in Charleroi is een belangrijke realisatie. Het werd een volle lijst, met PSL op de tweede plaats, voor de provincie op de eerste. Het positioneert ons voor latere gesprekken over een bredere formatie. LCR deed daar destijds lacherig over, het zou ons nooit lukken, beweerde ze. We kennen uiteraard het resultaat niet, maar dat we daar op zo korte tijd zouden staan, had waarschijnlijk niemand voor mogelijk geacht, ook PSL zelf niet.

Overal waar LSP/PSL deelneemt in de verkiezingen, is dat gericht op het promoten van de idee van de nood aan een nieuwe, brede formatie van de arbeiders. Het is met die gedachte dat we in Oost-Vlaanderen deelnemen aan de lijst Leef in Zottegem, de LSP lijst van Dendermonde, de LSP-Rood lijst van Keerbergen en de provinciale Rood lijst van West-Vlaanderen. Tegelijk blijven we uiteraard onze eigen specifieke stroming uitbouwen. Onder Franstaligen oefent het Front de Gauche en de campagne van Jean-Luc Mélenchon in Frankrijk een enorme aantrekkingskracht uit. Naast de oproep van Piron, het verschijnen van Front des Gauche lijsten in Henegouwen en een oproep van de Algemene Centrale aan Mélenchon om naar België te komen, was het zonder twijfel de inspiratiebron voor Bernard Westphael om zijn beweging Mouvement de Gauche te lanceren. Westphael is een stichtend lid van Ecolo, voormalig fractieleider voor die partij in het Waals parlement, uitgesproken tegenstander van de Europese grondwet en behaalde in de voorzittersverkiezingen van die partij in 2012 15% van de stemmen. Hij hoopt zich op te werpen als de Belgische Mélenchon, maar zowel zijn programma als zijn hele voorkomen zal nog flink bijgeschaafd moeten worden om dat te realiseren. Toch haalt hij in peilingen, ondanks het feit dat hij niet deelneemt aan de gemeenteraadsverkiezingen, gemakkelijk 1,5%. Het is nog afwachten in welke richting de MdG zal ontwikkelen, maar het is niet uitgesloten dat als de PTB zich te arrogant opstelt en Westphael voldoende openheid aan de dag legt, deze formatie een verzamelplaats kan worden voor wie zich afkeert van PS en Ecolo, maar niet bereid is zich in de armen van de PTB te gooien.

Er gaat bijna geen dag voorbij zonder dat we herinnerd worden aan de catastrofale gevolgen die het ontbreken van een onafhankelijke arbeiderspartij met zich mee brengt. Vanaf november gaat de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen in. Werkloosheid is de grootste zorg voor Belgen. Onder laaggeschoolden bedraagt de werkloosheidsgraad 14,1%, in Wallonië 16,6% en in Brussel 30,5%. 27,8% van alle niet-Europese migranten zijn werkloos, in Brussel 35,6%.(18) Volgens het Institut pour un Développement Durable lag het aantal werklozen in het eerste kwartaal van 2012 70.000 eenheden hoger dan voor 2008.(19) In 2011 werden in totaal 25.579 werklozen gesanctioneerd. In Wallonië 4,7% van alle werklozen, in Brussel 3,9% en in Vlaanderen 2,5%.(20) Heel het beleid is erop gericht om mensen te dwingen om het even wat te aanvaarden en dat op zijn beurt te gebruiken om de loon- en arbeidsvoorwaarden van iedereen onder druk te zetten. Volgens een Europese studie heeft slechts 31% van de Belgen een job van kwaliteit, 51% een gemiddelde job en 14% een onfatsoenlijke.(21)

In april kwamen bij een brand in Wingene 2 Poolse vrachtwagenbestuurders om die waren opgesloten in een loods. Het gaat niet altijd om Oost-Europese bedrijven, integendeel , heel wat Belgische bedrijven richtten in Oost-Europese landen postbusbedrijven op die hier met Oost-Europese chauffeurs werken aan de lokale condities.(22) Een op de vier bewakingsfirma’s is illegaal.(23) Ook openbare bedrijven als de NMBS werken daar vlotjes aan mee. Recent nog kwam een onderaannemer van de NMBS in opspraak wegens het onderbetalen van Roemeense werknemers die ’s nachts het Centraal Station kuisen. Het contract is intussen toegewezen aan een andere onderaannemer, de oorspronkelijke ploeg kuist nu enkel nog in de weekends en een aantal werknemers werden de laan uitgestuurd. De ACOD delegatie bij de VUB tracht als reactie op dergelijke praktijken naar Frans voorbeeld te bedingen dat vertegenwoordigers van de onderaannemers opgenomen worden in een overkoepelend comité. Dat werd in Frankrijk ingevoerd in 2001 na de explosie van het chemisch bedrijf AZF te Toulouse. Het werd er enkel weerhouden voor nucleaire installaties en Sevesobedrijven. Als het initiatief aan de VUB lukt, zou dat wel eens kunnen dienen als precedent om in meer bedrijven en sectoren dergelijke CAO’s af te sluiten.(24)

Van alle Europese landen is België het land waar migranten het meest onderbetaald worden. De kloof tussen het armoederisico voor migranten en autochtonen is nergens zo groot.(25) Wie van Marokkaanse afkomst is heeft een kans van 54% om arm te zijn.(26) Meteen weten we hoe het komt dat de wijken met veel migratie, in de eerste plaats in Brussel, zo explosief zijn. De Arabisch Europese Liga van Abou Jahjah was de eerste communautair gerichte politieke formatie die uit die miserie ontstond. We waren het niet eens met de exclusieve gerichtheid op de migrantengemeenschap en al evenmin met een aantal zeer ongelukkige en provocerende uitspraken, maar de AEL stelde wel de discriminatie aan de kaak en kwam op voor meer rechten. Jahjah werd door de politici van toen uitgespuwd, maar een antwoord op de sociale problemen die hij had aangekaart, kwam er niet en die bleven voortwoekeren. Het leidde tot opstootjes die met steeds hardere repressie onderdrukt werden. De politie is daar niet tegen opgewassen. Ze slaagt er niet eens in manifestanten te onderscheiden van criminelen. Nog een paar keer manifestanten in het aangezicht trappen en van het weinige krediet waarover deze cowboys nog beschikken, blijft helemaal niets meer over. De Brusselse politie gedraagt zich als een gang in oorlog. Recente beelden uit Borgerhout suggereren dat het in Antwerpen niet veel beter gesteld is. In zo een explosieve situatie kunnen zelfs de gekken van Sharia4Belgium gehoor vinden met hun reactionaire opvattingen over vrouwen en LGBT en een belangrijk deel van de gemeenschap op sleeptouw nemen. De rechtse gekken van hier vinden daarin dan weer argumenten om hun racistisch vergif te spuien.

De crisis van het kapitalisme legt de klassentegenstellingen bloot. De schrijnende toestanden die voorheen beperkt bleven tot een kleine minderheid, treffen steeds meer arbeidersgezinnen, zeker daar waar de crisis het hardst toeslaat. Maar wat de burgerij, haar instellingen en haar politieke vertegenwoordigers ook ondernemen, niets lijkt te werken. Hun maatregelen leiden in het beste geval tot uitstel, doorgaans tot een verdere verdieping van de crisis. Dat geldt voor alle beleidsterreinen, zowel economisch, politiek, sociaal als ecologisch. De crisis heeft de maatschappij zodanig geïnfecteerd dat zelfs de traditionele politiek van verdeel en heers, processen op gang brengt die aan de controle van de burgerij en haar instellingen ontsnappen. Pogingen om via de met de vakbondstop bevriende partijen een sociaal pact af te kopen, lopen vast op het gebrek aan middelen. Uiteindelijk blijft afhankelijk van de diepte van de crisis, enkel repressie over. Naarmate de heersende klasse wegdrijft van het centrum en de condities van de arbeidersbeweging steeds radicaler aanvalt, provoceert dat een tegenreactie. Op het vlak van ideeën uit dat zich in een herleving van utopisch socialistische opvattingen in academische kringen, maar die met verbazende aandacht gelezen en bestudeerd worden door talloze jongeren en arbeiders. Het uit zich ook in het succes van gemeenschapstuintjes, solidariteitsvakanties (27) etc.

Dergelijke utopische opvattingen over solidariteit zijn niet opgewassen tegen het populistisch discours van reactionaire krachten. Ze zijn te verklaren doordat het bewustzijn nog steeds achter loopt op de materiële condities, door de afwezigheid van een politiek antwoord van de arbeidersbeweging en de remmende rol die de vakbondsapparaten doorgaans spelen. Die situatie vertoont gelijkenissen met die van het midden van de 19de eeuw, toen Marx het socialisme voorzag van haar wetenschappelijke basis, de vakbonden nog in hun kinderschoenen stonden en de arbeidersbeweging nog niet over eigen onafhankelijke partijen beschikte. De organisatiegraad, de communicatiemiddelen, de algemene kennis en vooral de historische erfenis van de arbeidersbeweging is vandaag echter onvergelijkbaar met die periode. De materiële condities zullen de arbeiders steeds opnieuw dwingen om in actie te komen. Waar de vakbondsstructuren de actie blokkeren, zullen andere strijdorganen gecreëerd worden. Een deel van het vakbondsapparaat zal die druk weerspiegelen, een ander deel zal opzij gezet worden. De nood aan een eigen, van de burgerij onafhankelijke en massale arbeiderspartij zal zich steeds scherper stellen. LSP zal zich hiervoor inzetten omdat dit op dit ogenblik de meest dringende objectieve taak is voor de arbeidersbeweging.

Maar voor marxisten zijn verleden, heden en toekomst geen hermetisch gescheiden etappes. Wie niet duidelijk is over het verleden, zal onvermijdelijk falen in heden en toekomst. Wie de strijd van vandaag loskoppelt van de doelstelling van de toekomst, eveneens. Vandaar dat LSP zich niet laat begrenzen tot hulp aan de opbouw van een nieuwe, brede arbeiderspartij, maar tegelijk de opbouw verder zet van het geraamte voor een toekomstige massapartij gericht op de socialistische omvorming van de maatschappij. We zullen de positie die we in het verleden hebben opgebouwd onder jongeren, blijven vernieuwen en dynamiseren. Het zorgt ervoor dat we een natuurlijke gesprekspartner zijn voor de talloze jongeren die op zoek zijn naar sociale en solidaire antwoorden. Steeds meer linkse socialisten stromen door naar de werkvloer waar ze de afgelopen jaren respect en autoriteit hebben opgebouwd. We zullen dat de komende jaren verder uitbreiden. Als de arbeidersklasse in beweging komt, zullen zij voor veel radicaliserende arbeiders een referentie zijn. Tegelijk wil LSP bouwen aan een aantal publieke figuren omdat we denken dat we langs deze weg ons platform enorm kunnen verbreden.

 


Voetnoten

     

  1. https://www.nbb.be/doc/ts/publications/nbbreport/2011/nl/t1/verslag2011_tii_h4.pdf
  2. https://www.acv-online.be/default.html
  3. ‘Leg vast wat je als inflatie verwacht’ – De Tijd 1/09/2012
  4. De Crisis, de lonen, de index en het interprofessioneel akkoord – Studiedienst van de PvdA. Daarin worden alle akkoorden nog eens opgelijst. De loonakkoorden voor de privésectoren gelden voor 2 jaar. In 2001 bevatte het een loonstijging van 6,4%, 3,4 boven de indexering. In 2003 was dat maar 5,4% meer, 2,2% boven de index. In 2005 4,5% of 1,2% boven de index, in 2007 5%, ook 1,2% boven de index. In 2009 bleef het beperkt tot de index en eventueel een premie van 250 € netto en in 2011 de index en maximaal 0,3% er bovenop
  5. Pratiquer une juste approche des coûts salariaux – l’info CSC 4/05/2012
  6. Les points chauds de l’automne social – Le Soir 1/09/2012
  7. Regering neemt col van 4de categorie, nu de kanjers nog – De Tijd opinie 19/07/2012
  8. Leg vast wat je als inflatie verwacht – De Tijd 1/09/2012 of ook ‘Leg de inflatie voor twee jaaar vast’ – De Standaard 1/09/2012
  9. CSC service d’étude – Consultation accord interprofessionel 2013-2014 – 12/07/2012
  10. In een repartitiestelsel betalen de huidige werknemers voor de pensioenen van de huidige gepensioneerden. Het kende vooral na WOII uitbreiding omdat tijdens de grote depressie van de jaren ’30 heel wat pensioenfondsen over kop waren gegaan. In een kapitalisatiestelsel bouwen werknemers hun eigen pensioen op. Het opgebouwde kapitaal wordt door pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen belegd afhankelijk van de wettelijke bepalingen of beperkingen.
  11. FGTB: la stratégie de démobilisation en “e plus en plus, les syndicats font grève, puis ils discutent” – Le Soir 11/09/2012
  12. Une milice privée pour déloger les travailleurs – Le Soir 28/02/2012
  13. Lidl betaalt werknemers om staking te breken – De Nieuwe Werker 23/03/2012
  14. Vlaams appel voor nieuw sociaal overleg – De Tijd 8/06/2012
  15. Le patronat wallon tance le politique – Le Soir 3/03/2012
  16. Faire payer les grandes entreprises: le Belge est pour – Le Soir 14/03/2012
  17. https://nl.socialisme.be/10619/vakbond
  18. Exclus de l’emploi : la Belgique à la traîne – Le Soir 26/06/2012
  19. 70.000 sans-emploi de plus qu’avant 2008 – Le Soir 22/05/2012
  20. L’Onem a sanctionné 25.579 chômeurs en 2011 – Le Soir 9/03/2012
  21. Un emploi sur sept est indécent – Le Soir 19/06/2012
  22. De vuile trucs van de truckers – De Tijd 7/04/2012 – de misleidende titel is van De Tijd
  23. Een op vier bewakingsfirma’s illegaal – De Tijd 27/07/2012
  24. La jungle des sous-traitants encourage la fraude – Le Soir 11/06/2012
  25. La Belgique sous-paye ses immigrés – Le Soir 9/03/2012
  26. ‘Armoede bij allochtonen hallucinant’ – De Tijd 2/12/2011
  27. Des vacances solidaires à l’étranger – Le Soir 28/07/2012

 


>>> Inhoudstafel

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop