Nationalisatie van de energiesector om een kernuitstap mogelijk te maken
De aardbeving en daaropvolgende tsunami in Japan hebben een geleid tot het trieste bilan van 27.000 doden en vermisten. Naast de verwoestingen van de natuurramp werd ook de aandacht gevestigd op de dreiging van een kernramp. De problemen in de reactoren van de kerncentrale van Fukushima hebben 25 jaar na Tsjernobyl aangetoond dat kernenergie nog steeds gevaarlijk is, ook in landen waar de centrales aan de strengste veiligheidsmaatregelen worden onderworpen.
Fukushima: ware omvang van de ramp is wellicht nog niet bekend
De Japanse autoriteiten en het private energiebedrijf TEPCO, de eigenaar van de reactoren in Fukushima, deden er alles aan om de feiten te minimaliseren. Premier Kan verklaarde zelfs dat de vrijgekomen radio-activiteit niet zo sterk was en dat de ramp “fundamenteel verschilt van het ongeval in Tsjernobyl.” Deze houding is gevaarlijk. Het kan er voor zorgen dat de omvang van de besmetting wordt ontkend, wat meteen ook preventieve maatregelen tegenhoudt.
Op 18 maart verklaarde Kazuhiko Maewa, een specialist inzake humanitaire hulp, nog: “Noch de regering noch TEPCO hebben een volledig overzicht geboden van de radioactieve stoffen die vrijkwamen in Fukushima.” Bijna twee weken na het drama, was het nog steeds niet mogelijk om de veiligheidsrapporten van de officiële commissie voor de toekenning van licenties aan kerncentrales voor de jaren 2009 en 2010 te raadplegen.
De nucleaire industrie en de private energiebedrijven in Japan hebben een lange geschiedenis van pogingen om ongevallen en incidenten in de doofpot te steken. Dat gebeurde bij incidenten in 1995 in Monju en in 1999 in Tokaimura. Mogelijk is dit ook nu het geval.
Nu bleek dat de centrale van Fukushima eerder al veel problemen kende. Het Agentschap voor Nucleaire Veiligheid eiste in 2009 bijkomende inspecties in 14 van de 17 reactoren van TEPCO. Officiële vertegenwoordigers moesten toegeven dat de centrale van Fukushima “een van de meest gevaarlijke van de archipel” was.
Er werden intussen sporen van radio-activiteit aangetroffen in het water in Tokyo. De mogelijkheid van besmetting in de voedselketen is reëel.
De vlucht vooruit met kernenergie
Natuurrampen zoals aardbevingen of overstromingen maar ook oorlogen kunnen ernstige bedreigingen vormen voor de veiligheid van kerncentrales. Dat kan leiden tot langdurige schade voor de mens en het milieu. “De Japanse kerncentrales moesten bestand zijn tegen aardbevingen en waren het beste voorbereid op rampen, maar nu zien we wat er toch kan gebeuren”, verklaarde een woordvoerder van Greenpeace. Het Internationaal Agentschap voor Atoomenergie waarschuwde dat 20% van de kerncentrales zich in aardbevingsgevoelige gebieden bevinden.
Wereldwijd is er een sterke toename van het gebruik van kernenergie. Dit wordt gezien als een alternatief op fossiele brandstoffen. De kapitalisten en hun politici zijn niet erg geïnteresseerd in energievormen zoals zonne-energie, windenergie, bio-energie,… In 1974 al stelde een studie over de Amerikaanse energiesector besteld door de Ford Foundation dat kernenergie als alternatief op het overheersende belang van olie geen veilige optie was en dat eerder in hernieuwbare energie moest geïnvesteerd worden. Deze studie was de eerste die op het potentieel van hernieuwbare energie wees. Op korte termijn is kernenergie echter veel rendabeler, de risico’s op lange termijn (met onder meer het kernafval) worden er maar bij genomen.
Nationalisatie van de energiesector onder arbeiderscontrole
De Japanse energiesector wordt gedomineerd door tien private bedrijven. Er is niet eens een zelfde standaard in heel het land met een spanning van 50 Hz in het oosten en 60 Hz in het westen van het land. Dit betekent dat het westen van het land, dat niet werd getroffen door de aardbeving, geen elektriciteit kan leveren aan het oosten van Japan. In het oosten zijn er georganiseerde stroomonderbrekingen omwille van het elektriciteitstekort.
Het Internationaal Energie-agentschap stelde dat kernenergie slechts goed is voor 30% van de energiebevoorrading van Japan. Zelfs bij een volledige stopzetting van alle kerncentrales, zou er nog voldoende energie zijn. Steeds meer gewone Japanners denken dat de stroomonderbrekingen onderdeel vormen van een poging om de bevolking ervan te overtuigen dat kernenergie absoluut noodzakelijk is.
De chaos als gevolg van de stroomonderbrekingen in onder meer Tokyo, het gebrek aan veiligheidsmaatregelen en de pogingen om de gevolgen van de ramp in de doofpot te steken, wijzen op het falen van de private sector om aan de behoeften van de meerderheid van de bevolking te voldoen. De volledige energiesector moet uit de greep van de private sector worden gehaald om onder democratische controle en beheer van de arbeiders te worden geplaatst. Dat zou niet alleen leiden tot meer transparantie over de gevaren en risico’s van kernenergie, de collectivisering van de winsten in de sector zouden ook de nodige middelen vrijmaken voor publiek wetenschappelijk onderzoek naar hernieuwbare energie om zo een uitstap uit kernenergie en fossiele energie mogelijk te maken.
Een echte groene productie is niet mogelijk onder het kapitalisme. Dat systeem kijkt enkel naar de winsten op korte termijn. De gevaren die uitgaan van kernenergie, vervuiling, klimaatveranderingen,… maken duidelijk dat een ecologisch verantwoord systeem enkel mogelijk is als wordt gebroken met het kapitalisme en werk wordt gemaakt van een socialistische samenleving waarin de productie democratisch wordt gepland in functie van de belangen en behoeften van de meerderheid van de bevolking.
Privatiseren om arbeiders te verdelen
Japan is het enige land ter wereld dat een nucleaire aanval heeft ondergaan. De bevolking is dan ook erg gevoelig rond dit thema. Deze crisis zal ongetwijfeld leiden tot een nieuwe dynamiek voor de anti-atoombeweging. Bovendien zorgt de crisis ook voor een politieke radicalisering.
Na de Tweede Wereldoorlog was er een strijdbare vakbond in de energiesector in Japan. Deze vakbond (AJEWU) werd geleid door communisten en linkse sociaal-democraten. Er waren tal van stakingsacties en de vakbond speelde een centrale rol in het arbeidersoffensief op het einde van de oorlog.
Na de nederlaag van het Japanse militarisme in 1945 was er eind jaren 1940 een kortstondige linkse coalitieregering onder leiding van de Socialistische Partij. Deze regering wilde de elektriciteitssector volledig nationaliseren als onderdeel van de democratische hervormingen. De Amerikaanse militaire bezetters gingen daar radicaal tegen in en gaven alle steun aan de rechtse liberalen die al gauw een nieuwe regering zouden vormen.
De Amerikaanse autoriteiten deelden het elektriciteitsbedrijf op en legden een beleid van opsplitsing en privatisering op. De elektriciteitssector werd opgesplitst in private monopoliebedrijven gebaseerd op negen afzonderlijke regio’s. Het is evident dat het doel daarvan was om de vakbond in de sector te breken. Deze strijdbare vakbond ging niet alleen in tegen het kapitalisme en de conservatieve regering, maar ook tegen de Amerikaanse bezetting. In de jaren 1980 zou een gelijkaardige privatisering van het spoorverkeer plaatsvinden toen de regering wilde optreden tegen de strijdbare rol van de spoorvakbond.
Duitsland. Massaal protest tegen kernenergie
Na de kernramp in Fukushima was er een nieuwe opmars van de anti-atoombeweging in Duitsland. Sinds de jaren 1970 woedt al een geladen discussie over het gebruik van kernenergie in Duitsland. Er waren massale protestacties waarbij meermaals de bouw van nieuwe centrales werd gestopt.
De sociaal-democraten en de groenen waren aan de macht tussen 1998 en 2005. Ze sloten een compromis met de energiebedrijven om geleidelijk aan tot een kernuitstap te komen. Onze Duitse kameraden waarschuwden toen al voor dit compromis dat de bedrijven een jarenlange monsterwinst garandeerde zonder zekerheid over de effectieve sluiting van de kerncentrales. Na 2009 besloot de nieuwe regering van conservatieven en liberalen effectief om de kernuitstap terug te schroeven.
Er waren sindsdien meerdere grote betogingen, met meer dan 100.000 betogers in Berlijn. Er waren ook massale blokkades van nucleaire transporten. Daarbij waren duizenden mensen betrokken. Na de dramatische gebeurtenissen in Japan waren er opnieuw honderden lokale betogingen met telkens een groot aantal deelnemers.
Artikel door Nicolas Croes