Pleidooi voor een socialistisch feminisme
In 2017 vond op 8 maart in Gent de eerste Mars tegen Seksisme plaats, de eerste maal sinds lang dat op 8 maart ook reëel betoogd werd in ons land. De oproep voor die mars kwam van Campagne ROSA – Reageer tegen Onderdrukking, Seksisme en Asociaal beleid – in de aanloop naar haar eerste oprichtingsconferentie op 12 maart van dat jaar.
De datum was niet lukraak gekozen, maar verwijst naar de tradities van Internationale Vrouwendag die niet zomaar een symbolische dag is in de geschiedenis van het feminisme. Deze dag van strijd kwam er oorspronkelijk op initiatief van socialistische vrouwen om een stem te geven aan de strijd van werkende vrouwen. Het was gebaseerd op het inzicht dat werkende vrouwen in hun strijd voor betere lonen niet op de steun van de officiële vrouwenbeweging konden rekenen. De leiding van die beweging bestond immers grotendeels uit figuren die wel feministisch waren, maar hun strijd beperkten tot wat binnen het kapitalisme haalbaar was. Wat nodig was, was het uitbouwen van socialistische vrouwenorganisaties die werkende vrouwen organiseren in de strijd voor vrouwenbevrijding en socialisme, twee doelen die onafscheidelijk samen gaan.
Niet het establishment feminisme van De Croo en co
Ook vandaag verdedigen niet alle mensen die zich feminist noemen de rechten van alle vrouwen. Voor zelfverklaarde feministen als onze eerste minister blijft het allemaal hangen in symboliek, sensibilisering en in het beste geval wetgeving, maar op het vlak van de beloftes van Open VLD/MR, SP.a/PS en Groen/Ecolo rond de depenalisering van abortus en de verlenging van de wettelijke periode naar 18 weken blijft het tot vandaag wachten op resultaat.
Die establishment feministen gedragen zich alsof vrouwenrechten een cadeau zijn die hun voorgangers ons gegeven hebben. Maar er waren nooit cadeaus: alle rechten en verworvenheden waar werkende vrouwen en werkenden in het algemeen over beschikken, zijn verworven doordat vrouwen en werkenden zich hebben georganiseerd, door massabetogingen en stakingen die regeringen gedwongen hebben toegevingen te doen.
Dat begrip van de noodzaak van een strijd voor de belangen van vrouwen uit de werkende klasse, ofwel socialistisch feminisme, is vandaag meer dan ooit actueel. De gevolgen van de pandemie en de economische crisis bedreigen immers de financiële onafhankelijkheid van brede lagen van vrouwen. De enorme toename van het onbetaalde werk van vrouwen in het gezin, als gevolg van o.a. de sluiting van de scholen en het uitstellen van de niet-Covid zorg, gecombineerd met het hogere job- en inkomensverlies dat vrouwen hebben geleden in het laatste jaar, leiden er volgens de VN Vrouwenorganisatie toe dat er een reëel risico bestaat om teruggeworpen te worden in de genderstereotypen van de jaren ‘50.
Socialistisch feminisme = strijd voor eisen die de belangen van de meerderheid van vrouwen verdedigen
Symbolische handelingen zoals een regering die voor de helft uit vrouwen bestaat, maken geen verschil om de gevolgen van de crisis voor vrouwen te bestrijden en te vermijden dat het perspectief van achteruitgang werkelijkheid wordt. We moeten ons organiseren en de strijd voeren voor maatregelen die reële verdere emancipatie mogelijk maken. Beweren de strijd te voeren tegen seksisme en geweld op vrouwen en tegelijk toestaan dat de blinde marktwerking de financiële onafhankelijkheid van brede lagen vrouwen wereldwijd bedreigt, is pure hypocrisie.
Overal ter wereld hebben de lockdowns geleid tot toegenomen geweld binnen het gezin omdat vrouwen werden opgesloten met een gewelddadige partner. Uit meerdere studies blijkt dat ook de ernst van de gewelddaden toenam. De enorme onzekerheid – over gezondheid, dalende gezinsinkomens en jobonzekerheid – heeft ertoe geleid dat spanningen ontstonden in gezinnen en koppels die voordien nooit geweld hebben ervaren. Indien brede lagen vrouwen in de komende jaren hun werk en inkomen verliezen, zullen die cijfers van geweld zeer hoog blijven.
In het laatste jaar zijn alle vormen van seksueel geweld toegenomen. Zo vermeldt de VN Vrouwenorganisatie het toegenomen cybergeweld nu we allemaal veel meer gebruik maken van allerlei internetplatformen om te werken en te studeren. De nieuwe golf van #MeToo in de wereld – o.a. in China, Frankrijk en Griekenland – toont dat er op het vlak van seksueel machtsmisbruik, o.a. op de werkplaatsen, nog een hele weg te gaan is.
De “oplossingen” die werden uitgewerkt om als samenleving te kunnen blijven draaien terwijl de pandemie woedt, hebben een hele reeks negatieve bijwerkingen voor grote groepen van werkenden en dan vooral voor vrouwen. In de essentiële sectoren werd van het personeel enorme opofferingen gevraagd.
De acties van het personeel in de zorginstellingen, gestimuleerd door het actieve protest van het eerder in Brussel ontstane collectief van zorgpersoneel en bondgenoten, La Santé en Lutte (Zorg in Actie), zorgden er ondertussen voor dat zowel op federaal als op regionaal vlak loonsverhogingen en premies werden toegekend, maar de strijd voor een fundamentele herwaardering van de zorg (gezondheidszorg en sociaal werk) blijft op de agenda staan. Er is immers weinig veranderd aan de te lage personeelsbezetting die ook al voor de pandemie een kwaliteitsvolle en voor iedereen toegankelijke dienst ondermijnde. Die lage personeelsbezetting leidde ook tot een onmenselijke werkdruk die er samen met de lage verloning toe leidt dat elk jaar verpleeg- en zorgkundigen de sector verlaten.
Campagne ROSA roept dan ook samen met ‘De Zorg in Actie’ op om die strijd verder te zetten. Voor ons is dat een feministische eis: werkende vrouwen hebben nood aan de zorgsector omdat die zorgtaken anders in de vorm van onbetaalde thuisarbeid op hun schouders terecht komen, maar het is tevens een belangrijke sector voor de tewerkstelling van vrouwen. Het optrekken van de lonen voor het volledige personeel in de zorgsector, ook voor de noodzakelijke kuisploegen en keukendienst in ziekenhuizen, zou een grote groep vooral vrouwelijke werkenden uit de (kans-)armoede halen.
Dezelfde logica gaat overigens op voor die andere sector die voor werkende vrouwen broodnodig is om te kunnen functioneren: het onderwijs. Ook het onderwijs was slachtoffer van vier decennia van afbraak en onderfinanciering. Het resultaat: een infrastructuur die niet meer van deze tijd is, een acuut gebrek aan leerkrachten, veel te grote klassen, een groeiende ongelijkheid waarbij de zwakste leerlingen meer en meer uitvallen en een onhoudbare werkdruk voor het personeel. Voor een solidaire samenleving waarin iedereen reële kansen krijgt om zich te ontwikkelen, is een fundamentele herwaardering van die sector noodzakelijk. Campagne ROSA heeft in januari leerkrachten, leerlingen en studenten samen gebracht om te overleggen welke actie we kunnen voeren in hun school – voor gratis menstruatieproducten op school, voor degelijke seksuele opvoeding die niet hetero-normatief is en de nadruk legt op onderlinge toestemming, zodat het onderwijs zijn steentje bijdraagt in de strijd tegen seksisme, maar ook voor die noodzakelijke herfinanciering.
Maar het effect van de crisis gaat verder dan die op de essentiële sectoren. Vandaag reeds is het jobverlies op gang gekomen en wereldwijd raakt dat job- en inkomensverlies vrouwen harder dan mannen. Gezien de sectoren waarin een golf van faillissementen worden verwacht eens de staatssteun wordt afgebouwd – o.a. toerisme, de culturele en de evenementensector, maar ook de schoonmaak van kantoren – veel vrouwen tellen, zal de werkloosheid in de toekomst een vrouwelijker gezicht hebben dan ooit. Campagne ROSA verbindt zich ertoe mee de strijd te voeren voor individuele sociale rechten zoals het recht op een werkloosheidsuitkering, tegen de degressiviteit en tegen de te lage uitkeringen, maar ook voor een arbeidsduurvermindering zonder loonverlies om het beschikbare werk te verdelen over de beschikbare werkenden en een hoge structurele werkloosheid tegen te gaan.
Lessen uit de strijd voor het recht op abortus in Argentinië en Polen
De jaarovergang in Argentinië bood reden voor een groot feest: de senaat stemde op 30 december bij meerderheid de wet op vrijwillige onderbreking van de zwangerschap. Het is een overwinning van een strijd die drie generaties van vrouwen hebben gevoerd, een strijd tegen de staat, maar ook tegen de macht van de aartsconservatieve katholieke kerk.
Het is een belangrijke overwinning die ook in andere Latijns-Amerikaanse landen zijn effect zal hebben. Zo is in het Chileense Congres het proces om te komen tot een wet opgestart. De strijd moet worden gevoerd voor het recht op abortus in het hele continent.
Maar naast redenen voor feest blijven er redenen tot waakzaamheid. De regering nam immers niet het voorstel over van La Campaña (de Nationale Campagne voor Veilige en Gratis Legale Abortus – opgezet in 2005 als een coördinatie van de belangrijkste feministische organisaties), maar introduceerde bijvoorbeeld de mogelijkheid voor zorgverstrekkers om gewetensvrijheid in te roepen en dus te weigeren om abortus uit te voeren. Vooral in de dorpen, waar er een tekort aan dokters is, kan dat een serieuze belemmering worden.
Op het laatste moment werd bescherming van de integrale gezondheid van vrouwen als geldige reden voor abortus ingetrokken. Bovendien werd een gevangenisstraf van 3 maand ingevoerd voor vrouwen die na de legale periode abortus uitvoeren. De leiders van La Campaña, die banden hebben met de regerende partij, lieten na rond deze beperkingen te mobiliseren, wat maakte dat de regering enkel onder druk stond van de anti-abortusgroepen.
De jonge generaties vrouwen die zich de laatste jaren in deze strijd hebben gegooid, zullen zich echter niet snel laten afschrikken. Hen organiseren in een campagne om te verzekeren dat de wet op de best mogelijke manier wordt uitgevoerd, zal noodzakelijk zijn, maar niet voldoende. Met hen zal ook de strijd moeten worden gevoerd om te voorkomen dat de rekening van de huidige crisis terechtkomt bij de werkende bevolking. Het uitbouwen van socialistisch feministische vrouwenorganisaties moet dan ook op de agenda staan.
In Polen is de overwinning nog niet binnen bereik, ondanks de enorme en spontane massaprotesten vorig najaar. Die protesten toonden dat een meerderheid van de bevolking steun biedt aan de beweging en haar eisen. Het ontbreekt de beweging aan een leiding die even stoutmoedig is als de massa’s vrouwen die spontaan op straat kwamen en er de val van de regering eisten.
ROSA Polen riep in de beweging op tot een algemene staking en tot de vorming van lokale stakingscomités om de druk op de regering op te voeren. Een algemene staking was mogelijk, wat blijkt uit de vele voorbeelden van spontane solidariteitsacties in de bedrijven ter ondersteuning van de beweging, gaande van zorgpersoneel en werknemers van het openbaar vervoer tot de steun van radicale mijnwerkersvakbonden en postpersoneel. Noch de vrouwenorganisaties, noch de vakbondsleiding deden echter een reële oproep.
De beweging is momenteel terug van de straat verdwenen, maar de woede tegen het reactionaire establishment blijft. In de komende jaren zal het zaak zijn de woede rond het seksistische beleid van de regering te verbinden met al die andere eisen onder jongeren en werkenden en de beweging voor fundamentele verandering verder uit te bouwen.
Als we vechten, kunnen we winnen!
Campagne ROSA heeft naast veel redenen om te vechten ook twee overwinningen te vieren: het verkrijgen van het minimumloon van 14 euro voor al het personeel van de Universiteit van Gent, een strijd waaraan Campagne ROSA vanaf dag één heeft deelgenomen, in nauwe samenwerking met de ACOD-delegatie aan de universiteit. Daarnaast is er het feit dat Jeff Hoeyberghs – die Campagne ROSA aanklaagde wegens smaad omdat we zijn walgelijk seksistische uitspraken wereldwijd bekend hebben gemaakt – zelf omwille van die uitspraken voor de rechter wordt gedaagd.
Het toont het belang van consequent mobiliseren. Zonder de actie van ROSA tegen de meeting van het KVHV waar Jeff zijn walgelijke ding kon doen, zouden zijn uitspraken geruisloos gepasseerd zijn. Enkel door de woede concreet te organiseren en op straat te brengen kan de druk op justitie en op politici worden opgedreven.
Het toont ook het belang van het opbouwen van strijd rond concrete eisen die reële verandering teweeg kunnen brengen en niet te blijven hangen in algemene principes. De strijd voor een 14 euro minimumloon zou voor grote groepen vrouwen een enorm verschil maken en verbindt de vrouwenstrijd met de strijd van de arbeidersbeweging. Het is deze eenheid die dergelijke eisen kan afdwingen.
Campagne ROSA zal blijven op die nagel kloppen: eerder dan symbolische vrouwenstakingen roepen we op tot de opbouw van eenheid en solidariteit op de werkvloer in de strijd tegen alle vormen van discriminatie, voor echte feministische stakingen die de volledige kracht van de arbeidersbeweging gebruiken om overwinningen te kunnen boeken. Dit jaar wordt het door de restricties moeilijk om tot reële stakingen te komen. Een geslaagde staking komt immers niet uit de lucht vallen, maar moet concreet worden opgebouwd. In de komende jaren zullen we samen met strijdbare vakbondsmilitanten de strijd voor de 14 euro verderzetten en daarvoor alle mogelijkheden aangrijpen die zich voordoen.
Sluit aan bij Campagne ROSA
Al jaren is een massale anti-seksistische stemming aanwezig, vooral maar niet alleen onder jongeren. Een stemming alleen verandert echter niets, daarvoor moeten bewegingen worden uitgebouwd die actief de strijd voeren. Dat was de reden voor het opzetten van Campagne ROSA en het blijft onze voornaamste bekommernis. In ons vierjarig bestaan hebben we een belangrijke rol gespeeld in het vertalen van die stemming in concrete actie.
In de moeilijke omstandigheden van het voorbije jaar hebben we toch diverse acties kunnen voeren, gaande van solidariteitsacties met de Black Lives Matter-beweging na de moord op George Floyd, over actie aan het N-VA-kantoor in Brussel tegen de schandalige uitspraken van Bart De Wever over de uitbreiding van het recht op abortus tot de campagne voor acties in 12 steden rond 25 november, Internationale Dag tegen Geweld op Vrouwen.
Op 8 maart willen we in een 15-tal steden actie voeren rond de diverse eisen die hierboven aan bod zijn gekomen, acties op straat, maar ook in de scholen en werkplaatsen waar we over de nodige krachten beschikken. Op basis van die campagne willen we ook nieuwe groepen van Campagne ROSA uit de grond stampen en onze mobilisatiekracht verder uitbouwen.
We zijn een inclusieve campagne die de strijd tegen alle vormen van discriminatie wil voeren. Zo hebben we acties gevoerd tegen homofoob geweld in Gent en willen we een rol spelen om van de Pride terug een echte protestactie te maken. We verlenen ook onze actieve steun aan de strijd voor regularisatie van mensen-zonder-papieren. We geloven dat werkende en jonge vrouwen zelf actief de strijd moeten voeren voor hun rechten en belangen, maar ook dat brede solidariteit mogelijk en nodig is. Het is zo dat ROSA in Ierland de overwinning in de strijd voor het recht op abortus mee mogelijk heeft gemaakt: ze rekenden op de brede steun van de meerderheid van de werkende bevolking in het referendum.
Wil je actief de strijd tegen seksisme voeren? Wil je ook in jouw stad de actie opdrijven en de beweging uitbouwen? Dan ben je bij ons aan het juiste adres! Neem contact op om samen te kijken hoe we eraan beginnen!