Handelsoorlog tussen VS en China escaleert

Het besluit van president Trump om de straftarieven tegen China te verhogen vanaf middernacht 10 mei, vormt een dramatische escalatie van de tien maanden oude handelsoorlog tussen de twee grootste economieën ter wereld. Het volgt op maandenlange onderhandelingen en de breed verspreide indruk, aangemoedigd door Trump en zijn omgeving, dat een akkoord binnen handbereik lag.

De escalatie heeft de wereldwijde financiële markten in beroering gebracht, met alle gevolgen van dien voor de aandelen-, valuta- en grondstoffenprijzen. Bloomberg berekende dat bijna 1,5 biljoen dollar van de aandelenindexen werd weggevaagd in de vier handelsdagen na de “bom” van Trump die de zondag ervoor (5 mei) met hogere tarieven dreigde. Dat komt neer op 13 miljard dollar per woord!

De VS en China spelen “Russische roulette met de wereldeconomie”, protesteerde de voorzitter van de Kamer van Koophandel van de Europese Unie in China. De echte verliezers zijn niet zozeer de kapitalisten die klagen over de verstoring van de toeleveringsketens en de verminderde winsten, maar wel de werkenden en consumenten in de VS, China en de rest van de wereld. Het zijn hun banen en levensstandaard die op het spel staan. De Amerikaanse computertechnologiegigant Oracle kondigde onlangs 1.600 ontslagen aan in China, waarbij de werknemers van het Beijing Research and Development Centre op 7 mei walkouts en protesten hielden. Oracle’s baas Larry Ellison, een van de rijkste mannen ter wereld, is een uitgesproken voorstander van de handelsoorlog van Trump tegen China.

De Amerikaanse tarieven worden verhoogd van 10%, het niveau dat in september vorig jaar werd vastgesteld, naar 25%, op Chinese import ter waarde van 200 miljard dollar. Dit varieert van consumptiegoederen zoals stofzuigers en meubels tot kapitaalgoederen en componenten zoals auto-onderdelen en bouwmaterialen. Nog eens 50 miljard dollar van de Chinese invoer wordt al onderworpen aan een tarief van 25%. Trump heeft ook gedreigd de tarieven te verhogen door ze uit te breiden tot de resterende 325 miljard dollar aan Chinese importen – waarbij alles wordt belast.

Het Chinese regime heeft vorig jaar vergeldingsmaatregelen genomen en heeft ook dit keer gezworen om nieuwe, nog niet nader omschreven, tegenmaatregelen te nemen. De omvang en vorm van deze tegenmaatregelen zullen een indicatie geven of Peking van mening is dat de onderhandelingen die afgelopen december opnieuw zijn gestart, onherroepelijk zijn mislukt of dat de tariefverhoging door Trump een onderhandelingstactiek is, om “half gek” te handelen, een mogelijkheid die door de miljardair Warren Buffet is opgeworpen.

China verkoopt bijna vier keer zoveel aan de VS als het koopt en daarom is elke tariefoorlog tussen de twee landen ‘asymmetrisch’, waardoor de kans toeneemt dat China op andere manieren vergeldingsmaatregelen neemt – door een verlaging van de waarde van zijn munt of door maatregelen tegen Amerikaanse bedrijven die in China gevestigd zijn – hoewel in dit stadium geen van deze opties waarschijnlijk is.

Bedreiging voor wereldgroei

Voor de strategen van het mondiale kapitalisme is deze wending alarmerend. Dat wordt onderstreept door de Franse minister van Financiën Bruno Le Maire: “Er is geen grotere bedreiging voor de mondiale groei.” Een volledige handelsoorlog tussen de twee grootmachten, een realiteit als Trump zijn dreigement om de tarieven op alle resterende Chinese goederen waarmaakt, zou zich kunnen vertalen in een krimp van de wereldhandel met 2% en zou het mondiale BBP volgens The Guardian doen vertragen met 0,8%.

Nog voor de laatste escalatie had het IMF de groeivoorspellingen voor 2019 driemaal in zes maanden tijd naar beneden bijgesteld. In april voorspelde het IMF dat de wereldeconomie dit jaar met 3,3% zou groeien, het zwakste groeitempo sinds 2009.

De Amerikaanse economie zou net zo hard getroffen kunnen worden door de escalatie van de handelsoorlog als die van China. Veel economen voorspellen een stijging van de inflatie omdat de tarieven zullen doorwerken in hogere Amerikaanse consumentenprijzen. Een studie berekende de kosten voor het gemiddelde Amerikaanse huishouden op 767 dollar per jaar. Een snellere inflatie zou de Federal Reserve extra onder druk kunnen zetten om de rente te verhogen, ondanks de inspanningen van Trump om het tegendeel te bereiken. De hausse op de aandelenmarkt sinds het begin van het jaar is meer dan wat dan ook gebaseerd op de hoop op een snelle hervatting van het goedkoop geldbeleid van de Fed, dat heeft gewerkt als brandstof voor financiële speculatie en een steeds meer parasitair kapitalisme.

Grote delen van de Amerikaanse heersende klasse steunen de hardere lijn van Trump tegen China, vooral omdat de Amerikaanse economie sterk lijkt te zijn – een illusie in onze ogen – maar velen klagen dat de tarieven van de president een ‘brutaal instrument’ zijn en verkiezen een eensgezinde frontbenadering met andere westerse kapitalistische regeringen.

Deze ontwikkelingen geven aan hoe onstabiel en volatiel de mondiale betrekkingen zijn geworden, nu ‘de belangrijkste bilaterale relatie ter wereld’, die tussen de VS en China, in een neerwaartse spiraal is terechtgekomen. Vorig jaar was er een belangrijk keerpunt en het begin van een nieuw tijdperk van grote imperialistische machtsconflicten, vaak samengevat in het concept van een ‘nieuwe koude oorlog’. Deze verschuiving is niet alleen of hoofdzakelijk het gevolg van het politieke karakter van Trump, maar het vloeit voort uit de aard van het imperialisme. Zoals Leon Trotski ooit opmerkte, “verafschuwt het imperialisme elke verdeling van de macht.” De opkomst van China en het vermogen om steeds meer te concurreren met het Amerikaanse kapitalisme op belangrijke markten, heeft het land – althans in economische termen – in het vizier van de Amerikaanse heersende klasse en staat gebracht.

Andere potentieel zeer grote handelsgeschillen doemen op, bijvoorbeeld over auto’s, waarbij Trump met nieuwe tolheffingen dreigt tegen Japanse en Europese fabrikanten. Vliegtuigen en staal zijn andere conflictgebieden tussen de VS en de EU. Dit zijn de ‘bondgenoten’ waarmee de VS zich zou moeten verbinden om druk uit te oefenen op China, aldus heel wat kapitalistische critici van Trump.

“Twee autocratische mannen”

De plotse mogelijke ineenstorting van het door Trump en Xi in december vorig jaar opgezette proces van ontspanning, met elf ronden van intensieve pendeldiplomatie tussen Washington en Peking die onophoudelijk als “productief” en “zeer goed” werden omschreven, niet in het minst door de president van de VS zelf, wijst op een toenemende ernstige politieke en economische druk aan beide zijden van de Stille Oceaan. Zowel Trump als Xi lopen het risico in een politieke storm terecht te komen als er de perceptie is van een zwak akkoord (Trump) of van teveel toegevingen (Xi).

“De wereldhandel wordt nu gegijzeld door het fragiele ego van twee autocratische mannen,” aldus Jamil Anderlini in de Financial Times. Hoewel dit een overdreven simplificatie is, zit er ongetwijfeld enige waarheid in. De prijs voor beide leiders is extreem hoog: het ondertekenen van een onpopulair of vernederend akkoord bedreigt zelfs hun greep op de macht. Beide regimes zijn deels gevangene van hun eigen demagogisch nationalisme, samengevat in de slogans “Make America Great Again” en het Chinese equivalent daarvan.

Hoewel zowel Peking als Washington kracht wil uitstralen, vrezen beide partijen in werkelijkheid de gevolgen van dit conflict, waarin de relatief pijnloze fase van de eerste maanden van de tolheffingen achter ons ligt. Trump zal met toenemende druk vanuit de belangrijke landbouwstaten worden geconfronteerd. Dat zijn staten die hem hielpen de verkiezingen van 2016 te winnen en die nu al te lijden hebben onder China’s vergeldingsheffingen op Amerikaanse sojabonen. Vorig jaar nam de regering van Trump het initiatief voor een steunfonds van 12 miljard dollar voor boeren. Het grootste deel daarvan gaat naar de grote agro-industrie. Door sommigen wordt dit steunfonds omschreven als ‘socialisme voor boeren’. Toen de laatste tarieven van kracht werden, twitterde Trump dat hij 15 miljard dollar aan Amerikaanse landbouwproducten zou kopen met de opbrengst van zijn tarieven en dit als humanitaire hulp naar “arme en hongerlijdende landen” zou sturen.

Bochten van 180 graden

Zoals de meeste commentatoren dachten wij dat een akkoord het meest waarschijnlijk was (en dit is nog steeds niet uitgesloten), maar we legden uit dat “het duidelijk is dat de twee partijen niet zo dicht bij elkaar staan als ze willen dat mensen denken. Maar ze staan ook onder druk om te ontmijnen zonder gezichtsverlies. Dit laatste is de belangrijkste reden waarom de onderhandelingen aanslepen.”

De opbouw naar de escalatie van 10 mei lijkt op een bocht van 180 graden of een reeks dergelijke bochten door de twee hoofdrolspelers. Trump verwijt de Chinezen dat ze eerdere toezeggingen hebben ‘herroepen’. “Ze braken het akkoord,” vertelde hij op een campagnemeeting in Florida. De Amerikaanse versie werd algemeen aanvaard door de meeste media, maar aangezien de details van de 150 pagina’s tellende ontwerp-handelsovereenkomst nog steeds geheim zijn, is dit onmogelijk te verifiëren.

Hoewel deze vorm van de zwartepiet doorschuiven een bekende diplomatische praktijk is, en hoewel we redenen hebben om sceptisch te zijn ten opzichte van elke verklaring van het Witte Huis en Trump, komen er uit China berichten die wijzen op een zekere terugtocht van het regime, onder meer door druk van nationalistische hardliners, om niet te veel toegevingen te doen aan Trump. Zo zou Xi Jingping gezegd hebben: “Ik zal verantwoordelijk zijn voor de gevolgen.”

Een ‘kwestie van principes’

Liu He, de Chinese hoofdonderhandelaar, wierp hier meer licht op in zijn opmerkingen toen hij Washington verliet na de afgebroken en nogal oppervlakkige elfde gespreksronde, die in totaal slechts drie uur duurde en de escalatie van Trump niet kon voorkomen. Liu He probeerde de crisis te minimaliseren en stelde dat “kleine tegenslagen onvermijdelijk zijn.” Hij ontkende dat China “terugkwam” op eerdere onderdelen van het akkoord. Uit een transcriptie van zijn toespraak op Phoenix Television (Hongkong), blijkt dat Liu drie centrale kwesties aanduidde waarover er geen akkoord gevonden werd.

De eerste is de aandrang van Peking om alle tarieven van Trump in te trekken, terwijl de Amerikaanse kant erop aandrong om enkele invoerheffingen te behouden of slechts gefaseerd af te bouwen als drukmiddel op de Chinese naleving van het akkoord.

De tweede heeft betrekking op de Chinese aankoop van Amerikaanse goederen – belangrijke aankopen van landbouw- en andere goederen – die al op tafel werden gelegd toen Xi en Trump elkaar in december ontmoetten in de marge van de G20-top in Buenos Aires. Volgens Liu hebben de twee partijen nu verschillende opvattingen over wat er daadwerkelijk is afgesproken, waarbij de VS blijkbaar een geldbedrag eist dat de Chinezen niet willen betalen.

De derde kwestie betreft het aandringen van Trump’s onderhandelaars dat de Chinese regering zich ertoe verbindt om belangrijke aspecten van de overeenkomst op te nemen in Chinese wetgeving, meer bepaald rond Amerikaanse klachten over diefstal van intellectuele eigendom en bedrijfsgeheimen, gedwongen technologie-overdracht, het mededingingsbeleid en subsidies aan staatsbedrijven, de Amerikaanse toegang tot de financiële sector, en valutamanipulatie.

De duidelijke connotatie van een dergelijk akkoord zou zijn dat China en Xi zich in een onderdanige rol plaatsen, in navolging van de ‘ongelijke verdragen’ die China in het verleden door het imperialisme zijn opgedrongen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Liu verklaarde dat dit “principiële kwesties” waren waarover de Chinezen geen compromissen willen sluiten. Hetzelfde geldt echter ook voor Amerikaanse bezwaren met betrekking tot technologie en intellectuele eigendom – dit zijn essentiële onderdelen van Trump’s programma en een deel van de reden waarom hij steun krijgt van Amerikaanse kapitalisten.

De geest van Yuan Shikei

Het Chinese regime was bereid om toegevingen te doen om een akkoord te bereiken, terwijl het begrijpt dat dit de ontwikkeling van de Amerikaanse -Chinese betrekkingen, in de richting van scherpere rivaliteit, niet fundamenteel zal veranderen. De strategie van het Chinese regime is om een ontmijning te bereiken om tijd te winnen om de modernisering van de industrie voort te zetten en een sterkere technologische basis op te bouwen, wetende dat de sociale en economische problemen van het land zich opstapelen. Maar zoals we hebben uitgelegd, zijn er grenzen aan de bereidheid om toegevingen te doen: “Het regime van Xi zal geen ‘kerngebieden’ opofferen die van vitaal belang zijn voor zijn staatskapitalistisch model, denk maar aan de staatssubsidies, bescherming van belangrijke staatsmonopolies en het opzetten van ‘nationale kampioenen’.”

Het Chinese regime – een dictatuur die een door de staat geleide kapitalistische economische ontwikkeling combineert met een ongekende mate van repressie en politieke controle – is bang voor massale sociale onrust die zijn voortbestaan in gevaar kan brengen. Er zijn meerdere uitdagingen in de vorm van een steeds zwakker wordende economie, een tijdbom van schulden en toenemende ongelijkheid, die allemaal nog verder kunnen worden versterkt door het handelsoffensief van de Trump en het Amerikaanse imperialisme. Het regime en vooral Xi’s aura van onoverwinnelijkheid als almachtige heerser aan het hoofd van de duurste politiestaat in de geschiedenis zijn noodzakelijke ingrediënten voor zijn heerschappij. Dit verklaart Xi’s weigering, zelfs ten koste van een mogelijke ernstige escalatie, om compromissen te sluiten over wat zijn spreekbuis Liu He “principiële kwesties” noemde.

Niet voor niets vreest Xi dat hij als “zwakke” heerser zal worden aangevallen door fractionele vijanden binnen de CCP (de zogenaamde ‘Communistische’ Partij), die ook een bliksemafleider voor massale ontevredenheid kan worden. De 100ste verjaardag van de Vierde Mei-beweging, die samenviel met de escalatie van het handelsconflict, biedt veel lessen voor de Chinese heersers en de massa’s.

Xi werd vorig jaar vaak vergeleken met de machtsgeile president Yuan Shikei die slechts korte tijd aan de macht bleef. Deze vergelijking werd gemaakt toen Xi vorig jaar de beperking van zijn presidentiële termijn afschafte, zodat hij voor onbepaalde tijd kan regeren. Yuan riep zichzelf uit tot keizer in 1915, maar wordt ook herinnerd als een zwakke heerser die zich neerlegde bij de eisen van het Japanse imperialisme. Dit was een belangrijk onderdeel van de achtergrond van de massaprotesten van 4 mei 1919, die het begin van een decennium van revolutionaire omwentelingen vormden. “Xi is zeer bezorgd over zijn gezag, omdat hij niet gezien wil worden als een Yuan Shikai,” merkte Wu Qiang, een voormalig politiek docent aan de universiteit Tsinghua, op.

Mediacensuur

De gevoeligheid van het regime voor kritiek wordt geïllustreerd door de nieuwe harde mediacensuur waarbij de meeste berichten over de handelsoorlog geblokkeerd worden. “We kregen instructies dat we alleen opmerkingen van de woordvoerders van de commerciële en buitenlandse ministeries kunnen publiceren,” vertelde de nieuwsredacteur van een belangrijk Chinese mediakanaal aan de South China Morning Post in Hongkong. Hij deed dit uiteraard op voorwaarde van anonimiteit.

Xi wordt gedwongen tot een moeilijke evenwichtsoefening. Hij wil de mogelijkheid van een handelsakkoord met het Amerikaanse imperialisme niet volledig laten varen. Vandaar de terughoudendheid, waaronder het muilkorven van de Chinese media, om de natuurlijke neiging van de Chinese media tot fel nationalisme en antiwesterse retoriek los te laten. Het verklaart ook waarom Liu He op een ondankbare missie naar Washington is gegaan (nu zonder de titel ‘speciale afgezant van president Xi Jinping’), wat een vertrek betekende van Peking’s eerdere standpunt dat het niet onder bedreiging zou onderhandelen.

Komt er een akkoord?

De regering-Trump liet een opening met de aankondiging dat de verhoogde tarieven niet zouden toegepast worden op goederen die de Chinese havens voor de deadline van 10 mei verlieten. Schepen die al op zee waren, worden niet aan de nieuwe tarieven onderworpen, waardoor er een maand extra tijd overbleef om een overeenkomst te sluiten. Liu vertelde de pers dat er in Peking nieuwe gesprekken zouden worden gevoerd, maar dit is door sommige Amerikaanse functionarissen tegengesproken. Chinese regeringsstrategen maken nu vergelijkingen met de Koreaanse oorlog (1950-53), toen China onder Mao Zedong twee jaar lang een oorlog tegen de VS voerde terwijl het tegelijkertijd onderhandelde.

Ondertussen heeft Trump een verdere escalatie gesignaleerd met de aankondiging van Robert Lighthizer, zijn belangrijkste handelsonderhandelaar, dat de regering formeel het proces in gang heeft gezet om de tarieven uit te breiden naar de resterende 325 miljard dollar aan Chinese importen. Deze tarieven zouden binnen een maand kunnen worden ingevoerd, zei Lighthizer, hoewel Larry Kudlow, die aan het hoofd staat van Trump’s National Economic Council, zei dat een tijdslijn van “twee tot drie maanden” realistischer is.

Deze druk heeft geleid tot een enorme onzekerheid in de situatie, waarin een volledig einde van het fragiele detenteproces mogelijk is (d.w.z. een totale handelsoorlog), net als een grotendeels cosmetische handelsovereenkomst, maar ook een langdurige impasse waarin de besprekingen worden voortgezet met tal van nieuwe dreigingen en crises.

De verwarring werd nog groter door de gewoonte van Trump om erg tegenstrijdige signalen uit te sturen, in de stijl van Jekyll en Hyde, die sterk uiteenlopende resultaten suggereren. Trump sprak van een ‘mooie brief’ die hij van Xi Jinping ontving, maar enkele uren later beschuldigde hij het Chinese regime van het blokkeren van de onderhandelingen in de hoop dat ze meer ‘geluk’ zullen hebben als de Democraten de presidentsverkiezingen volgend jaar winnen. (Peking is er zich overigens bewust van dat een Democratische president voor een nog hardere anti-Chinese positie kan staan).

Deze onzekerheid werd door de financieel strateeg van UBS, Chris Krueger, als volgt samengevat: “Om Lenin te parafraseren: ‘Er zijn decennia waarin niets gebeurt en er zijn weken waarin de gebeurtenissen van decennia plaatsvinden. En dan is er een week in het presidentschap van Trump. Wat een tijd om in te leven.”

Dit is zelfs voor het Amerikaanse kapitalisme geen geruststellend scenario. “We maken ons zorgen dat het nog erger wordt en in plaats van een tariefregime dat een paar maanden duurt, zien we een tariefregime dat jaren meegaat,” vertelde een woordvoerder van de Amerikaanse National Retail Federation aan de Financial Times.

Het grotere plaatje, waar de betrekkingen tussen de VS en China zijn verschoven naar een totaal ander en fundamenteel antagonistisch traject, is grotendeels ongewijzigd, hoewel een volledige mislukking van de handelsbesprekingen andere twistpunten kan aanwakkeren.

Zelfs met een handelsovereenkomst is er een gezamenlijke pushback van de VS tegen Chinese technologiebedrijven, met name Huawei, en tegen het Chinese initiatief van de nieuwe zijderoute – Xi’s grote infrastructuurstrategie om een rond China gerichte economische sfeer op te bouwen als tegenwicht voor de Amerikaanse economische en financiële dominantie. Net de dag voor de tariefescalatie van Trump werd het China Mobile, ’s werelds grootste telecombedrijf, verboden om op de Amerikaanse markt te opereren omdat het een “bedreiging voor de nationale veiligheid” vormt.

De rivaliteit tussen de VS en China neemt ook toe in maritieme geschillen in het westelijk deel van de Stille Oceaan en de Zuid-Chinese Zee, in Taiwan, dat in de toekomst een brandhaard kan worden, en zelfs in Afrika en Latijns-Amerika, waar de belangen van de twee grootmachten steeds meer op gespannen voet met elkaar staan.

De huidige politieke en diplomatieke onzekerheid, om niet te zeggen chaos, met een verzwakking en opzijschuiven van wereldwijde handelsregels en kapitalistische internationale instellingen zoals het IMF en de Wereldhandelsorganisatie, wijst op een systeem in verval. Het kapitalistisch nationalisme, waarvan zowel Trump als Xi op verschillende manieren uitdrukkingen zijn, biedt evenmin een oplossing als de geglobaliseerde neoliberale orde die al meer dan drie decennia door de hoofdstroom van de kapitalistische klasse wordt voorgestaan. Op dezelfde wijze vertegenwoordigen zowel het Amerikaanse ‘vrije markt’-kapitalisme als het Chinese autoritaire kapitalisme twee varianten van een falend economisch systeem. De arbeidersklasse is de enige kracht die alle onderdrukten achter zich kan verenigen om een einde te maken aan deze chaotische situatie door strijd voor internationaal socialisme en democratische planning.

0
    0
    Je winkelwagen
    Er zit niets in je winkelwagenKeer terug naar de winkel