Egypte. Tussen revolutie en dictatuur

Een Russisch CWI-lid trok recent naar Egypte voor discussies met linkse activisten, jongeren en vakbondsmilitanten. Net voor zijn bezoek vielen er verschillende doden in confrontaties tussen islamisten en Koptische christenen in Imbabe. Dat incident toont het gevaar van reactie en contrarevolutie. Zoals het verslag hieronder aantoont, blijft het revolutionaire potentieel sterkt. De centrale taak voor activisten en de revolutionaire massa’s bestaat uit het opbouwen van hun eigen sterke organisaties op basis van een onafhankelijk socialistisch programma.

Bij confrontaties tussen Islamisten en Koptische christenen begin mei vielen er minstens 15 doden en meer dan 200 gewonden. Het geweld deed zich voor in Imbabe, een van de armste wijken van de grote hoofdstad van het land. Er vielen langs beide kanten ongeveer evenveel slachtoffers. Het is niet voor het eerst sinds de revolutie van 25 januari, toen Moebarak moest vertrekken, dat er conflicten zijn tussen aanhangers van verschillende religies.

Op vrijdag 13 mei kwamen honderdduizenden mensen bijeen op het Tahrirplein in het centrum van Cairo om er een “Vrijdag van nationale eenheid en solidariteit met de Palestijnse bevolking” te houden. Het plein was vol met spandoeken en protestborden waarmee een einde van conflicten tussen religieuze groepen werd geëist en voor eenheid in strijd voor vrijheid, gelijkheid, sociale rechtvaardigheid en een seculiere staat.

Enkele maanden geleden waren miljoenen Egyptenaren verenigd in een gezamenlijke kracht die sterk genoeg was om de gehate dictator omver te werpen. Er waren 18 dagen van aanhoudend protest en conflicten met de autoriteiten. Tijdens dat protest waren er schitterende voorbeelden van eenheid tussen moslims en christenen. Hoe is dat zo snel kunnen veranderen?

De vonk voor het recente conflict was het gerucht dat een vrouw die zich recent tot de islam had bekeerd en met een moslim was getrouwd tegen haar wil in een kerk in Imbabe werd vastgehouden. Het is niet de eerste keer dat geruchten leiden tot conflicten tussen verschillende religies. De situatie wordt verergerd door het feit dat er in Egypte net zoals in verschillende Arabische landen geen burgerlijk huwelijk bestaat, alle huwelijken zijn aan religieuze regels onderhevig. Moslimvrouwen kunnen bijgevolg niet trouwen met mannen die geen moslim zijn. De conservatieve Koptische kerk is erg terughoudend als het om echtscheidingen gaat. Soms kunnen getrouwde christelijke vrouwen helemaal niet scheiden. Als de kerk de echtscheiding weigert, is er vaak maar een uitweg en dat is een bekering tot de islam om vervolgens te scheiden.

Dit wijst op diepgaande problemen. Vrouwen worden nog steeds onderworpen aan patriarchale wetten en een conservatieve moraal in een samenleving die onder druk staat omwille van sociale tegenstellingen. De revolutie van 25 januari maakte een einde aan het “symbool van het regime”, maar er zal meer nodig zijn om de vele sociale en economische problemen op te lossen. Dat vereist een fundamentele en diepgaande economische en sociale verandering met onder meer de nationalisatie (en hernationalisatie) van grote bedrijven en sleutelsectoren onder democratisch bezit en controle met een plan om jobs te creëren en degelijke openbare diensten met voldoende middelen op te zetten.

De politieke crisis en de stakingen hebben tot nu toe enkel de meest ‘gevoelige’ sectoren van de economie geraakt, in het bijzonder het toerisme. De kleine handelszaken, vooral in handen van Koptische christenen, hebben het eveneens moeilijk. Onder de huidige voorwaarden en met een politiek vacuüm zijn de radicale politieke islamisten in staat om hun positie te versterken. Hun ideeën vinden een zeker gehoor, zeker onder een deel van de middenklasse die probeert te overleven onder de voorwaarden van een acute sociale en politieke crisis.

Er is een groot leger van ambtenaren onder het vorige regime dat vandaag in een “geschorste” situatie zit. De voormalige president en het vroegere hoofd van het ministerie van binnenlandse zaken worden vervolgd en kunnen formeel gezien de doodstraf krijgen of toch minstens lange gevangenisstraffen. Ze worden vervolgd wegens corruptie en omdat ze zich illegaal hebben verrijkt. De vroegere apparatchiks, zeker in de lagere echelons, vrezen voor hun toekomst. Het erg vreemd, maar nadat een aantal hooggeplaatste figuren van het oude regime werden opgepakt, waren er betogingen van zogenaamde ‘activisten’ die voor de vrijlating van deze figuren opkwamen.

Een ander deel van de ambtenarij veranderde snel van kant naar de revolutie. Zij hadden alle lof voor de “revolutionaire jongeren” en de “militaire raad” die de revolutie zogezegd zou “verdedigen” tegen de “overblijfselen van de dictatuur.” Het wordt stilaan onmogelijk om de vroegere functionarissen van Moebarak te onderscheiden van de nieuwe revolutionairen.

Onstabiele samenleving

De Egyptische samenleving is nog verre van stabiel. Het aantal stakingen en protestacties viel even terug, zeker nadat er een nieuwe regering kwam en het leger de bevolking opriep tot “geduld” om de nieuwe regering tijd te geven om “aan de slag te gaan” en de “beloften te realiseren.” De ‘nieuwe’ regering wordt geleid door dezelfde oude legertop en ze probeert om de oppositie onder controle te houden.

De politiek om een wortel voor te binden, lukt niet. De autoriteiten proberen de steun van de Moslimbroederschap te winnen en zelfs van de Alliantie van Revolutionaire Jongeren. Het ziet er naar uit dat dit ook lukt. De verschillende heersers doorheen de moderne geschiedenis van Egypte waren steeds bereid om de Moslimbroederschap waar nodig te gebruiken om hun macht te versterken.

Nu hebben de manoeuvres niet het gewenste effect. In april alleen waren er twee vrijdagbijeenkomsten met meer dan een miljoen aanwezigen. De eerste keer was het een “red de revolutie”-vrijdag en de tweede keer werd betoogd onder het motto “Vervolg de schuldigen” met een oproep om de aanhangers van Moebarak uit het staatsapparaat weg te zuiveren. Onder druk van onderuit waren de autoriteiten verplicht om de familie-Moebarak officieel te vervolgen.

Er zijn tekenen dat de stakingsgolf een nieuwe adem vindt. Op 10 mei gingen 80-90% van de dokters in het land in staking, enkel de spoeddiensten bleven aan de slag. In de eerste dagen van mei gingen duizenden textiel- en staalarbeiders in staking. Personeel en studenten aan de universiteiten voerden actie voor betere arbeidsomstandigheden en autonomie voor de universiteiten.

Tal van jongeren sluiten zich aan bij de nieuwe onafhankelijke vakbonden. Zelfs immobiliënmakelaars en cartoonisten hebben eigen vakbonden opgezet. Het personeel van de nationale luchtvaartmaatschappij EgyptAir heeft een eigen onafhankelijke vakbond opgezet en journalisten proberen hun vakbond erkend te krijgen.

De Moslimbroederschap probeert intussen een grotere greep te krijgen door aan de vakbondswerking deel te nemen, net zoals het dit deed in de revolutie van 1952.

Heersende elite gaat in tegen arbeidersbeweging

De heersende elite ziet de noodzaak in om op te treden tegen de opkomende vakbeweging en daartoe worden alle mogelijke middelen ingezet. De gebeurtenissen van Imbabe en andere confrontaties tussen verschillende religies bieden het regime een mogelijkheid om de arbeiderseenheid en de opkomst van nieuwe vakbonden te doorkruisen. Er worden opgeroepen gedaan om de “wanorde” te stoppen, de politie het recht te geven om criminelen meteen “neer te schieten” enzovoort. Er was zelfs in een pro-revolutie dagblad, ‘Al-Mysry Al-yaum’, een oproep van een columnist aan de militaire raad om “niet alleen te werken, maar ons ook te corrigeren.” En “als jullie ons moeten onderdrukken om de sociale orde te behouden, dan moet dit maar.”

In een interview verklaarde een politieke analist dat de gebeurtenissen in Imbabe enkel mogelijk waren door het politieke vacuüm. Hij stelde dat er snel een machtige nieuwe politieke kracht zal moeten opstaan met een brede steun en een nieuwe “sterke kandidaat” voor het presidentschap.

Het ziet er naar uit dat de heersende klasse geen andere keuze heeft dan het terrein voor te bereiden voor een nieuwe sterke ‘Bonaparte’ die een evenwichtsoefening onderneemt tussen de belangen van de verschillende klassen en tussen de verschillende binnenlandse en externe vormen van druk. Dat zal gepaard gaan met allerhande beloften en een verdeel-en-heerspolitiek.

De Egyptische samenleving heeft sinds het begin van het jaar een nooit geziene toename van politieke activiteit gezien. De bevolking stelt al lachen dat er bij het minste excuus een miljoen mensen worden gemobiliseerd op het Tahrirplein. Dit niveau van politisering van de massa’s is verontrustend voor de elite voor wie enkel de ‘stabiliteit’ van het Egyptische kapitalisme telt. De bevolking eist rechtvaardigheid en wil dat de rijkdommen die door de kliek rond Moebarak zijn geplunderd aan de bevolking worden terug gegeven.

De heersende elite en het kapitalisme in Egypte staan objectief gezien in een erg zwakke positie. Maar op subjectief vlak houdt het oude regime stand. De verschillende ‘socialistische’ krachten die zich verenigen rond nieuwe partijen zoals de Democratische Arbeiderspartij, de Egyptische Socialistische Partij, de Socialistische Volksalliantie en ook de Communistische Partij, staan allemaal erg zwak tegenover de politieke islam.

De verschillende politieke islamistische groepen kunnen niet beweren dat ze de motor achter het protest waren, maar zij zijn wel diegenen die voorlopig het meeste hebben gewonnen uit de omverwerping van Moebarak. Ze gebruiken hun reputatie van vervolging onder het oude regime en het nieuwe regime probeert de Moslimbroederschap op te vrijen in de hoop steun uit die hoek te krijgen.

Maar niet alles verloopt volgens plan. In de samenleving is er veel discussie over de noodzaak van een seculiere staat. Er is zelfs een eis om de tweede paragraaf van de grondwet te schrappen omdat daarin staat dat islam de staatsreligie is en dat de wetgeving op de Sharia is gebaseerd. Na de gebeurtenissen in Imbabe is de afkeer tegenover de islamisten toegenomen. Zelfs de meer radicale fundamentalisten moesten de aanval op de kerk veroordelen.

Bij het begin van de revolutie stelden de fundamentalisten dat ze bereid waren om hun eis van de shariawetgeving te laten vallen, nu eisen ze dat de toekomst van de staat met de islam wordt verbonden. Dit kan echter op verzet rekenen vanwege de linkerzijde, jongerenorganisaties en liberale krachten.

De vraag blijft intussen of er een nieuwe ‘Bonaparte’, een sterke figuur van de heersende elite, zal opstaan om het land te “redden” van de extremisten die kerken aanvallen en andere ‘extremisten’ die het land “platleggen” met stakingen. De Egyptische massa’s hebben aangetoond dat ze in staat zijn om machtige betogingen te organiseren en een sterk politiek bewustzijn te ontwikkelen. Ondanks de hoogtes en laagtes in de ontwikkeling van dit massabewustzijn, is het duidelijk dat de hard bevochten verworvenheden niet zomaar zullen worden opgegeven. De massa’s zullen niet buigen voor een nieuwe dictator die de belangen van het kapitaal en het imperialisme dient.

Op de straten van Cairo verschijnt graffiti met slogans als: “Weg met de generaals”. Om de vooruitgang en verworvenheden van de revolutie te verdedigen en verder uit te breiden, moet de revolutie voort gaan. Sterke, strijdbare en democratische massa-organisaties zoals vakbonden moeten worden opgebouwd en ontwikkeld. Bovenal moeten de arbeiders hun eigen onafhankelijke politieke partij opzetten met een socialistisch programma om de revolutie te verdedigen en uit te breiden, de heerschappij van de generaals te beëindigen en om voor arbeidersdemocratie te strijden.

Wij zeggen:

 

  • Verdedig de revolutie: weg met het volledige oude regime
  • Verdedig het recht op te staken, te protesteren en zich te organiseren
  • Geen compromis met overblijfselen van het oude regime
  • Voor een regering van arbeiders, jongeren en armen
  • Voor onmiddellijke verkiezingen voor een revolutionaire grondwetgevende vergadering onder controle van comités van arbeiders, armen en jongeren

Dit vind je misschien ook leuk...