Enorme afkeer tegenover beleid van Bush bezorgt Obama historische overwinning. Maar wat als de beloofde verandering er niet komt?

De verkiezingsoverwinning van Obama heeft wereldwijd geleid tot enthousiasme. Niet dat zo goed geweten is waar de beloofde verandering van Obama voor staat. Wel is er een algemene en breed verspreide afkeer tegenover Bush en diens asociale politiek. Deze verkiezingen vormen een afrekening met de neoconservatieven rond Bush. Zelfs McCain, die 90% van de tijd met Bush meestemde, probeerde zich in de campagne voor te doen als een kandidaat die ook verandering zou brengen.

Afkeer tegenover Bush en de neoconservatieven

In de aanloop naar de verkiezingen was de afwezigheid van Bush opvallend. Dat was een onderdeel van de Republikeinse poging om alsnog een kans te maken bij de presidentsverkiezingen. Peilingen gaven aan dat 90% van de bevolking dacht dat Bush het slecht deed. 80% dacht dat het land de foute richting uit ging. De afkeer tegenover Bush en de gevolgen van de economische crisis leidden tot een massale politisering in de VS. Dat bleek ook in de opkomst voor de meetings van Obama tijdens de campagne, de opkomst bij deze verkiezingen of de 250.000 aanwezigen op de eerste bijeenkomst van Obama in Chicago in de vroege ochtend na de verkiezingen. Er is een sterke polarisering en de verwachtingen zijn hoog gespannen.

Obama haalde een enorme overwinning onder belangrijke delen van de bevolking, onder jongeren haalde hij volgens peilingen 69% van de stemmen. Enkel bij gepensioneerden lag Obama achter op McCain. Doorheen de campagne – een nooit geziene propagandacampagne waarbij het fenomeen dat de kandidaat met de meeste middelen ook effectief wint, werd bevestigd – werd het idee gevestigd dat Obama voor verandering zou zorgen. Een groot deel van de economische en politieke elite zag de mogelijkheden van een Afro-Amerikaanse kandidaat met vlotte tong die de geesten kon begeesteren. Deze verkiezingen moesten historisch worden met de eerste zwarte president van de VS. Geschiedenis maken en van de VS en de wereld een betere plaats maken, zo’n uitnodiging is natuurlijk iets waar velen graag op ingaan.

De enorme hoop op verandering – en bijgevolg ook de immense afkeer tegenover het actuele beleid, vormt de centrale boodschap van deze verkiezingen. Velen hopen dat het deze keer niet bij beloften zal blijven, maar op dat vlak moeten wij toch waarschuwen. Wij denken niet dat Obama en zijn entourage voor verandering zullen zorgen en dat de hoop op verandering met Obama tot desillusies zal leiden. Daarbij zal de noodzaak van een echt alternatief dat voor echte verandering staat van cruciaal belang zijn.

In deze verkiezingen was de klassenpolarisatie van enorm belang. De stem voor Obama en de Democratische Partij is geen bewuste klassenstem, maar het werd wel versterkt door de enorme haat tegenover de rijksten, in het bijzonder de bankiers en het financiekapitaal. Intussen bleef ook de afkeer tegenover de oorlog in Irak een rol spelen. Maar de economische crisis heeft de thema’s wat gewijzigd waardoor het belang van Irak minder groot was geworden. Dat is een belangrijke verandering in het bewustzijn en het zal de verwachtingen in het presidentschap van Obama enkel maar groter maken.

Doorheen de verkiezingscampagne was er een enorme politisering waarbij tienduizenden actief werden in de campagne van Obama. Het klopt dat de Democraten en Republikeinen de afgelopen jaren steeds meer publiciteitsbureau’s waren geworden zonder enige actieve betrokkenheid, maar deze campagne maakte wel duidelijk hoe snel tienduizenden toch kunnen worden gemobiliseerd in campagnes. Het feit dat de Obama-campagne zo snel brede lagen kon mobiliseren, is een opvallend gegeven van deze verkiezingscampagne. Reclame en advertenties op televisie speelden een belangrijke rol, maar ook de massameetings, bijeenkomsten op de werkvloer, het actief campagne voeren op straat, de vele internetblogs,… waren een interessant gegeven dat ook in andere landen een rol kan spelen.

Welke verandering?

Obama zal aan de macht komen tegen de achtergrond van de ergste economische crisis sinds de jaren 1930. Die crisis heeft al enorm negatieve gevolgen voor miljoenen Amerikanen. Internationaal blijft het VS-imperialisme vastzitten in onwinbare oorlogen in Irak en Afghanistan.

De verwachting dat er verandering zal komen, kan Obama ertoe dwingen om een aantal hervormingen door te voeren, bijvoorbeeld op het vlak van gezondheidszorg en het geven van steun aan gezinnen die uit hun huizen worden gezet. De Obama-kiezers zullen ook verwachten dat er snel stappen worden ondernomen om troepen terug te trekken uit Irak. Als Obama daar niet in zal slagen, kan de enorme hoop op verandering snel verdwijnen. Tijdelijke toegevingen zullen niet volstaan om de vernietigende gevolgen van de ontwikkelende crisis op te vangen.

De laatste weken van Obama’s campagne stonden in het teken van het temperen van de verwachtingen. Hij moest, om de verkiezingen te kunnen winnen, verder inspelen op de vrees van de Amerikanen dat het neoliberalisme een sociale catastrofe teweeg zal brengen. Maar dat hij die catastrofe zal oplossen, is dat wel geloofaardig voor een senator die in zijn stemgedrag altijd heeft getoond een trouwe aanhanger te zijn van de neoliberale gedachte.

De echte opvattingen van Obama kwamen amper aan bod in de verkiezingscampagne. Obama is het resultaat van een reclamecampagne. Zijn partij is nochtans met handen en voeten vastgebonden aan de belangen van de big business – ook onder de rijksten haalde Obama volgens peilingen goede resultaten. De Democraten zijn de loopjongens van de verantwoordelijken voor de huidige financiële crisis, verschillende financiële instellingen behoorden tot de belangrijkste sponsors van Obama. De keuze van Joe Biden als vice-president sprak eveneens boekdelen. Biden staat gekend als een marionet van de kredietinstellingen en werd op die basis al spottend wel eens “senator van Mastercard” genoemd in de plaats van te verwijzen naar de staat waarvan hij afkomstig is.

De ervaring van Clinton-jaren

De rijkste 1% van de Amerikanen bezitten 40% van de rijkdom. Dat is niet zomaar tot stand gekomen. Het is het gevolg van een politiek waar zowel Republikeinen en Democraten hebben toe bijgedragen. Sterker zelfs, Bill Clinton, die de 8 jaar voor Bush, tussen 1993 en 2001, president was namens de Democraten heeft daarin een cruciale rol gespeeld. Het curriculum van Clinton oogt niet mooi.

Wie heeft geweigerd de Kyoto akkoorden te ratificeren, Bush? Ja, maar nadat Clinton het al voor hem had gedaan.

Wie heeft 1 miljoen slachtoffers gemaakt in Irak, Bush? Ja, maar nadat Clinton er door een economische boycot en bombardementen à rato van 1 per 3 drie dagen, dit gedurende 8 jaar, ook een al een miljoen Irakezen, waaronder een half miljoen kinderen, had geslachtofferd.

Wie heeft de vrijhandel in de wereld gestimuleerd? Zogezegd om de economie “vrij” te maken, maar in de realiteit om de grote Westers bedrijven toegang te verlenen tot goedkope arbeidskrachten en grondstoffen, met als gevolg een sociale ravage in de neokoloniale wereld. Bush? Ja, maar nadat Clinton dit beleid in de steigers had gezet via de NAFTA en de WTO.

Wie heeft de wet afgeschaft (Glass-Steagall Act) die in de jaren ‘30 werd ingevoerd om de financiële sector te reguleren en daarmee aan de oorzaak ligt van de excessen in de financiële sector van de laatste periode? Bush? Neen, Clinton. (zie dit artikel ).

En zo kunnen we nog een tijdje doorgaan over onderwijs, gezondheidszorg, lonen, democratische rechten, controle van de big business over de media, … Clinton was zover gegaan dat de sociale bewegingen in de VS op het einde van zijn tweede legislatuur massaal in verzet kwamen. In 2000, tijdens de Democratische nationale conventie waar Al Gore werd aangeduid als presidentskandidaat, betoogden 40.000 manifestanten tegen de asociale politiek van de Demcroaten. In ‘99 betoogden 50.000 mensen tegen de politiek van de WTO (geleid door de VS onder Clinton). Na die fameuze Battle of Seattle werd het vuur aan de lont gestoken voor de wereldwijde antiglobaliseringsbeweging, als reactie op het beleid van …. Bush? Neen, de Democraat Clinton.

Recessie

De dieper wordende economische crisis van het kapitalisme zal het moeilijk maken voor Obama om effectief in te spelen op de eisen en bekommernissen van diegenen die voor hem stemden. Hij komt niet op een zelfde ogenblik van de economische cyclus aan de macht als Franklin D Roosevelt in de jaren 1930. Roosevelt werd in 1933 president en voerde de “New Deal” door op een ogenblik dat de recessie na de crash van 1929 zich op haar diepste punt bevond en de economie geleidelijk aan opnieuw wat op gang werd getrokken. De New Deal voerde een aantal beperkte maatregelen door die niet zorgden voor fundamentele vooruitgang voor de arbeiders.

Nu roept Obama alle Amerikanen – zowel rijken als armen – op om samen voor verandering op te komen. Hoe kan er echter klasseneenheid mogelijk zijn tussen rijken en armen op een ogenblik dat de kapitalisten de gevolgen van de crisis op de arbeiders en hun gezinnen proberen af te wentelen? Mogelijk zal Obama nu opteren voor een “regenboog”-regering waarin ook Republikeinen zoals Colin Powell een functie opnemen.

Internationaal mag er alvast weinig verandering worden verwacht. Als Obama troepen terugtrekt uit Irak zal het enkel zijn om er meer naar Afghanistan te sturen met mogelijk ook meer tussenkomsten op Pakistaans grondgebied.

De gevolgen van de economische crisis zullen leiden tot nieuwe strijdbewegingen in de VS. Daarbij zal de kwestie van een nieuwe politieke partij op de agenda staan, het is immers duidelijk dat Obama de gecreëerde hoop op verandering niet zal kunnen waarmaken en in essentie voor meer van hetzelfde beleid zal staan.

Hoe verandering teweeg brengen?

Zoals Bush probeerde om al het kwaad van de wereld te herleiden tot een paar figuren zoals Bin Laden en Saddam, werd door de Democraten eveneens geprobeerd om alle problemen te herleiden tot de figuur van Bush. De enorme afkeer tegenover Bush onder brede lagen van de bevolking maakte dat gemakkelijker.

De geschiedenis wordt niet in essentie geschreven door presidenten en parlementen. Ook in de Verenigde Staten is de beperkte welvaartstaat die er bestaan geen resultaat van liefdadigheid onder de kapitalisten, maar het resultaat van strijd van de arbeidersklasse in de 19e en begin 20e eeuw. Verandering zal niet worden bekomen door een andere vertegenwoordiger van een traditionele partij aan de macht te laten komen.

Wij moeten duidelijk maken dat we enkel via strijd onze toekomst in handen kunnen nemen. De sociale bewegingen die in slaap werden gewiegd door de mediatieke verschijning van Obama en hun lot in andermans handen legden in plaats van ze in eigen handen te nemen, zullen terug moeten aanknopen met de tradities van strijd.

We staan aan de vooravond van een economische crisis waarvan we nog niet echt kunnen inbeelden hoe die diepgaand de gevolgen zullen zijn voor ons leven en dat van de generaties na ons. Obama zal met deze erfenis aan zijn ambtstermijn beginnen. Hij zal die context gebruiken als excuus om zijn onvermogen iets reëel te veranderen te verantwoorden. De context zou echter een reden moeten zijn om nog sneller en radicaler een verandering van beleid teweeg te brengen ten voordele van de gewone bevolking.

Er zal geen tussenoplossing mogelijk zijn. Deze verkiezingen rekenen hard af met het beleid van de Republikeinen. De Democraten beschikken nu over de president, een grote meerderheid in het parlement en een duidelijke meerderheid in de Senaat. Verstoppertje spelen zal er niet meer inzitten, zoals ze de laatste jaren met hun meerderheid in het parlement deden.

Hoop op een alternatief

In de media waren er de laatste periode weinig of eerder geen kritische stemmen te horen over Obama of de Democraten. Je vond er enkel bewonderaars van Obama en enkel politiekers die voor Obama waren hoorde je in de pers. Leterme, Gennez, De Gucht, Reynders, en zelfs Dedecker… allen wilden ze graag een graantje meepikken van de aandacht voor die speciale kandidaat uit de VS. Diegenen van het VB en LDD die hoogst waarschijnlijk McCain steunden, zwegen als dood. En zo werd het politieke debat verengt tot een propagandashow voor één individu. Je zou voor minder in de val trappen die zorgvuldig werd neergezet door het politiek en economische establishment.

In heel moeilijke omstandigheden heeft de onafhankelijke kandidaat, Ralph Nader, met beperkte middelen, een belangrijke campagne gevoerd. Hij heeft meer dan 0,5% gehaald ondanks de volledige media-stilte rond zijn kandidatuur. Zijn campagne vormde een belangrijke alternatief op de neoliberale eenheidsworst. Hij verdedigde consequent het verhogen van het minimumloon, het invoeren van een openbaar gezondheidszorgsysteem, de afschaffing van de Patriot Act, Nafta en de doodstraf, het beëindigen van de oorlogen in Irak en Afghanistan,…

Deze campagne zou om echt succesvol te kunnen zijn een vervolg moeten krijgen in de vorm van een beweging die het als doel stelt om een nieuwe partij te creëren. Een partij die onafhankelijk van de big business een programma kan verdedigen ten voordele van de echte slachtoffers van de crisis. Dat zijn niet de grootbanken en de grote aandeelhouders die een deel van hun vermogen in rook zien opgaan, maar diegenen van wie verwacht zal worden dat ze de factuur betalen voor het uit de hand gelopen feestje van de kapitalisten.

De creatie van een partij van en voor de werkende klasse in de Verenigde Staten zou pas echt hoop op verandering kunnen teweeg brengen wereldwijd. Er is nood aan een alternatief dat de belangen van de arbeiders verdedigt en ingaat tegen het kapitalisme. Zo’n alternatief zal de kwestie van een socialistisch antwoord moeten stellen.

Dit vind je misschien ook leuk...