Voor een sterke derde kandidaat. Nader kondigt kandidatuur voor de presidentsverkiezingen in de VS

In de verkiezingen van 2000 haalde Ralph Nader een kleine 3% van de stemmen. In de naweeën van ‘the battle of Seattle’, waarbij 40.000 betogers letterlijk een top van het IMF blokkeerden, voerde Nader een energieke campagne gesteund door tienduizenden activisten uit de antiglobaliseringsbeweging, vakbonden, linkse organisaties,…

Het was de eerste belangrijke electorale uitdaging die de Democraten sinds WOII te verwerken kregen. 4 jaar later, in 2004, zouden ze alles in het werk stellen om de kandidatuur van Nader staat per staat juridisch aan te vechten. Het werd een ongeziene campagne van een partij die tientallen miljoenen dollars besteedde om te verhinderen dat een andere kandidaat zou kunnen deelnemen. Het in stand houden van het tweepartijensysteem is voor de Democraten een heel belangrijke doelstelling. Het is hun garantie aan het establishment dat de “keuze” voor de Amerikanen bij de verkiezingen altijd beperkt blijft tot 2 vleugels van dezelfde heersende elite. Vandaar dat die elite veel waarde hecht aan een systeem waarbij ze op voorhand reeds gegarandeerd zal winnen.

Het succes van de verkiezingscampagne van Nader in 2000 kwam niet enkel door de op gang gekomen antiglobaliseringsbeweging waarvan Nader werd gezien als een politieke vertegenwoordiger. Het kwam ook na 8 jaar Bill Clinton als president. 8 jaar waarin de Democraten de kans kregen om te tonen hoe hun beleid verschilde van dat van de Republikeinen. Die verkiezingsperiode moet zowat een dieptepunt geweest van vertrouwen in de Democraten. Het is de periode dat Michael Moore het boek Stupid White Men schrijft, een striemende kritiek tegen de Democraten en hun beleid. Moore valt er de schijnheiligheid van de Democaten aan en herinnert er iedereen aan dat het Bill Clinton was die Kyoto weigerde te ratificeren, dat het Clinton was die de bombardementen op Irak en Joegoslavië organiseerde, dat het onder Clinton was dat er een enorme stijging plaats vond van Amerikaanse burgers zonder ziekteverzekering, …

Tot op vandaag heerst een enorme strijd welke de herinneringen zijn die vasthagen aan die verkiezing van 2000. De Democraten hameren er op dat de verkiezing door Al Gore verloren werd door de kandidatuur van Nader. Ze vergeten erbij te vertellen dat ze in feite werd gestolen door de Republikeinen in Florida waar Jeb Bush, de neef van George Bush jr, alles deed wat nodig was om het tellen van de stemmen in het voordeel van de Republikeinen te laten uitdraaien. Dat Nader stemmen afsnoepte van zowel Republikeinen als Democraten en hij vooral veel thuisblijvers motiveerde om toch te gaan stemmen wordt ook als snel vergeten. En dat niemand anders dan de Democraten zelf verantwoordelijk waren voor het feit dat velen de motivatie niet meer vonden om te gaan stemmen of anderen “verandering” wilden en dan maar voor Bush stemden.

Die enorme mediahetze rond de verloren verkiezingen van 2000 leidde in 2004 tot de beweging ABB (Anyone but Bush). Alle middelen werden ingezet om Kerry, de kandidaat van de Democraten, te doen winnen. Velen van diegenen die in 2000 Nader steunden, keerden hem nu hun rug en steunden Kerry, zoals Michael Moore. Er werden mega-concerten georganiseerd, half Hollywoord gaf publiekelijk steun aan Kerry. En toch, en toch won Bush. Waarom? Omdat Kerry, en dat was voor iedereen duidelijk van hetzelfde slag was als Bush, alleen minder rechtuit, geniepiger, achterbakser. Alleen het etiket dat er op kleefde sprak over een Democratische kandidaat, de inhoud bleek identiek dezelfde verdediging van de kapitalistische belangen te zijn.

Vandaag wordt er opnieuw over “verandering” gesproken. Clinton en Obama strijden om het woord “change”. Obama lijkt het woordspelletje te hebben gewonnen met de frase “change you can believe in” die vooral zijn tegenkandidaat in de hoek van de ongeloofwaardige Washington-politici plaatst. 8 jaar Bush heeft vooral voor heel veel hoop, zelfs naïeve hoop gezorgd dat een president die niet-Bush is voor veel verandering zal zorgen. De confrontatie met de realiteit zal de komende jaren hard zijn. Obama zal de troepen niet terugtrekken uit Irak of Afghanisan, hij is zelfs van plan om het leger uit te breiden. Hij zal de privé in de gezondheidszorg niet terugdringen. Hij zal geen fundamenteel ander beleid dan dat van Bush jr, Bill Clinton of Bush sr. Waarom? Omdat in de huidige periode van trage ecomische exapansie die wellicht dit jaar in een recessie overgaat er geen ruimte is om enkele kruimels aan de bevolking te geven zonder drastisch in te gaan tegen de belangen van de rijke elite. En die keuze zijn Obama en de Democratische Partij niet bereid om te maken, tenzij gedwongen door een massale beweging van de Amerikaanse arbeidersklasse.

Leert Nader de lessen uit 2000 en 2004?

Nader heeft enorme sterktes. Hij is geloofwaardig wanneer hij de macht van de grote bedrijven aanklaagt want hij heeft decennialang niets anders gedaan, via campagnes voor consumentenrechten. Hij is de meest gekende kandidaat om een onafhankelijke campagne te kunnen voeren. Hij heeft overredingskracht, ervaring en spreekt een heel duidelijke, radicale taal. Maar hij heeft ook zijn zwaktes. Op politiek vlak behoudt hij een te sterke “consumenten” benadering en te weinig een oriëntatie op de arbeidersbeweging.

Nader volgt in zijn politiek engagement de 4 jarige cyclus van de presidentsverkiezingen en doet helaas tussenin niets om voort te bouwen op de vorige campagne. Zo moet elke campagne telkens opnieuw volledig opnieuw worden opgebouwd. Onze Amerikaanse zusterorganisatie Socialist Alternative, één van de enige die Nader is blijven steunen in 2004, heeft Nader in 2000 opgeroepen om gebruik te maken van het momentum. Hij had het potentieel in handen om een grote nationale conferentie bijeen te roepen om de eerste stappen te zetten in de richting van een nieuwe partij, links van de Democraten, die iedereen kon verenigen die komaf wou maken met het versmachtende tweepartijensysteem.

Vandaag lijkt daar een kleine verandering in te komen. Nader heeft in een interview te verstaan gegeven dat hij de komende campagne voor de presidentsverkiezingen zou willen aanwenden als opstap naar de parlementsverkiezingen in 2009. In die verkiezingen zouden een aantal kandidaten met een bekend en strijdbaar profiel de strijd kunnen aangaan, voortgaand op de campagne van Nader. Dit gaat dus in de richting van een permanentere structuur, die hopelijk uitmondt in de creatie van een echte partij, waar activisten niet om de zoveel jaar mogen opdraven om een verkiezingscampagne te voeren, maar dag in dag uit kunnen meebouwen aan de creatie van een politiek wapen, dat niet bestaat uit één figuur, maar uit een machtig collectief, in de hele Verenigde Staten.

Eén van de grote vragen is of Nader de voordracht van de Groenen zal ontvangen of niet. Die partij, die in vergelijking met haar Europese collega’s nog een pak jonger en radicaler is en nog niet aangetast door deelname aan het beleid, kiest op dit moment zoals de Democraten en de Republikeinen via primaries haar kandidaat.

De meest prominente figuur daarin is Cynthia McKinney, een voormalig Democratisch parlementslid, die een redelijk stevige reputatie geniet. Dit duo zou een serieuze kans maken om een enthousiaste campagne op de been te brengen die opnieuw honderdduizenden, misschien wel miljoenen Amerikanen zal overtuigen dat een alternatief mogelijk is. Eens het vertrouwen gecreëerd dat een eigen partij, van en voor de Amerikaanse arbeidersklasse, mogelijk is, kan de klasse van Amerikaanse arbeiders, die al vele malen dood werd verklaard, die de grootste campagne van nationaal chauvinisme heeft moeten doorstaan, opstaan en de strijd aangaan met haar kapitalistische klasse en op die manier de deur openzetten voor een wereldwijd offensief van de arbeidersklasse.

 

Dit vind je misschien ook leuk...