Klimaatsverandering: een socialistische visie

De verschrikkelijk gevolgen van de orkaan Katrina confronteerden de Amerikanen met de gevolgen van het beleid van Bush en Co. Het bracht echter ook vragen op over de impact van een klimaatsverandering. Wetenschappers gaan met elkaar in de clinch over de vraag in welke mate de menselijke activiteit mede oorzaak is van de klimaatsverandering die mee zou leiden tot een verhoging van het aantal natuurrampen.

 

Als socialisten weten we dat deze aarde constant in ontwikkeling is en dus ook het klimaat steeds traag verandert. Tegelijkertijd weten we ook dat het kapitalisme een enorme impact heeft, niet enkel op de mens en haar sociale relaties, maar ook op het leefmilieu van de mens. In de wetenschappelijke discussie is het niet altijd eenvoudig om feiten van propaganda te scheiden. Onder het monopoliekapitalisme is ook wetenschap een verhandelbaar goed geworden. Diegene die geld aan te bieden heeft, kan onderzoeken sturen in de richting van de belangen die men wil verdedigen. Ondanks dit alles is er een consensus dat de aarde opwarmt door broeikasgassen.

Het Kyoto-akkoord uit ’97 had als doelstelling om de broeikasgassen met ongeveer 5% te verminderen tegen 2012 in vergelijking met 1990. Experts denken dat een vermindering van 60% noodzakelijk is. De referentiedatum 1990 is niet onschuldig gekozen. Het was namelijk voor de volledige ineenstorting van de stalinistische staten in Oost-Europa. Toen de economieën in die landen van de kaart waren geveegd, was er een scherpe daling van de uitstoot van broeikasgassen waardoor de doelstellingen haalbaar werden.

Vreemd genoeg laat het Kyoto-akkoord de mogelijkheid open om emissierechten te verhandelen. Kan het nog ironischer dat het net Ecolo-minister Deleuze was die voorstelde dat België propere lucht zou kopen in Rusland? Een ander probleem met Kyoto is natuurlijk dat er geen doelstellingen of plannen zijn voor na 2012. De problematiek vergt een international gecoördineerd plan over decennia. De anarchistische chaos van het kapitalisme, laat ons niet toe om op zo’n lange termijn te plannen.

“De uitstoot van broeikasgassen veroorzaakt een opwarming van de aarde aan een tempo dat begon als significant, alarmerend werd en simpelweg onhoudbaar is op lange termijn. En met lange termijn bedoel ik niet eeuwen in de toekomst. Ik bedoel ermee zeker tijdens het leven van mijn kinderen en misschien wel tijdens het mijne. En met onhoudbaar bedoel ik niet een fenomeen dat enkel aanpassingsproblemen creëert. Ik bedoel een uitdaging die zo verreikend is in zijn impact en onomkeerbaar in zijn vernietigende kracht, dat het menselijk bestaan in vraag wordt gesteld.”

Deze toespraak dateert van september 2004 en is er één van de Britse premier Tony Blair. Blair schetst de problemen en brengt de noodzaak naar voor om de koolstofdioxide met 60% te verminderen tegen 2050. Maar alle initiatieven rond klimaatsverandering baseren zich op de belangen van de grote bedrijven. Dit leidde ertoe dat de dioxine-uitstoot in Groot-Brittannië niet daalde, maar net toenam in 2003 en 2004. Dat gebeurde met respectievelijk 2,2% en 1,5%.

De enige realistische methode om de dioxine-uitstoot drastisch te verminderen, is het stopzetten van het verbranden van fossiele brandstoffen (kool, olie, gas) en energie-opwekking die niet bijdraagt tot de opwarming van de aarde. In hun poging om tegemoet te komen aan de Kyoto-normen overwegen verschillende regeringen opnieuw te investeren in nucleaire energie, omdat deze geen broeikasgassen veroorzaakt. Dat is echter niet de manier waarop socialisten naar een oplossing zoeken.

Een duurzame oplossing gebaseerd op de huidige stand van technologie en wetenschap kan enkel bestaan in uitgebreider gebruik van hernieuwbare energie zoals wind-, zonne- of getijde-energie. Die energiebronnen hebben belangrijke beperkingen, zo zijn ze sterker aanwezig op bepaalde dagen, bepaalde plaatsen, bepaalde momenten van de dag,… en ook de hoeveelheid opgeleverde energie is nog relatief beperkt. Het zal noodzakelijk zijn om de ontwikkeling van deze energiebronnen op internationaal vlak te plannen waarbij de volledige energie-industrie in gemeenschapshanden komt. Dat kan enkel in een socialistische samenleving gebaseerd op samenwerking in plaats van imperialistische rivaliteit tussen de naties zoals we dat kennen onder het kapitalisme.

Dit vind je misschien ook leuk...